ACHTERGROND - Donderdag 1 mei, tijdens het lijsttrekkersdebat van Nieuwsuur, verwees PVV-lijsttrekker Marcel de Graaff naar Noorwegen en Zwitserland. Landen die welvarend en vrij zouden zijn buiten de Europese Unie. Zijn dit de ideale landen voor Eurosceptici? We kijken naar Noorwegen.
De Noorse bevolking heeft twee keer in een referendum het lidmaatschap van de Europese Unie verworpen: ze zou origineel meegaan met de eerste uitbreiding (samen met Denemarken, Ierland en het Verenigd Koninkrijk), maar 54% van de bevolking wees dit af. In 1994 probeerde de regering het opnieuw (toen ook Oostenrijk, Zweden en Finland lid zouden worden). Maar dat werd met 52% afgewezen. Sindsdien wordt er over dit onderwerp in de politiek niet meer gesproken en is de steun onder de bevolking voor lidmaatschap (zeker na de eurocrisis) alleen maar afgenomen.
Dictaten van Brussel
Je zou misschien denken dat Noorwegen de Europese Unie niet nodig heeft en dat het land, gelegen op grote oliereserves, het zelf wel afkan. Niets is minder waar: het eerste wat opvalt als je naar Noorwegen reist, of wat eigenlijk niet opvalt is dat Noorwegen lid is van het Schengengebied. Je kan er dus zonder paspoortcontrole naartoe reizen.
Noorwegen is ook lid Europese Economische Ruimte, net als Zwitserland, Liechtenstein en IJsland. Deze landen vallen wel onder de Europese markt, hoewel ze geen lid zijn van de Europese Unie. 63% van de import van Noorwegen komt uit de Europese Unie en 81% van haar export gaat naar de Europese Unie (bron). Het land is geïntegreerd in de Europese markt.