Quote du Jour | Imperialistisch atheïsme
Hitchens, op zijn beurt, schreef “dat de krachten vertegenwoordigd door Al Qaeda en de Taliban vrij eenvoudig te begrijpen vallen, maar niet vrij eenvoudig mee samen te leven.” Hij ontvouwde een vulgaire kritiek op religie, langs lijnen die inmiddels tot vervelens toe vertrouwd zijn.
De problemen in het Midden-Oosten stamden niet voort uit imperiale bemoeizucht in een olierijke regio maar uit de islam zelf, een geloof dat het gevolg was van (en vervolgens gekoesterd werd door) waandenken. Op grond van die zet was Hitchens in toenemende mate in staat zich te verbinden aan de kwalijkste elementen van Amerikaans rechts en tegelijkertijd vol te houden dat hij progressief was gebleven.
U kunt wel inzien hoe dat argument werkt. Als geloof in God voortkomt uit intellectuele gebrekkigheid, dan zijn alle gelovigen imbecielen en de vroomste zijn het imbecielst van allemaal. Alle godsdiensten zijn kwalijk maar sommige godsdiensten – in het bijzonder die in het Midden-Oosten, bij zuiver toeval! – zijn erger dan anderen.
In de naam van verlicht atheïsme arriveert men derhalve bij een ouderwets imperialisme: de mensen die wij toevallig juist bombarderen zijn nu eenmaal zwakhoofdige wilden, onontvankelijk voor rede en beschaving. Dat was het geheim van Hitchens’ succes: hij voorzag in een liberaal-progressieve rechtvaardiging voor de “war on terror”.
Je kunt verkondigen dat je een atheïst, een vrijdenker, een geestdriftig aanhanger van de Verlichting bent – en er toch op de een of andere manier in slagen om rechtsconservatieve christenen als George W. Bush en Ben Carson te steunen in hun campagnes tegen de moslimse horden.