Uitzonderlijk

Vorig jaar kreeg (bijna) al het zorgpersoneel, naast een lading applaus, een bonus van 1000,- euro. Inmiddels kan er ook een tweede bonus aangevraagd worden. Maar: Belangrijkste voorwaarde om in aanmerking te komen voor de bonus is dat de zorgprofessional in de periode 1 oktober 2020 tot 15 juni 2021 een uitzonderlijke prestatie heeft verricht vanwege COVID-19, door onder uitzonderlijke omstandigheden zorg te bieden. Uitzonderlijk. Wat zou Tamara, of Hugo verstaan onder ‘uitzonderlijk’? Dat je je de pestpokken werkt op een cohortafdeling, stel ik me zo voor. Dat je minimaal 36 uur werkt misschien? En mogelijk ook de collega’s die op de IC werken. De thuiszorgmedewerkers, de niveau 2 helpenden, de schoonmakers in het verpleeghuis, nee, die natuurlijk niet. Die hebben al een bonus! Naast hun vetpot van een salaris. Elke dag komen zij weer opdagen, helpen zestien ouderen per ochtend per persoon uit bed, of maken de toiletten schoon nadat iemand die niet meer doorheeft dat hij leeft, er een potje van heeft gemaakt. Die mensen doen geen uitzonderlijk werk. Dat is gewoon je werk, toch? Niets anders in een pandemie. Het continue negeren van opmerkingen over structurele loonsverhoging door beleidsmakers komt me onderhand de keel uit, en ik ben niet de enige. Zullen we het maar niet hebben over het weglopen van bepaalde mensen, vorig jaar in de Kamer, bij een stemming over die loonsverhoging? Aan de zogenaamde beroepsorganisaties heb je ook niks, want die houden van pappen en nathouden. Graag willen zij hun ‘macht’ behouden naar de overheid, de status die ze schijnbaar genieten. Het gaat hun niet om de leden, ze doen alsof. Ik heb mijn lidmaatschap dit jaar opgezegd, ik heb er geen vertrouwen in. Ik ben iemand met een uitzonderlijk uitgesproken mening, en ik ben dat altijd al geweest. Over het algemeen wordt dat niet gewaardeerd. Nergens, eigenlijk. Zeker niet als je knuppels gooit in hoenderhokken van ivoren torens. Dankbaar moet je zijn! Dankbaar voor wat je krijgt, want dat is niet nogal wat. Ik zeg niet dat ik Tamara ooit persoonlijk gebeld heb, of Hugo ooit een mail heb gestuurd, maar op de hersenspinsels die ik eruit gooi op Twitter heb ik nooit een reactie gehad. Tenminste, van de medewerkers van hen, want ik geloof echt niet dat zij zelf op Twitter zitten. Het uitzonderlijke van ons werk als zorgmedewerker is dat wij elke keer maar weer op komen draven, en ons eigenbelang ondergeschikt maken aan het belang van de patiënt of bewoner. Nu is vooral de vraag hoe lang dat nog zo blijft, en hoe lang collega’s nog in de zorg blijven. Deze column verscheen ook bij zustermerel.nl

Foto: -JvL- (cc)

Coalitie in spe tegen beter salaris zorgpersoneel

Het demissionaire kabinet wordt nog steeds gevormd door de coalitie VVD, CDA, D66 en CU. Het nog te vormen kabinet gaat bestaan uit VVD, CDA, D66 en een partij die dat kabinet aan een meerderheid wil helpen.

Elke partij met drie zetels volstaat voor een meerderheid van één zetel. Speculeert u maar of dat Volt, JA21, DENK of de SGP kan zijn.
Tot zo ver het getuur in het koffiedik. Maar dat VVD, D66 en CDA er serieus op rekenen straks de nieuwe coalitie te vormen staat eigenlijk wel vast. En dus regeren ze al een beetje vooruit.

Dat was gisteren te zien bij de stemming over een motie ingediend door Peter Kwint (SP). Deze motie volgt een eerder aangenomen motie van SP en PvdA op. Op 25 juni stemden alleen VVD en CDA tegen het verzoek “om met een plan te komen voor structurele waardering voor zorgverleners, waarin betere arbeidsvoorwaarden en een beter salaris kunnen worden gerealiseerd”.

De motie die gisteren ter stemming kwam preciseerde de termijn waarbinnen dat plan op tafel moet liggen. De volledige motie Kwint:

De Kamer, gehoord de beraadslaging,
constaterende dat de Kamer met de aangenomen motie van SP en PvdA (25295, nr. 436) de regering heeft opgeroepen om met een plan voor een beter salaris en betere arbeidsvoorwaarden te komen;

constaterende dat uit het SER-advies “Aan de slag voor de zorg” blijkt dat de lonen in de zorg al jaren structureel lager zijn dan in de marktsector en de SER oproept deze lonen te verhogen;

verzoekt de regering om met het recente SER-rapport in de hand uiterlijk deze zomer in overleg met zorgpersoneel en hun vertegenwoordigers tot een plan te komen voor structurele waardering voor zorgverleners, waarin betere arbeidsvoorwaarden en een beter salaris worden gerealiseerd,
en gaat over tot de orde van de dag.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Lollyman (cc)

Parlement, corona en de zorg

ANALYSE - Het wil maar niet lukken om een parlementaire meerderheid te krijgen voor een beter salaris voor zorgverleners. Bij herhaling is gevraagd het applaus dat de zorgmedewerkers in de frontlinie van de strijd tegen het coronavirus kregen, ook in klinkende munt te vertalen.

De Tweede Kamer wist er nog wel een eenmalige bonus uit te slepen, die waarschijnlijk pas per 1 oktober kan worden aangevraagd. Dat tot vijf keer toe de coalitiepartijen niet instemden met een salarisverhoging leidde tot kreten als dat ‘de politiek’ niet achter de zorgmedewerkers staan.

Dat is natuurlijk te kort door de bocht, want een deel van ‘de politiek’ wilde het dus wel en behalve loon waren er meer zaken die steun voor de zorg konden betekenen. Om daar enigszins beeld van te krijgen kijken we naar de stemmingsuitslagen van moties die betrekking hadden op de zorg en in de Tweede Kamer zijn behandeld vanaf begin maart tot en met 12 augustus (de laatste plenaire vergadering over de ontwikkelingen rond het coronavirus).

Bij 29 stemmingen is er over 28 moties gestemd. Eén motie is twee keer aan de orde geweest omdat bij eerste stemming de stemmen staakten (evenveel voor als tegen).