Kunst op Zondag | Blauw

Blauw. Behalve één van de primaire kleuren in uw beeldscherm, is blauw alom aanwezig in beeldende kunst. Als water, lucht en in sneeuw en ijs. Als symbool voor harmonie, trouw, oneindigheid en ook voor kou of verdriet. Als het blauwe uur, favoriet dagdeel van fotografen. Kunstenaars genoeg, die hun blauwe periode kennen. Van Vincent van Gogh (1889 – 1890) tot Picasso (1901 – 1904), van Yves Klein tot Jan Fabres Bic-kunst (de jaren van het uur blauw). Vandaag kunst waarin blauw prominent aanwezig is. Onder de honderden schilderijen die Claude Monet maakte van vijvers met waterlelies, komen vele tinten blauw voor. Claude Monet – Waterlelies,1915. Henri Matisse’s blik door het raam geeft uiteraard uitzicht op blauw, maar hij is ook bekend van zijn gestileerde, blauwe dames.

Door: Foto: Justin (cc)

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.