Nadat de gereformeerde scholen bijna over minister Plasterk heenvielen omdat hij een waarschuwingsbrief schreef aan de vereniging voor gereformeerde scholen komt RefoAnders, een organisatie die opkomt voor de belangen van gereformeerde homo’s, met de volgende uitspraak:
“Wij doen ons best om homoseksualiteit in gereformeerde kring bespreekbaar te maken, maar dan moet de minister ons daar wel de tijd voor geven. Met dit soort signalen kweek je alleen maar meer weerstand onder een doelgroep die toch al lastiger te bereiken is als het gaat om homo-emancipatie.”
Interessant genoeg is deze uitspraak bijna exact dezelfde die de vereniging van gereformeerde scholen een week geleden deed. Deze vereniging wil een nota invoeren die weinig verandert aan de positie van homo’s binnen het gereformeerd onderwijs. Sterker nog, er staan dingen in die wettelijk gezien niet door de beugel kunnen. Het komt er op neer, dat homosexualiteit ‘steun’ verdient, maar dat uiting van de geaardheid ontoelaatbaar is. Kortom: u mag dus homo zijn, maar geen homo zíjn.
De vraag is natuurlijk of RefoAnders met haar methode wél resultaat zal boeken. Bovenstaande nota kwam er immers ook pas nadat Plasterk had gedreigd er zelf wat aan te gaan doen.
Soms is een politieke voet tussen de deur dus weldegelijk nodig.