De meeste Tsjechen en Slowaken bleven thuis
ELDERS - De opkomst bij de Europese verkiezingen was in Oost-Europa nog dramatischer dan in Nederland.
De Tsjechen hadden er zelfs twee dagen voor gekregen om te stemmen voor een nieuw Europees Parlement. Ze konden vorige week vrijdag en zaterdag naar de stembus. Minder dan 20% van de stemgerechtigden kwam opdagen. Het resultaat was een delegatie van overwegend pro-Europese partijen met 7 afgevaardigden in totaal voor de EVP, 4 voor de Sociaaldemocratische fractie, 4 voor de liberalen, 3 voor Verenigd Links en 2 voor de conservatieve ECR. De enige echte euroscepticus die werd gekozen was Petr Mach van de Partij van Vrije Burgers. De Tsjechische Groenen slaagden er wederom niet in een zetel te bemachtigen, wat opnieuw leidde tot het aftreden van de voorzitter.
Waarom bleven de meeste Tsjechen thuis? Anders dan verschillende andere Oost-Europese landen hebben de Tsjechen een lange democratische traditie. Na de val van het communisme werd onder leiding van president Vaclav Havel de parlementaire democratie hersteld. Na zijn terugtreden ruim tien jaar geleden is het land echter geplaagd door corruptieschandalen die het vertrouwen in de politiek geen goed hebben gedaan. De geringe opkomst bij de Europese verkiezingen zou ook een echo kunnen zijn van de eurosceptische houding van voormalig president Klaus. Hij heeft zich altijd verzet tegen de pro-Europese erfenis van Havel. Toetreding tot de EU moest hij bij zijn aantreden accepteren, maar bij de ratificatie van het Verdrag van Lissabon heeft hij lange tijd dwars gelegen. Typerend is dat hij de Europese vlag nooit heeft getolereerd bij zijn ambtswoning. Vorig jaar riep hij (inmiddels ex-president) op het EU-lidmaatschap van Tsjechië te beëindigen.