Politieke verantwoordelijkheid bij genocidepreventie

Op 10 april 2002 presenteerde het NIOD Instituut voor Oorlogs-, Holocaust- en Genocidestudies zijn rapport over de val van Srebrenica. Het onderzoek concludeerde dat Nederland, ondanks de complexe omstandigheden, meer had kunnen en moeten doen om de genocide te voorkomen. Op 16 april 2002 bood het kabinet‑Kok II, onder leiding van premier Wim Kok, collectief ontslag aan. Niet vanwege een parlementair debat of stemming, maar voortkomend uit een diepgaand moreel besef: nationale verantwoordelijkheid nemen voor falend beleid, gebaseerd op de vernietigende uitkomsten van het NIOD‑rapport over Srebrenica. Hanna Nieuwenhuizen vergelijkt de reactie van de toenmalige regering op dat rapport met die van de huidige regering op de conclusies van experts over de verantwoordelijkheid voor de preventie van genocide in Gaza nu.  Het rapport van het NIOD besloeg meer dan 3400 pagina’s en concludeerde dat Dutchbat op een “zeer onhelder mandaat” was ingezet in wat officieel een ‘safe area’ heette, maar in werkelijkheid nauwelijks werd beschermd. De politieke en militaire leiding had geen gecoördineerde strategie ontwikkeld, onvoldoende informatie ingewonnen en vertrouwde te veel op internationale partners die hun militair mandaat niet waarmaakten. Als in de weken voordat het rapport naar buiten kwam liep de spanning op. Minister Jan Pronk had op 28 maart in een televisie-interview verklaard dat de politiek gefaald had bij Srebrenica. Het interview leidde tot woede bij zijn collega's in het kabinet, inclusief Kok. Pronk had zichzelf als zelfbenoemde martelaar alle schuld op zich genomen en bracht het kabinet hiermee in een lastig parket. In het weekend na het NIOD-rapport kwam Kok tot een morele conclusie. Door verkeerde timing – vlak voor de verkiezingen – was er geen manier voor normale parlementaire behandeling. Ondanks interne verdeeldheid in de ministerraad nam hij de beslissing om het kabinet te laten vallen. Het onderwerp was volgens hem te ingrijpend en dramatisch om zijn periode als premier af te sluiten zonder een duidelijke verantwoordelijkheid te nemen. De geloofwaardigheid van de politiek stond hierbij op het spel. De val van het kabinet-Kok II was een uniek moment in de Nederlandse politieke geschiedenis, waarbij een regering aftrad zonder parlementaire druk, maar vanuit een morele verantwoordelijkheid. Het besluit van premier Kok om de verantwoordelijkheid te nemen tegenover de slachtoffers en nabestaanden van Srebrenica was een uitzonderlijke zet en gaf voorbeeld aan westerse regeringen die geconfronteerd werden met falen bij genocidepreventie. Door het aftreden kon Nederland niet langer wegkijken: politieke verantwoording naar morele maatstaven ging voor machtspolitiek. De daaropvolgende parlementaire enquête (commissie‑Bakker, november 2002 – januari 2003) concludeerde dat het aftreden gerechtvaardigd was. Hoewel de enquête zelf geen verdere politieke val tot gevolg had, benadrukte ze de rol van Nederland in de morele verantwoordelijkheid tegenover de Srebrenica‑slachtoffers. De genocide-preventieplicht volgens Internationaal Recht De Srebrenica‑affaire markeerde een juridisch keerpunt. In de zaak Bosnië tegen Servië heeft het Internationaal Gerechtshof geoordeeld dat staten een preventieplicht hebben zodra een ernstig risico op genocide bestaat. Die norm werd in 2007 bevestigd in de veroordeling van Servië, en was al leidend bij de zelfreflectie die leidde tot het aftreden van het kabinet-Kok II. Zoals Nederland destijds niet had kunnen wegblijven van de norm om preventief te handelen bij een dreiging van genocide, heeft het kabinet nu opnieuw te maken met een niet te vermijden juridische norm: in januari 2024 oordeelde het Internationaal Gerechtshof dat er aanwijzingen zijn dat in Gaza de rechten van Palestijnen onder het Genocideverdrag worden geschonden. Israël kreeg de opdracht te voorkomen dat er genocide wordt gepleegd én humanitaire hulp toe te laten. Hiermee werd concreet de plicht op preventie juridisch geëxpliciteerd. Op 28 mei 2025 vond er een rondetafelgesprek in de Tweede Kamer plaats over de situatie in Gaza. Uitgenodigd om te spreken waren Martijn Eickhoff, directeur van het NIOD, Geert-Jan Knoops, advocaat, strafrechtdeskundige en bijzonder hoogleraar internationaal recht, en Marieke de Hoon, universitair hoofddocent Internationaal Strafrecht aan de UvA. Weer ligt er een situatie waarin wetenschappers en juristen wijzen op een genocide-preventieplicht. Hoewel Srebrenica en Gaza natuurlijk feitelijk historisch en juridisch van elkaar verschillen, gaat deze vergelijking niet over de gebeurtenissen zelf, maar over hoe verschillende Nederlandse regeringen in de loop der tijd omgaan met expertise die wijst op genocidepreventie-verplichtingen – en juist daarin laat het verschil in luisteren naar én handelen op basis van onderzoek zich scherp aftekenen. En opnieuw roepen deskundigen op tot concrete actie: het stoppen van wapenhandel, sancties, veroordeling van het gedrag. Maar waar Kok zes dagen na het NIOD-rapport zijn ontslag aanbood, lijkt het huidige (demissionair) kabinet vastbesloten door te modderen. Minister Caspar Veldkamps voorstel voor een onderzoek naar de naleving van het EU-associatieverdrag oogt vooral als tijdrekken vergeleken met de urgentie die experts benadrukken. De oproep tot een onderzoek naar het EU-associatieverdrag getuigt van weinig besef van de urgentie, en in het bijzonder het besef van de preventieplicht om genocide te voorkomen conform de Genocideconventie. Dit terwijl gezaghebbende autoriteiten al uitvoerig feitenonderzoek hebben gedaan en het Internationaal Gerechtshof en Internationaal Strafhof al uitspraken hebben gedaan. De drie deskundigen in het rondetafelgesprek spreken dezelfde taal als het NIOD in 2002: heldere, juridische analyses gevolgd door het morele imperatief tot handelen. Knoops benadrukt dat "het niet voldoende is om te wachten op een definitieve rechterlijke uitspraak" - de preventieplicht geldt vanaf het moment dat een staat "weet of behoort te weten dat er een ernstig risico bestaat." De Hoon gaat nog verder. Zij concludeert dat het risico op genocide "inmiddels is omgeslagen in een genocide" en presenteert een concrete lijst van maatregelen: Israël veroordelen, wapenhandel stoppen, sancties invoeren, aansluiten bij de Zuid-Afrikaanse genocidezaak. Haar analyse is methodisch en gedegen – gebaseerd op Amnesty-rapporten, VN-commissies en het Internationaal Gerechtshof. Waar Kok in 2002 binnen een week handelde, heerst er in 2025 stilte. Het rondetafelgesprek wordt beleefd aangehoord, de expertise wordt genotuleerd, de verplichtingen worden erkend. Vervolgens gebeurt er niet zo veel. Minister Veldkamps voorstel voor een EU-onderzoek naar het associatieverdrag wordt door de experts zelf bestempeld als volkomen ontoereikend gezien de urgentie. Het contrast tussen 2002 en 2025 toont een groot verschil in politieke moed. Waar Kok ondanks ongelukkige timing toch de morele keuze maakte om verantwoordelijkheid te nemen voor falen bij genocidepreventie, lijkt het huidige (demissionaire) kabinet te kiezen voor procedures en uitstel. De juridische en morele verplichtingen zijn niet veranderd, ze zijn eerder alleen maar duidelijker geworden door de uitspraken van het Internationaal Gerechtshof. Dit artikel verscheen eerder in De Hofvijver, een uitgave van het Montesquieu Instituut. Hanna Nieuwenhuizen is redacteur-analist voor het Montesquieu Instituut.

Foto: UN International Criminal Tribunal for the former Yugoslavia (cc)

Recensie | Op zoek naar Karadzic – Zvezdana Vukojevic

RECENSIE - Zvezdana Vukojevic heeft met Op zoek naar Karadzic een boeiend en leesbaar boek geschreven. Ik kan het iedereen van harte aanbevelen die interesse heeft in het conflict in het voormalig Joegoslavië, de internationale vervolging van oorlogsmisdaden, of het drama in Srebrenica (en de Nederlandse rol daar in). Of die gewoon een beetje gezonde algemene interesse in de wereld heeft.

Zo. Wellicht heb ik hiermee al de strekking van de hieropvolgende recensie verklapt, maar weet ik veel… ik doe dit ook maar voor het eerst, zo’n boek review. Als een uitgever Sargasso benadert voor een gratis recensie-exemplaar van een boek over zo’n interessant onderwerp zeg ik daar geen nee tegen. En voor wat hoort wat – al heb ik geen ervaring met deze specifieke ‘wat’.

Maar ik dwaal af. En ik ratel nu over mijn eigen persoontje, terwijl het hier natuurlijk gaat om het boek van Vukojevic. En daar valt genoeg boeiends over te vertellen.

Maar voor we dat doen, even heel kort een reminder wie Karadzic ook al weer is:

hij was president van de Servische Republiek. Dat was een onderdeel van Bosnië dat zich daarvan wilde afscheiden nadat Bosnië zich had losgemaakt van Joegoslavië. Na de oorlog is hij ondergedoken, en jaren later gearresteerd terwijl hij zich uitgaf voor alternatief genezer. Hij is door het Joegoslavië-tribunaal veroordeeld voor oorlogsmisdaden, misdaden tegen de menselijkheid en genocide (in Srebrenica).

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Best Friends Forever!

bff

Rusland sprak vorige week woensdag in de VN-veiligheidsraad haar veto uit over de resolutie waarin werd voorgesteld de massamoord op zeven à achtduizend moslimmannen in Srebrenica formeel als genocide te erkennen.

Waar heb je anders vrienden voor?

Foto: Stefano Cannas (cc)

Nederlanders hebben (te) weinig kennis over zwarte bladzijden uit de eigen geschiedenis

ONDERZOEK - Nederlanders weten niet alleen weinig over de zwarte bladzijden van onze geschiedenis. Als ze meer informatie krijgen verandert ook hun houding tegenover de betrokken bevolkingsgroepen, ontdekte de Utrechtse sociologe Sabrina de Regt

Een van de speerpunten van het nieuwe kabinet is meer aandacht voor de Nederlandse cultuur, identiteit en geschiedenis. Meer specifiek staat in het regeerakkoord: “We vinden het belangrijk de kennis over onze gedeelde geschiedenis, waarden en vrijheden te vergroten. Deze maken ons tot wat we samen zijn. … Het is van groot belang dat we die historie en waarden actief uitdragen (p. 19)”.

De vier regeringspartijen hebben ook nagedacht over hoe ze dit willen bereiken. Zo lezen we in het regeerakkoord dat alle kinderen op school het Wilhelmus moeten leren, inclusief de context ervan. Ook willen ze dat alle kinderen tijdens hun schooltijd het Rijksmuseum en het parlement bezoeken. Verder wordt de nationale canon uitgereikt aan jongeren die de leeftijd van 18 jaar bereiken en aan personen die het Nederlanderschap verwerven.

In het regeerakkoord wordt echter met geen woord gerept over de “beladen” kanten van de nationale geschiedenis. Het AD suggereerde eerder op basis van uitgelekte stukken dat D66 heeft gepleit voor lessen over kolonialisme en slavernij, maar daar is in het regeerakkoord niets over terug te vinden. Uiteraard is de totstandkoming van een regeerakkoord een kwestie van geven en nemen. Zeker wanneer het min of meer een “gedwongen huwelijk” betreft tussen verschillende partijen zoals de VVD, het CDA, D66 en de CU. Toch is het erg spijtig dat juist dit punt het niet gehaald heeft in de onderhandelingen. Dit omdat, zoals ik hieronder zal laten zien, 1) Nederlanders weinig kennis hebben van dit deel van onze “gedeelde geschiedenis” en 2) een focus op het beladen verleden kan zorgen voor meer cohesie in de samenleving.

Foto: wikimedia.commons

“Mladic was er niet bij” zegt zijn echtgenote

ELDERS - In Den Haag is het proces heropend tegen de Servische generaal Ratko Mladic die beschuldigd wordt van de moord op duizenden moslims uit Srebrenica na de overgave door de Nederlandse VN-troepen in juli 1995. Nederland is inmiddels wel klaar met deze geschiedenis. Servië is nog dagelijks bezig met de gevolgen van de oorlogen uit de jaren negentig.

Bosiljka Mladic, de echtgenote van Mladic, zat woensdag in de getuigenbank van het Joegoslavië-tribunaal in Den Haag (foto). “Mijn man was in juli 1995 bij mij in Belgrado”, verklaarde ze. Hij kan dus niet aanwezig zijn geweest bij het bloedbad dat de Serviërs hebben aangericht onder de mannen die zij uit Srebrenica hadden weggevoerd. Ze ontkende ook dat haar man er orders voor had gegeven. Ze had het hem ook gevraagd en zijn antwoord was: twijfel je aan me? Nee, natuurlijk. Hoe relevant is de getuigenis van de echtgenote van een aangeklaagde?

Bosiljka bevestigde dat haar man tot de arrestatie van Milosevic in 2001 beschermd werd door de Servische regering. Daarna is hij ondergedoken. Ze dacht dat hij al wel dood zou zijn toen hij tien jaar later alsnog werd gevonden en uitgeleverd. Hij had eerder al eens een hartaanval gehad en leefde ondergedoken in moeilijke omstandigheden. De verdediging van Mladic zegt dat de 73-jarige oud-generaal inmiddels te ziek is om het proces te doorstaan. Russische dokters zijn ingeschakeld om zijn toestand te onderzoeken. Een dergelijk scenario is al eerder vertoond bij het Joegoslavië-tribunaal.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Werd Srebrenica moedwillig opgeofferd?

In 2013 gaf de Amerikaanse overheid 341 tot dan toe geheime documenten vrij over de Amerikaanse betrokkenheid in voormalig Joegoslavië.

Bill Clinton was er zo trots op dat hij ze zelf presenteerde en onderdeel maakte van zijn Clinton-bibliotheek.

Uit de documenten blijkt echter dat de Amerikanen de val van de Bosnische enclaves onder toedoen van Servische troepen van te voren zagen aankomen. Ze deden echter niets om de Serviërs te stoppen, integendeel.

Foto: Martijn.Munneke (cc)

Srebrenica: Ordelijk verlopen

Hasan Nuhanovic was die dag al tien keer geïnterviewd en hij was liever aan de bar van Calypso blijven hangen, met zijn Bacardi Breezer. Hij oogde vermoeid, om niet te zeggen afgepeigerd. Toch sleepte ik hem mee naar de rommelige kamer in de oude bioscoop, waar RTL Nieuws zich tijdelijk geïnstalleerd had. Nogmaals zou de tolk van Dutchbat in Srebrenica moeten vertellen hoe hij gepleit had voor een pasje ten behoeve van zijn jongere broer, hoe dat verzoek geweigerd was en hoe zijn broer door de Serviërs werd afgevoerd en vermoord, net als de rest van zijn familie. Hij had het verhaal nu zo vaak verteld dat de emotie zich niet meer toonde in zijn gezicht.

Zodra ik Hasan had afgeleverd, ging ik verder, informeren bij de stage manager en de technici of alles naar hun zin verliep. Toen trok een journaliste aan mijn mouw of ik zo snel mogelijk Ronald Giphart voor haar microfoon kon halen. Ik dook onder een camera door en legde het verzoek aan hem voor. Daarna was de beurt aan het meisje van het lokale huis-aan-huisblad, helemaal onderaan in de journalistieke pikorde.

Hoewel ik de Nacht van Srebrenica zelf georganiseerd had, was ik misschien wel degene die op dit moment het minste betrokkenheid voelde, bedacht ik ineens. Mijn gedachten waren niet bij de verschrikkingen. Ik werd in beslag genomen door andere zaken. Konden de journalisten hun werk doen, waren de gasten binnen, hoe gingen we het uitlopende programma weer binnen de afgesproken tijd brengen, enzovoort. Ik kon het me helemaal niet veroorloven met de inhoud bezig te zijn.

Foto’s Srebrenica duiken alsnog op

Herinnert u het zich nog, dat verhaal van dat fotorolletje dat was mislukt, waardoor het tastbare bewijs dat Dutchbat weet had van de massaslachting van Bosnische moslimmannen door Servische soldaten onder leiding van Ratko Mladic?

Dat verhaal blijkt toch niet helemaal te kloppen…

Rechter: Nederland aansprakelijk voor deel deportaties Srebrenica

Het NRC:

Nederland is aansprakelijk voor de deportatie van ruim driehonderd mannen in Srebrenica in 1995. Dat heeft de rechtbank in Den Haag vanochtend bepaald. De rechter vindt niet dat de Nederlandse Staat verantwoordelijk kan worden gehouden voor de deportatie en moord op alle 8000 moslims in 1995.

De Haagse rechtbank vindt dat Nederland verantwoordelijkheid draagt voor het wegvoeren van een groep van ruim 300 mannen op 13 juli 1995 door de Bosnische Serven van de Dutchbat-compound. Dutchbat had “gezien de kennis van dat moment over het lot van de mannelijke vluchtelingen en vanwege de bijzondere positie van de compound” geen medewerking mogen verlenen aan de deportatie van deze mannen, aldus de rechter.

Nabestaanden Srebrenica eisen alsnog vervolging Karremans

Zo bericht nu.nl:

De nabestaanden van drie slachtoffers van de val van de moslimenclave Srebrenica in 1995, eisen alsnog vervolging van commandant Thom Karremans van Dutchbat en zijn toenmalige rechterhand Rob Franken. […]

De nabestaanden zijn Hasan Nuhanovic, tolk van Dutchbat en de nabestaanden van Rizo Mustafic, toen elektricien van Dutchbat.

De Nederlandse militairen die de moslimenclave en de bevolking moesten beschermen, hebben de broer en vader van Nuhanovic en Mustafic destijds toch overgedragen aan de Bosnische Serviërs. ”Die hebben ze vervolgens vermoord”, vertelt Zegveld. Karremans en Franken zijn hiervoor verantwoordelijk, vindt de advocate.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Volgende