Kunst op Zondag ontmoet Rembrandt en zijn tijdgenoten

Voor Kunst op Zondag ging ik terug in de tijd. Het Amerikaanse echtpaar en kunstverzamelaars Thomas & Daphne Kaplan leende naast hun Vermeer aan het Rijksmuseum tegelijkertijd 35 werken uit The Leiden Collection uit aan de Hermitage. Tot 27 augustus 2023 loop je in de Hermitage aan de Amstel door de 17e-eeuwse Nederlandse kunst. Aan de hand van 35 historiestukken herbeleef je het kunstleven in de grote bloeiperiode uit de Nederlandse schilderkunst. Je moet een historieschilder zijn, als je een grote meester wilt zijn. Schilder Boeck (1604) Karel van Mander (Meulebeke 1548 – Amsterdam 1606) [caption id="attachment_344973" align="aligncenter" width="450"] Historiestuk (1626) © Rembrandt Collectie Museum De Lakenhal © foto Wilma Lankhorst.[/caption] Het historiestuk In de tentoonstelling maak je kennis met het historiestuk, een omvangrijk genre in de schilderkunst. Op een historiestuk zie je belangrijke feiten vanuit de geschiedenis. Dat kunnen zowel historische, mythologische als Bijbelse gebeurtenissen zijn. In de 17e eeuw, toen ons land een Republiek was, waren historiestukken erg populair. Naast opdrachten voor de publieke ruimte, zoals paleizen, gemeentehuizen en gildes, kochten mensen privé historiestukken voor in hun eigen huis. Op 25 april jl. was op tv de Oranjezaal in Huis te Bosch te zien. In deze ruimte werden 100 bijzondere Nederlanders gefêteerd op een koninklijke lunch. De inrichting van deze Oranjezaal is op initiatief van Amalia van Solms, de weduwe van Frederik Hendrik in samenwerking met bouwmeester Van Campen tot stand gekomen. Met de door haar gekozen afbeeldingen steekt ze de loftrompet over het leven van haar man en zijn nalatenschap. In de tentoonstelling hangt een historiestuk van Rembrandt met een zelfportret van de schilder (1626) uit de collectie van Museum de Lakenhal. Rembrandt heeft zichzelf in de boog geschilderd. De scepter gaat diagonaal door zijn gezicht.   [caption id="attachment_344977" align="aligncenter" width="450"] David geef Uriah een brief voor Joab ( 1619) © Pieter Lastman © foto The Leiden Collection.[/caption] Alles draait om Rembrandt De tentoonstelling is opgebouwd aan de hand van het leven van Rembrandt (1606-1669). Zijn schildersleven wordt verteld in context met zijn leermeester Pieter Lastman (1583-1633) , zijn zeven leerlingen en verschillende schilderende tijdgenoten. Na zijn vertrek uit leiden, ging Rembrandt in Amsterdam in de leer bij meester-schilder Pieter Lastman. Laatstgenoemde werd gezien als een vernieuwer in de schilderkunst. Hij schilderde vooral Bijbelse en mythische scènes waarin hij een scherp oog had voor het landschap. Lastman was goed op de hoogte van de Italiaanse kunst aan het begin van de 17e eeuw. In zijn werk ligt de focus op de uitdrukking in het gezicht, de expressie van handen en voeten. Deze kennis en vaardigheden deelde hij met zijn leerlingen, waarvan Rembrandt de beroemdste is.   [caption id="attachment_344978" align="aligncenter" width="450"] Minerva in haar studeerkamer (1635) © Rembrandt van Rijn © The Leiden Collection.[/caption] Minerva in haar studeerkamer Na een aantal kleine ruimtes waarin werken hangen van Lastman en leerlingen van Rembrandt kom je in de grote zaal. Daar sta je als eerste oog-in-oog met Minerva in haar studeerkamer (1635) van Rembrandt. Het is een groot werk van 138 bij 116 centimeter. Dit werk is een mooi voorbeeld van een allegorisch werk, We zien een bekende mythologische held met attributen die verwijzen naar idealen van de Republiek van die dagen. Minerva was een belangrijke godin in de Romeinse geschiedenis. Zij staat symbool voor de goddelijke macht van het verstand, de vindingrijkheid, de menselijke geest en de wijsheid. Ze werd ook gezien als de godin van oorlog en vrede. Minerva is herkenbaar aan de uil en/of aan een wapenuitrusting. Rembrandt stelt Minerva aan ons voor als een rijke, voorname, Hollandse vrouw uit de 17e-eeuw. Ze draagt een jurk met grote pofmouwen en haar lange, blonde haar golft over haar schouder. Minerva zit aan tafel met voor haar een groot boek waarop haar linkerhand rust. Achter haar zie je een stukje van een globe met daarboven een helm en wapenschild. De wereldbol verwijst naar haar veelzijdige kennis, de helm en het schild naar strijd. Minerva kijkt hier weg van de strijd en legt haar hand op de wijsheid. Dit is het eerste werk dat Rembrandt kort na zijn verhuizing van Leiden naar Amsterdam heeft geschilderd. [caption id="attachment_344979" align="aligncenter" width="450"] Hagar en de engel ©Carel Fabritius © foto Wilma Lankhorst.[/caption] Rembrandt’s leerlingen Op de eerste verdieping hangen vooral werken van leerlingen van Rembrandt. Op het overzicht in de hal van de tweede verdieping kun je zien dat hij er zeven had: Isaac de Jouderville (1612-1645); Gerbrand van den Eeckhout (1621-1674); Ferdinand Bol (1616-1680); Carel Fabritius (1622-1654); Gerrit Dou (1613-1675); Samuel van Hoogstraten (1627-1678) en zijn laatste leerling Arent de Gelder (1645-1727). Uit dit rijtje zijn Ferdinand Bol, Gerrit Nou en Carel Fabritius zijn bekendste leerlingen. Bol zette zijn schildercarrière voort in Amsterdam, Dou bleef trouw aan zijn geboorteplaats Leiden. Fabritius verhuisde naar Delft, waar hij op 33-jarige leeftijd omkwam tijdens de grote buskruitramp in 1654. Van hem hangt hier Hagar en de engel (1645) en van Ferdinand Bol, De engel die verschijnt aan Elia (1642). Bol werkte tussen 1635 en 1642 in het atelier van Rembrandt. Van zijn leermeester neemt Bol de fascinatie voor taferelen uit het Oude Testament over. Hij is met name geïnteresseerd in taferelen die de geestelijke steun van God laten zien. Dit gebeurt vaak in een wisselwerking tussen een jonge engel en een oude aartsvader, in dit geval Elia. [caption id="attachment_344980" align="aligncenter" width="450"] Lazarus en de rijke man (1677) © Jan Steen © The Leiden Collection.[/caption] Enkele tijdgenoten van Rembrandt Op de tweede verdieping gaat de reis door de 17e eeuw verder met werk van de tijdgenoten van de meester-schilder: Pieter de Brebber (1600-1652/53); Pieter Codde (1599-1678); Geldrop Gortzius (1553-1619); Caspar Netscher (1639-1684); Lambert Jacobsz. (1598-1636); Willem de Poorter (1608-1648?) en Jan Steen (1626-1679). Met mooie klassieke muziekfragmenten in mijn oor, reis ik door de schilderkunst van de Gouden Eeuw. Het slotstuk in deze overzichtstentoonstelling uit The Leiden Collection zijn drie werken van Jan Steen: Lazarus en de rijke vrek (1677); het offer van Iphigenia (1671) en het feestmaal van Marcus Antonius en Cleopatra (1673-1675). Het zijn totaal andere werken dan de sfeer die wij zo goed kennen uit het spreekwoordelijke ‘huishouden van Jan Steen’. Steen is een mooi voorbeeld van een meester-schilder die een historisch verhaal kan uitbeelden met zowel ernst als humor. In het feestmaal zijn we getuige van de weddenschap tussen de Romeinse generaal Marcus Aurelius en de Egyptische koningin Cleopatra. Hier eindigt mijn reis door de 17e eeuw. De tentoonstelling is heel ruim opgezet en straalt rust uit. De videofragmenten en audiotour geven extra informatie bij de afbeeldingen. De klassieke muziek maakte deze ontdekkingsreis voor mij tot een groot plezier. [caption id="attachment_344974" align="aligncenter" width="450"] Rembrandt en tijdgenoten in de Hermitage Amsterdam © foto Wilma Lankhorst.[/caption] De tentoonstelling Rembrandt en tijdgenoten, historiestukken uit The leiden Collection is tot en met zondag 27 augustus 2023 te zien in Hermitage aan de Amstel. [caption id="attachment_344976" align="aligncenter" width="450"] Rembrandt en tijdgenoten zaalimpressie © foto Wilma Lankhorst.[/caption] Audiotour en muziekfragmenten Aan het begin van de expositie krijg je een gratis audiotour. Bij acht van de 35 werken hoor je een uitgebreid verhaal. Daarbij wordt er steeds een situatie benoemd waarbij je als bezoeker aan kunt geven of die informatie waar of niet waar is. Aan het einde van de tentoonstelling kun je je totale score uitlezen. Ik heb meer genoten van de muziekfragmenten die je aan kon klikken. Onder het genot van klassieke muziekfragmenten van onder andere Johann Sebastian Bach(1685-1750) en Antonio Lucio Vivaldi (16778-1741) ‘dans’ je als het ware door de 17e eeuw. © tekst en foto’s Wilma Lankhorst © gebruik van de afbeeldingen met dank aan en met toestemming van Museum de Hermitage, The Leiden Collection en Evert Elzinga (het uitpakmoment van de oude, bebaarde man). De afbeeldingen van de Oranjezaal komt uit de Koninklijke verzamelingen.

Door: Foto: Rembrandt en tijdgenoten Sfeerbeelden van Rembrandt's atelier © foto Wilma Lankhorst.
Foto: Dennis Jarvis (cc)

Kunst op Zondag | Een bezoek aan de Hermitage

Onze vaste KOZ redacteur Peter is even weg. Ter opvulling van het gat een verslag van een museumbezoek.

Deze zomer bezocht ik de Hermitage in Sint Petersburg. Een enorme massa kunst, verdeeld over twee gebouwen: het Winterpaleis, met onder andere een hele zaal vol Rembrandts en het gebouw van de Generale Staf aan de overkant van het plein waar je meesterwerken van Picasso, Gauguin, Renoir, Matisse, Rodin en vele anderen  kunt bewonderen. Ook in aantallen die vrijwel nergens anders worden geëvenaard. Terwijl het Winterpaleis bomvol was met grote groepen, vooral Japanse, toeristen, konden we de moderne kunst in het gebouw van de Generale Staf in alle rust bekijken. En fotograferen.

Sinds vrijwel alle museumbezoekers met een smartphone op zak kunst komen kijken worden er in de museumzalen meer plaatjes dan ooit geschoten. Als dat mag, of, als het niet mag, als de suppoost even weg is. Ik zie soms mensen gewoon alles fotograferen. Wie dat niet doet kan zichzelf de vraag stellen wat de selectie heeft bepaald: de bekendheid van het werk, wat je zelf het mooiste vindt, of wat je graag aan een ander laat zien (zoals de ansichtkaart die je in de museumwinkel koopt om nog eens bij gelegenheid te versturen).

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 25-10-2022

Kijken komt na luisteren

Wat als je gesprekken op schilderijen kunt afluisteren. Wordt dat niet te intiem?

Wanneer er op een tentoonstelling een koptelefoon naast een schilderij hangt, denk je meteen: ‘Oh nee, achtergrondinformatie.’ Niemand die zo’n ding oppakt, want dan zit je eraan vast. Zet je hem na twee seconden af, dan ben je alsnog een cultuurbarbaar, en welk gezicht trek je in hemelsnaam met die koptelefoon op? Moet je bedachtzaam naar het schilderij knikken, zo van ‘Goh, nu u het zegt, dat was me niet eerder opgevallen…’?

Deze keer was alles anders. Nadat de eerste bezoekers in de grote tentoonstelling van de Impressionisten in Hermitage hun schroom hadden overwonnen – daarbij heftig aangemoedigd door mij – stonden de kijkers in de rij voor die koptelefoon. Want ditmaal huist daarin geen droge uitleg. Zbigniew Wolny heeft een geluidslandschap gemaakt bij het schilderij dat voor ons hangt. We zien badende dames in Versailles. We horen klaterend water, ruisende bomen, fluitende vogels en flarden van conversaties.

Via een ingenieus systeem van sensors ‘weet’ de koptelefoon precies waar de kijker staat, waardoor het afgespeelde geluid afhankelijk is van je positie voor het schilderij. Wie heen en weer drentelt, hoort steeds het gesprek pal voor zich opklinken, terwijl de geluiden van links en rechts tot gemurmel wegzakken. Het resultaat: Wolny brengt het schilderij tot leven. (Zelf noemt hij het resultaat een sonic painting.)

Foto: copyright ok. Gecheckt 01-03-2022

Heksenjacht door de Kleine IJstijd

Soms hoor je in het museum tijdens de audiotour interessante wetenswaardigheden die je later in de tentoonstellingscatalogus niet terug kunt vinden. Dat overkwam mij tijdens een bezoek aan de Hermitage aan de Amstel voor de tentoonstelling Rubens, Van Dyck en Jordaens. In deze tentoonstelling is ook een schilderij opgenomen van de Antwerpse schilder Frans Francken II. Het heet De Heksenkeuken, een olieverf op paneel uit 1606.

Via de koptelefoon hoorde ik dat er aan het einde van de zestiende eeuw een toenemende belangstelling voor heksenafbeeldingen was ontstaan. Dat zou te maken hebben met de Kleine IJstijd die West-Europa sinds 1550 teisterde. De heksen kregen de schuld van de niet te verklaren koudegolf. Ik wilde graag meer weten over dit onderwerp en daarom kocht ik de catalogus van de tentoonstelling. Helaas is er in de beschrijving van ‘De Heksenkeuken’ niets te lezen over de Kleine IJstijd.

In de catalogus staat wel vermeld: “In 1606 kondigde een edict van aartshertog Albrecht en infante Isabella strenge vervolging van heksen aan, en in de beide werken van Francken uit datzelfde jaar met de hekserij als onderwerp vormden een directe artistieke reactie op deze wet”. Verder bevat de toelichting vooral informatie over hetgeen we op het schilderij kunnen zien. Er staan heksen afgebeeld die zich opmaken voor de heksensabbat. De oude vrouw met het opengeslagen boek in de handen roept de demonen op. Rechts van het schilderij staat een naakte vrouw die ingesmeerd wordt met een magisch mengsel, zodat ze kan vliegen. Aan de linkerkant van het schilderij zijn nog net twee heksen te zien die via de schoorsteen naar buiten vliegen. Aan de plank rechtsboven is een vel papier geprikt met enkele leesbare woorden, waarschijnlijk staat hierop het recept voor de toverzalf.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Wie is deze man?

Het komt niet vaak voor dat je in ons land meerdere schilderijen van Antonie van Dyck tegelijk kunt bezichtigen, maar de komende drie maanden kan dat wel. De Hermitage in Amsterdam presenteert een tentoonstelling over de Antwerpse school. De portretten van Van Dyck zijn goed vertegenwoordigd naast de genrestukken van zijn leermeester Rubens en de groepsportretten van diens tijdgenoot en collega Jordaens. Drie portretten van Van Dyck zijn in Vlaanderen gemaakt, de andere zeven stuks zijn uit de tijd dat hij in Engeland werkte als hofschilder. Helaas ontbreken de portretten uit zijn Italiaanse periode. Anthonie van Dyck gold in zijn tijd als de allerbeste portretschilder. Alle schilderijen van de huidige tentoonstelling zijn afkomstig uit Sint Petersburg.

In de grote zaal hangen enkele levensgrote portretten, zoals dat van Lord Wharton, geschilderd in 1639. Eigenlijk is het schilderij net niet groot genoeg: de geportretteerde past maar net op het doek en de kleuren zijn weliswaar sprekend, maar mij is het net een tikkeltje te imponerend om het oprecht als mooi te kunnen beoordelen. Geef mij maar de intiemere portretten die in de zijgalerijen hangen.

Het meeste werd ik geroerd door het gezinsportret uit 1621. Het is onbekend wie het zijn of welke relatie ze met de schilder hadden, maar is wel zeker dat het in zijn Antwerpse periode is gemaakt. Ik kon minutenlang kijken naar de peinzende vader, de beheerste moeder en het verveelde kind. De ouders lijken alles onder controle te hebben, en ook al zit het meisje rustig op schoot, je verwacht dat ze elk moment in actie kan komen. Als een barokengeltje brengt de dreumes beweging in het schilderij.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.