Bouwen aan een betere samenleving

De kunst die ontstond ten tijde van Stalin, Hitler, Mussolini, Mao en Saddam Hoessein werd gecontroleerd door foute regimes en heeft daardoor altijd een slechte reputatie gehad. Het feit dat de artiesten, ook de toonaangevende, berust hebben in, meegewerkt hebben met of zelfs gepleit hebben voor toezicht van de staat over kunst en cultuur, heeft hen geen goed gedaan. De artiest stond namelijk in dienst van de propaganda, hij moest de idealen van de revolutie of de grootsheid van het nieuwe Rome en van het Derde Rijk promoten bij de massa en in het buitenland. Hij kon zich niet bezig houden met “l’art pour l’art”, zijn creaties werden door kunsthistorici dan ook niet au sérieux genomen en eerder gecatalogeerd onder de noemer culturele kitsch. Igor Golomstock, specialist in de kunst van de Renaissance en van de 20e eeuw, denkt daar duidelijk heel anders over. Hij was lid van de vereniging van sovjetkunstenaars en verbonden aan het Poesjkin museum. Hij verliet de Sovjet-Unie in de jaren ’80 en werd professor aan de universiteiten van St. Andrews, Essex en Oxford. Hij beweert dat de totalitaire kunst de tweede stijl was van de 20e eeuw, na het modernisme van Bauhaus en zijn Russische variant, het constructivisme. Die kunstvorm werd door Stalin verboden in 1932 en Hitler volgde hem na  in 1933.

Door: Foto: Sargasso achtergrond wereldbol
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Richard Overy en het Derde Rijk

Op 14 mei 2011 besprak ik hier de kroniek van het Derde Rijk van de Britse historicus Richard Overy. Nu weet ik redelijk veel van de Tweede Wereldoorlog en ik vond het niet zo spannend. Ik las weinig nieuws, weinig prikkelends, maar zag wel een mooi boek over een bekende materie.

Dan kun je denken dat de professor wat uit vorm is, of dat het boek een fout concept was, of dat je zelf wat knorrig was in je oordeel. Ik besloot, omdat geen der verklaringen viel uit te sluiten, mijn aarzelingen aan de professor te presenteren. Via de uitgever (de Bezige Bij) lukte dat.

Ik vroeg: ‘ De Kroniek van het Derde Rijk’ is een groots werkstuk, in de Nederlandse vertaling leest het als een trein en het is prachtig uitgegeven. Maar toen ik het uit had, voelde ik me toch wat teleurgesteld. Misschien komt het door mijn bekendheid met de loop der gebeurtenissen. De feiten blijven immers gelijk, maar onze uitleg en waardering ervan verandert. U schreef voor de jonge generatie, zo meldt ons het titelblad. Maar waarom? Wat ontbreekt er in andere verhalen over de oorlog of Hitler?

Overy zegt:  “De redenen waarom U het boek een beetje onbevredigend vindt zijn gemakkelijk te beantwoorden. Ik kreeg de opdracht om een strakke kroniek te schrijven, een verhaal over wat er gebeurd is. Dat is niet mijn gebruikelijke manier van geschiedschrijven, maar het voordeel leek me dat het een volledige en informatieve vertelling over de periode zou opleveren, met alle gegevens die studenten, scholieren, etc. nodig zouden hebben. Onderweg komen wel elementen van verklaring aan de orde, maar dit is geen argumenterend maar een informerend boek. (Ik moet wel zeggen dat de claim dat ik schrijf voor de jongere generatie niet van mij afkomstig is!)

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

De vreugde der plicht

‘Hij had genoeg gemerkt, zei de schilder, hij had althans ervaren wat voor een ziekte dat was, plicht, en wat hij daartegen kon doen, dat zou hij ook doen; de slachtoffers verwachtten dat, de slachtoffers van de plicht.’

Wie kent het gevoel van ‘de vreugde der plicht?’ En moet je altijd je plichten vervullen? Of is overmatig plichtsbesef eigenlijk een ziekte? ‘Plicht’ is een belangrijk thema in de roman ‘Duitse les’ van Siegfried Lenz. Deze schrijver is in Nederland niet zo bekend, maar qua importantie kan hij zonder meer gelijkgesteld worden aan Heinrich Böll en Günther Grass.

In ‘Duitse les’ vertelt Siggi Jespen het verhaal over zijn jeugd in Schleswig-Holstein ten tijde van het Derde rijk. Hij is de zoon van de posthuiscommandant van Rugbüll en zijn echtgenote, zoals hij zijn ouders aanduidt. Siggi’s vader is een plichtsgetrouwe veldwachter die alle orders uit Berlijn strikt opvolgt, te strikt volgens sommige dorpsbewoners. Op een dag ontvangt vader het bevel om er op toe te zien dat zijn vriend en buurman Max Ludwig Nansen stopt met schilderen. De schilderijen zijn ‘entarted’ en alle werken van de laatste twee jaar moeten in beslag worden genomen. Ook al heeft de kunstschilder ooit het leven van Siggi’s vader gered, de posthuiscommandant ziet geen enkele reden om een oogje dicht te knijpen wat het schilderverbod betreft. Voor hem is er geen grotere vreugde als het doen van je plicht.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Kroniek van het Derde Rijk

In 2010 schreef Richard Overy zijn voorwoord bij deze, nu vertaalde oorlogskroniek, uitgegeven door de Bezige Bij. Het is monumentaal boek van 408 pagina’s over de twaalf jaar dat Hitler Europa in brand wist te steken. De tekst leest als een trein, de illustraties zijn nieuw, soms bijzonder, de uitvoering  en druk fraai.

Nu is het wel zo dat de zolders kraken met boeken van deze aard, dus de vraag waarom deze nieuwe kroniek van een veel beschreven geschiedenis? Dat is nog niet zo gemakkelijk te beantwoorden.

De geschiedenis is altijd “onvoltooid”,  zo leerde ons Jan Romein: elke tijd moet zijn eigen relatie tot het verleden vinden en beschrijven. Dat is met de geschiedenis van de Tweede Wereldoorlog al vaak beproefd. Overy vindt het opmerkelijk dat de gruwelen zijn bedreven door een volk dat de laatste 65 jaar uit Europa’s modelburgers lijkt te bestaan. Dat is waar: in de ‘Historikerstreit’ is hierover veel gediscussieerd. De centrale stelling van Goldhagen in “Hitler’s willing executioners” wijkt hier van weer sterk af.

Overy is ook getroffen door de politieke prestatie van Hitler: hij kwam aan de macht met steun van ongeveer een derde deel van het electoraat. Waarom verwierf hij daarna de steun van miljoenen, terwijl toch spoedig evident werd hoe weinig hij met de rechtsorde op had? Waar gehakt wordt vallen spaanders, zei Göring ooit, maar dat was een schamel excuus. De magische invloed van de onbeschaafde en weinig interessante figuur van Hitler is evenmin afdoende als verklaring.  De vraag “Hoe kon dit gebeuren” is nog steeds geldig en krijgt geen volledig antwoord in dit boek, zegt Overy.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.