De nieuwe kleren van de SP | Deel 2
OPINIE - De SP belichaamt een knusse revolutie, zegt Ronald van Raak in antwoord op Hans Achterhuis. Wie gevaarlijke utopisten zoekt, kan beter naar de neoliberalen kijken met hun geloof in de markt.
Utopie is een scheldwoord. Als ik u uitmaak voor ‘utopist’, betekent dat weinig goeds. U bent naïef, u bent wereldvreemd, u gelooft in iets wat niet kan.
Ik ben socialist. Volgens sommigen ben ik daarmee ook een utopist die vasthoudt aan het verleden, aan een abstracte theorie, aan iets wat toch nooit zal komen. Ik op mijn beurt beschuldig juist politieke tegenstanders van geloof in een utopie. Liberalen die geloven dat de markt als vanzelf vrede en voorspoed zal brengen. Een utopie die onze economie in een crisis heeft gebracht, publieke voorzieningen in de uitverkoop heeft gedaan en de tegenstellingen in onze samenleving heeft vergroot. Een utopie is gevaarlijk. Zij is geen ideaal, geen droom van een betere wereld, maar een dogma dat diep ingrijpt in het leven van mensen.
Nederlanders houden niet van utopieën. Wij vinden onszelf gematigd, praktisch en nuchter. De werkelijkheid is anders. Ook wij laten ons graag meeslepen. Door verhalen van angst: van moralisten die de afbraak vrezen van onze moraal, of van milieuactivisten die de ondergang voorspellen van onze aarde. We laten ons ook graag meevoeren door verhalen van hoop: door idealen van liberalen, die spreken over de ongekende mogelijkheden van het individu, of van socialisten, die prachtige vergezichten schetsen over waar we samen toe in staat zijn. Wanneer wordt een ideaal een utopie? Wanneer maakt een verhaal ons enthousiast om dingen te verbeteren, wanneer ontneemt het ons het zicht op de werkelijkheid?