Wie stikstof zaait, zal vuur oogsten

Ruim twee weken geleden lekte een concept uit van het nieuwe IPPC-rapport over de staat van het klimaat. De waarschuwingen daarin zijn heftig: we naderen het moment waarop de klimaatverandering onomkeerbaar wordt met rasse schreden. Anders dan alle ambitieuze plannen het doen voorkomen – zero-zus voor 2030, zero-zo voor 2050 – gebeurt er nu veel te weinig. Sterker, we lozen alleen maar meer rommel in de lucht, de aarde en het water. En Nederland doet het daarbij, ons geloof in onze eigen superioriteit ten spijt, bepaald slechter dan veel andere Europese landen. Op 13 mei van dit jaar was het 27 graden in de Barentszee, 20 graden heter dan normaal was rond die tijd. De veenbranden in de Russische poolgebieden zijn ongewoon vroeg begonnen, het ijs op de Noordpool smelt nog weer een tikkie sneller. In het noordwesten van de VS en het zuidwesten van Canada liepen de temperaturen op tot tegen de 50 graden. Na de hitte kwam het vuur: het Canadese dorpje Lytton, dat al dagen met recordtemperaturen kampte, kreeg wildvuur te verduren en werd in de as gelegd. En tegenwoordig sterven er wereldwijd al meer mensen aan luchtvervuiling dan aan roken. Vrijdag zag ik op Twitter water branden: in de Golf van Mexico was op grote diepte een boorpijp gebroken en de zee stond in de hens. Het duurde uren eer blusschepen het vuur wisten te doven. We kunnen niet terug naar ‘normaal’, de klimaatverandering is immers al in volle gang. Met windmolens en zonnepanelen alleen komen we er niet – tenminste, niet wanneer we over een jaar of vijftien nog een leefbare planeet willen hebben, en toekomstige generaties een veilig leven willen bieden. De luchtvaart moet sterk minderen, we moeten van een boel chemicaliën af, de vlees- en zuivelproductie moet fors omlaag, we moeten wat er nog aan natuur is bewaren, en ja, het wordt de hoogste tijd om vegetarisch te gaan eten. En wat doen wij? Nederland schaft plastic wattenstaafjes, rietjes en bestek af, en heft (eindelijk) statiegeld op plastic flesjes. Wat een heldenstap. Intussen houdt de overheid met ons belastinggeld Schiphol en de KLM in de lucht, en moet Milieudefensie eraan te pas komen om Shell milieu-eisen op te leggen, zoals eerder Urgenda via de rechter de regering aan haar eigen klimaatbeloftes moest houden. Tata Steel verontreinigt zich een slag in de rondte, terwijl de GGD uit de stukken probeert te houden dat er specifiek in die regio wel erg veel gevallen van longkanker zijn. Zelfs van een structurele aanpak van milieucriminaliteit is geen sprake: de Algemene Rekenkamer constateerde vorige week geschokt dat juist de veelplegers van milieucriminaliteit amper worden gecontroleerd. De vervuiler vervuilt, desnoods crimineel; burgers en het milieu betalen de prijs. We negeren onszelf collectief de klimaatcrisis in. Deze column van Karin Spaink verscheen eerder in Het Parool.

OM start strafrechtelijk onderzoek Tata Steel

Het OM start een strafrechtelijk onderzoek naar het “opzettelijk en wederrechtelijk in de bodem, lucht of oppervlaktewater brengen van gevaarlijke stoffen, met als mogelijk gevolg gevaar voor de openbare gezondheid” door de bedrijven Tata Steel en Harsco Metals. Dit naar aanleiding van de aangifte van ruim 800 omwonenden en belanghebbenden (verenigd in stichting Frisse Wind.nu). Strafrechtadvocaat Bénédicte Ficq heeft de aangiften in mei 2021 aan het OM overhandigd.

Ficq noemt het onderzoek woensdag geweldig nieuws. “Dit betekent dat vervuilers niet meer onverschillig kunnen blijven over de vervuiling die zij veroorzaken. Als er een gevaar is voor de volksgezondheid, dan ben je de sjaak en kun je dus een opsporingsonderzoek verwachten”, aldus de advocaat.

Foto: crustmania (cc)

Groeiende steun voor strafbaarstelling van ecocide

ANALYSE - De Tweede Kamer en kabinetsleden discussiëren sinds 2015 over strafbaarstelling van ecocide als vijfde internationale misdaad tegen de vrede. Het kabinet voelt er weinig voor, maar de steun in de Kamer groeide. Nieuwe aanleidingen voor moties blijven zich de komende tijd aandienen.  

De Partij voor de Dieren schrijft in hun concept-verkiezingsprogramma, net als in 2017, dat ecocide strafbaar moet worden:

Het Internationaal Strafhof krijgt de mogelijkheid om bedrijven of landen die zich schuldig maken aan ecocide te vervolgen. Ecocide is een misdaad waarbij ecosystemen verloren gaan door nalatigheid, beschadiging of vernietiging.

Elk land dat het Internationaal Strafhof erkent kan een verzoek indienen om een nieuwe internationale misdaad tegen de vrede, zoals ecocide, toe te voegen aan het Statuut van Rome, naast genocide, agressie, foltering en misdaden tegen de menselijkheid. Plegers van ecocide kunnen dan voor het Internationaal Strafhof gebracht worden. Ecocide is op dit moment alleen strafbaar in de context van oorlogsmisdaden.

GroenLinks, BIJ1, de SP en DENK hinten in hun concept-verkiezingsprogramma’s naar de aanpak van ecocide, hoewel niet altijd duidelijk is of ze doelen op internationale (straf)wetgeving (zie eindnoot).

Maakt een voorstel om ecocide strafbaar te stellen kans in de Tweede Kamer? Ik zocht in de Kamerstukken en zette de debatten over ecocide in de Tweede Kamer op een rij.

Foto: M. Appelman (cc)

Strafrechtelijke aanpak milieucriminaliteit schiet tekort

Afvaldumpingen en lozingen van giftig afval zijn aan de orde van de dag. Politie en justitie kijken vaak machteloos toe. Toepassing van het schadebeginsel kan de controle en bestraffing van milieudelicten aanzienlijk verscherpen – een analyse door Marc Schuilenburg.

Wie het klimaatdebat in ons land volgt, krijgt snel het gevoel te zijn beland in een discussie tussen boekhouders: zoveel heffing per ton CO2-uitstoot, belastingmaatregelen om huizen energieneutraal te maken en invoering van een vliegtaks van 7 euro per ticket.

Maar klimaatbeleid hoort meer te zijn dan voer voor boekhouders. Het is namelijk ook een juridisch probleem. Simpel gezegd: je kunt als overheid nog zoveel willen, maar als er een window of opportunity blijft bestaan om als burger willens en wetens de regels aan je laars te lappen, dan verandert er niets.

Afvaldumpingen en giftige lozingen

Met alle aandacht in de politiek en de media voor het klimaat zou je verwachten dat politie en justitie haast maken met de aanpak van milieucriminaliteit.

In de praktijk is daarvan weinig te merken. Dagelijks lees je in de krant over milieuovertredingen waarvoor de politie zegt geen tijd of middelen te hebben.

Zo zijn afvaldumpingen in de natuur aan de orde van de dag, maar de politie komt aan de opsporing van de daders niet toe. In de Brabantse natuur gaat het om zo’n 5.000 dumpingen per jaar, waarbij het zwerfafval niet eens is meegerekend.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Screenshot uit documentaire Beerput Nederland KRO-NCRV 2017

Beerput Nederland

COLUMN - ‘In twintig jaar tijd hebben we nog nooit zoveel boze en wanhopige reacties gehad als op Beerput Nederland’, meldde KRO/NCRV op Twitter. Die onthutsing was terecht. Ik heb die documentaire nu al drie keer gezien, en ben nog steeds ondersteboven.

Beerput Nederland laat zien dat het ruimhartige vertrouwen waarmee de overheid de industriële afvalverwerking in Nederland al decennia achtereen tegemoet treedt, volkomen misplaatst is. De bedrijfstak is inmiddels te vaak op moedwillige, schrikbarende, milieuverwoestende fraude betrapt om ooit nog op enige coulance, van wie dan ook, te mogen rekenen.

Juist daar werd de documentaire echt schrijnend: het kan de overheid maar bitter weinig schelen wat die sector uitvreet. Beerput Nederland inventariseerde nauwgezet hoe de kosten van vervuiling, fraude en nalatigheid op de samenleving worden afgewenteld, terwijl de betrokken bedrijven ondertussen zelf gretig subsidies en winst opstrijken. Ondertussen kijkt de overheid opzettelijk de andere kant op. Frauduleuze afvalverwerkers konden zonder vergunning aan de slag, terwijl de overheid bezuinigde op controle en handhaving, of onderzoek expliciet dwarsboomde.

De Moerdijk-affaire is emblematisch. Shell wilde in 1967 een nieuwe raffinaderij hebben en dreigde die in Antwerpen te bouwen. Onder het mom van ‘behoud van werkgelegenheid’ verkocht de regering Shell een gebied van 2000 hectare bij de Moerdijk, voor twintig gulden. Alsof dat niet volstond, baggerde de overheid met publieke gelden vervolgens de waterwegen tussen de Moerdijk en de Rotterdamse haven uit, legde spoor- en snelwegen aan, en gaf Shell een bonus van 12,5 miljoen gulden subsidie. En Shell mocht meteen aan de slag, nog voor er enige vergunning was verstrekt.