Brave carrièrewetenschappers: gevaar of onzin?

Wordt de wetenschap voortgedreven door briljante enkelingen met het juiste inzicht? Of juist door de tienduizenden brave wetenschappers die heel precies hun werk doen en daarover keurige artikelen schrijven in ‘top’ journals? Wat is de beste manier om nieuwe wetenschappelijke kennis op te doen? Niemand weet het natuurlijk – per definitie: zodra je weet hoe nieuwe inzichten verworven moeten worden, verwerf je die inzichten natuurlijk meteen. De organisatie van de wetenschap is dan ook een beetje dubbelhartig: aan de ene kant zitten er natuurlijk overal brave onderzoekers met een vaste baan hun onderzoekjes te doen en wordt de zogenaamd democratisch samengestelde Nationale Wetenschapsagenda leidend. Aan de andere kant zijn er allerlei speciale beurzen, onderscheidingen en prijzen voor eenlingen aan wie we bijzondere kwaliteiten toekennen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Newspeak

OPINIE - Bovenstaand plaatje haalde ik woensdag van Twitter. NWO, een van de voornaamste financiers van het wetenschappelijk onderzoek, heeft een strategisch plan aan de minister aangeboden en dat is, zo moeten we geloven, weer een stap om de wetenschap in Nederland en de impact ervan op een hoger niveau te brengen.

Mocht u denken “dat is newspeak”, dan krijgt u gelijk als u er wat meer over leest. Het komt erop neer dat er geld komt voor riskante voorstellen, waarvan het resultaat niet van te voren valt te voorspellen. Verder moet het onderzoek wat meer verbinding hebben met de samenleving. Anders gezegd: NWO verandert links en rechts wat formulieren en noemt het strategie.

Onze wetenschappers zijn zulke intelligente mensen. Zouden ze deze flauwekul nou echt geloven? Het is niet voor het eerst dat ik me dat afvraag.

Ik ben zo’n doctorandus onbenul uit de jaren tachtig. (Voor de jonge lezers: de lengte van de opleiding is toen tot vier jaar teruggebracht, wat minder is dan het noodzakelijke. Wie nadien is afgestudeerd, heeft het niveau van wat vroeger een kandidaat heette.) Maar ook al waren mijn medestudenten en ik onvolledig geschoold, wij wisten dat er tussen de mooie academische woorden en de praktijk nogal wat lucht zat. Als wij het al herkenden, dan zullen doctores en professoren de spanning tussen woordenkraam en praktijk zéker herkennen. Ik vraag me van NWO dus af – en ik schrijf dit zonder sarcasme – of ze nou werkelijk niet beter weten of dat ze cynisch liegen. Voor beide valt iets te zeggen en het kan ook zijn dat het allebei tegelijk waar is.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Wetenschappers zijn excellente schapen geworden

ScienceGuide interviewt de Canadese literatuurwetenschapper Michel Lacroix over zijn kritiek op het excellentie-evangelie:

Het is Kafkaësk dat briljante geesten zich voegen naar beleid en doelstellingen waar ze het helemaal niet mee eens zijn.

De hele beweging van het streven naar excellente universiteiten heeft zo z’n impact:

Neem onze business school als voorbeeld. Daar worden exorbitant hoge cijfers gegeven omdat dit gunstig is voor de waardering van de docenten. Dat neemt zodanige vormen aan dat de decaan in moet grijpen. Hetzelfde geldt voor promoties die bijna allemaal het predicaat ‘excellent’ krijgen, ook al zijn er vijftien pagina’s aan commentaar van de leescommissie.

Foto: Ron Cogswell (cc)

De wetenschap heeft behoefte aan twijfelaars

OPINIE - Wie het hardste schreeuwt, krijgt de meeste aandacht. Wie blijft twijfelen raakt ondergesneeuwd. Toch zouden wetenschappers meer moeten twijfelen, vindt sociaal wetenschapper Jaap Bos.

Wetenschappers moeten zich regelmatig weren tegen twijfels van buitenaf. Wordt klimaatverandering echt door de mens veroorzaakt? Is genetisch gemodificeerd voedsel echt veilig? Zijn alternatieve geneeswijzen echt niets meer dan een placebo-effect? Wetenschappers zouden maar wat graag absolute zekerheden, of zelfs ‘waarheden’ tegenover deze twijfels zetten. Maar absolute zekerheid is in de wetenschap geen haalbare kaart. Sociaal wetenschapper dr. Jaap Bos (UU) ziet het niet eens als wenselijk. Niet zekerheid, maar twijfel is een deugd.

Absolute zekerheid is in de wetenschap geen haalbare kaart

Het idee dat de wetenschap absolute zekerheden zou leveren werd al in de eerste helft van de twintigste eeuw ontmanteld door de Oostenrijkse filosoof Ludwig Wittgenstein. Voor Wittgenstein leiden “zekerheden” onvermijdelijk tot twijfels.

Dat heeft te maken met ons gebruik van taal om die “zekerheden” in uit te drukken. Een logische verbinding tussen taal en de werkelijkheid is volgens Wittgenstein niet te maken. Binnen het ’taalspel’ ontstaan eigen werkelijkheden. Zinnen hebben alleen betekenis in de taal, niet in de wereld. Een fundamentele zekerheid als Descartes’ “ik denk dus ik besta” is voor Wittgenstein geen uitspraak over de werkelijkheid, omdat de begrippen ‘denken’ en ‘zijn’ alleen in het taalspel bestaan.

Foto: Lenny Flank (cc)

Goede redenen om ernaast te zitten

Wie ongelijk heeft, wordt vaak vergeten. Wie kent Jan Swammerdam en zijn theorieën nog? In zijn tijd waren zijn ideeën echter helemaal niet zo gek, betoogt filosoof Han Thomas Adriaenssen.

Veel van de vroeger gangbare wetenschappelijke ideeën zijn inmiddels achterhaald en uit de lesboeken verdwenen. Voor filosoof dr. Han Thomas Adriaenssen (RUG) is dat geen reden om zulke vergeten theorieën niet meer te bestuderen. Hadden aanhangers destijds goede redenen voor zulke theorieën? En kunnen we daarmee nog iets van hen leren?

Een mooi voorbeeld van zo’n vergeten theorie komt uit de ontwikkelingsbiologie, het vakgebied dat zich bezighoudt met de vorming van organismen tijdens de embryonale ontwikkeling. In de 17e eeuw geloofden veel biologen dat organismen ontstonden uit miniatuur-versies van zichzelf. De ontwikkeling van een mens begint volgens deze ‘preformatietheorie’ met een minuscuul mensje waar alle structuren van een volwassen mens al in zitten. Tijdens de ontwikkeling groeit dit miniatuur-mensje uit tot een volwaardig organisme. In de meest extreme versie van de preformatietheorie werden alle miniatuur-organismen van alle generaties al bij de schepping gevormd. Het eerste vrouwelijke individu van elke soort bevatte al miniatuur-versies van alle volgende generaties.

Het lijkt nu een bizar idee: dat miniatuur-versies van organismen al in al hun voorouders bevat zitten. De preformatietheorie werd door volgende generaties wetenschappers ook met de grond gelijk gemaakt, en in de 19e eeuw omschreven als “… the greatest error that ever obstructed the progress of our knowledge of development.” Maar hoe kwamen 17e-eeuwse wetenschappers als Jan Swammerdam bij deze theorie? En waren er toen misschien niet hele goede redenen om erin te geloven?

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: copyright ok. Gecheckt 09-11-2022

Opkomst en ondergang van de Republiek der Letteren

RECENSIE - In de zestiende eeuw begonnen Europese geleerden een grote onderlinge verbondenheid te voelen – een verbondenheid over grote afstand die soms groter was dan die met de mensen direct om hen heen. Dat kwam tot uitdrukking in een metafoor die ze gebruikten voor hun onderling contact: de Republiek der Letteren, een informele staat waarvan de burgers amicaal met elkaar omgingen en waarin een belangrijke eis was dat je de uitkomsten van je onderzoek niet voor jezelf hield, maar met andere geleerden deelde. Communicatie was de belangrijkste burgermansplicht in deze virtuele republiek.

De Nijmeegse historicus Hans Bots heeft een belangrijk deel van zijn carrière besteed aan onderzoek naar de geschiedenis van deze ‘republiek’, van het vroege ontstaan in de zestiende eeuw tot het moment in de achttiende eeuw dat de ‘republiek’ oplost, eigenlijk vooral doordat de geleerden steeds meer geïntegreerd raken in de ‘gewone’ samenleving. De oorspronkelijke geleerde tijdschriften richten zich dan bijvoorbeeld steeds meer op een breder publiek van geleerden.

Logische ontwikkeling

Bots is inmiddels al een tijdje met emeritaat en hij heeft nu een kort en toegankelijk overzichtswerk geschreven over wat we weten, met een zekere nadruk op wat we weten over de Nederlandse provincie – die zeker vanaf de zeventiende eeuw ook geen onbelangrijke rol speelde, dankzij de aanwezigheid van vooruitstrevende universiteiten en een relatief grote vrijheid van drukpers. Want aangezien de Republiek der Letteren gebouwd was op communicatie gaan de hoofdstukken, na een algemeen inleidend overzicht, over communicatiemiddelen: de universiteiten, de brieven, de boeken en de tijdschriften. Het boek is daarmee ook te lezen als een inleiding in de vroege geschiedenis van de academische communicatie.

Foto: AnveshPandra (cc)

Onethische wetenschap, racistische wetenschappers

Gaan we “nuchter” discussiëren over onderzoek naar IQ-verschillen tussen groepen of ‘rassen’? Nee, we moeten juist nuchter discussiëren over de bedoelingen van wetenschappers, over racistische ideeën in en ethische grenzen aan wetenschap.

“Even with the best of intentions, ignorance stands impotent when faced with problems that need to be solved, while knowledge, given the will, can lead to solutions.”

Aan de hand van dit citaat van Arthur Jensen pleit VU-wetenschapper Jan te Nijenhuis op TPO voor een “nuchtere” discussie over IQ-verschillen tussen groepen en de genetische oorsprong daarvan. Hij heeft de media alvast mee, die met hun serieuze vragen naar de wetenschappelijke stand van zaken legitimiteit geven aan onderzoek naar de vermeende inferioriteit en superioriteit van groepen.

Minder kinderen

Laten we het dan, in navolging van Jensen, eens hebben over de “solutions” die enkele wetenschappers in dit vakgebied hebben bedacht. OK, vertel, als we aannemen dat er een verband is tussen IQ en ‘ras’, hoe zien ze dan de volgende stap? Jensen, prominent IQ-wetenschapper, heeft daarover namelijk ook een boel interessante dingen gezegd, bijvoorbeeld in dit interview uit 1992 in American Renaissance – dat white supremacist-tijdschrift onder redactie van Jared Taylor.

Taylor spreekt de vrees uit dat

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Bob (cc)

Waarom we ADHD nog steeds niet begrijpen

ONDERZOEK - Hersenwetenschapper Sarah Durston deed jarenlang onderzoek naar ADHD in het brein. Zonder bevredigend resultaat. Als we ADHD willen begrijpen, moeten we anders te werk gaan.

Prof. dr. Sarah Durston is hoogleraar Ontwikkelingsstoornissen van de Hersenen (UMC Utrecht). Ze sleepte grote subsidies binnen voor onderzoek en is expert op het gebied van kinderpsychiatrie en het brein. Tijdens de lezing ‘ADHD en de grenzen van wetenschap‘ legt ze uit waarom er nog steeds geen goed model is voor de manier waarop ADHD werkt. Durston stuitte op de grenzen van haar vakgebied. Tijd om het anders aan te pakken.

Bij aanvang van Durstons carrière was het idee dat je genen het risico op ADHD bepalen. Die genen veroorzaken ‘iets’ in het brein. Bijvoorbeeld een verandering in de structuur of de biologie van een deel van de hersenen, waardoor een ADHD-brein anders werkt dan een ‘normaal’ brein. Deze afwijking leidt vervolgens tot verandering van gedrag: druk zijn en geen aandacht kunnen vasthouden. Dat model wilde Durston verfijnen. Ze wilde begrijpen wat de rol van genen en erfelijkheid is. Ze wilde laten zien dat er verschillende biologische oorzaken van ADHD waren bij verschillende type kinderen. En ze wilde uitzoeken hoe hersenontwikkeling zich verhoudt tot gedrag. Maar 13 jaar en ruim 2,5 miljoen euro aan onderzoeksgeld later, komt ze tot een ontnuchterende conclusie: het model werkt niet.

Foto: Tom Woodward (cc)

De waarheid, de wetenschap
en de mens

Van alle wetenschappelijke takken van sport is de studie van de mens veruit het meest complex. Deels is dat een probleem van praktische aard. Menselijk gedrag is vrijwel onmeetbaar, slecht modelleerbaar, vaak onbegrijpelijk buiten een specifieke context en in alle opzichten mateloos gevarieerd: het is voortdurend aan verandering onderhevig, en wat je op de ene plek dagelijks ziet, zul je op de andere tevergeefs zoeken. Wat nog komen moet is onvoorspelbaar, wat er is, is ongrijpbaar, en wat geweest is wordt in hoog tempo fragmentarisch—dat wat je morgen wil weten, blijkt gisteren per ongeluk te zijn weggegooid. Voordat je het menselijke goed en wel onder woorden hebt gebracht, is alles alweer anders. Πάντα χωρεῖ καὶ οὐδὲν μένει (*).

Tegelijkertijd is er een nog veel fundamenteler obstakel: is de mens eigenlijk wel in staat zichzelf te onderzoeken? Waar het in de exacte wetenschappen, en deels ook in de medische wetenschappen, nog enigszins mogelijk is om klinisch een probleem in kaart te brengen, verkruimelt de distantie wanneer de mens het menselijke onderzoekt. Dat is (volgens mij) vrijwel onvermijdelijk: we dwalen niet als onbeschreven bladen door de wereld die we bestuderen, maar worden gedreven en gestuurd door allerlei ideologische, culturele en religieuze preoccupaties—en de meest fundamentele preoccupaties hebben betrekking op wie we zijn, hoe we (samen)leven, waar we vandaan komen en waar het met de mens naartoe moet. Iedere wetenschapper die mensen onderzoekt – in het nu of in het verleden, vlak bij huis of heel ver weg – verhoudt zich tot zijn onderzoeksobject, en die verhouding is eigenlijk per definitie ideologisch gekleurd – of je je nou met Romeinse keizers bezighoudt, met leprozen in de middeleeuwen, of met sociale fragmentatie in het Europa van de vroege eenentwintigste eeuw. Dit geldt bovendien niet alleen de wetenschapper zelf, maar zeker óók zijn publiek.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Foto: Opgelet, onderstaande tekst kan sporen van ironie bevatten

KRAS | Pastafari

Een van de vereisten van het pastafari-geloof is dat je een vergiet op je hoofd zet op momenten dat anderen dit hinderlijk vinden. Daarom ziet u nooit pastafari’s op straat, maar wel in de krant, als hun stalen kopvod weer eens iemand goed over de zeik gekregen heeft. De jongste toehapper is de TU Delft, waar een promovendus in vergiet en piratenpak de plechtigheid wil doorlopen. De universiteit wil dat niet.

De oplossing lijkt mij dat de universiteit zichzelf ook tot geloof uitroept. Als je de god der wetenschap wilt aanbidden en toetreden tot de priesterskaste der doctoren, dan dien je een mal jacquet aan te trekken. Wanneer dat niet mag van je geloof dan kun je beter een andere noedeltent uitzoeken.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Vorige Volgende