Hulspas weet het | Het hart, een moordkuil

Nu is het routine. Nu gebeurt het alleen al in Nederland enkele tientallen keren per jaar. En de overlevingskansen zijn prima. Maar een halve eeuw geleden waren de kansen nihil. Het was nog nooit gedaan. De kans dat de ontvanger de operatie zou overleven werd klein geacht; de kans dat het gedoneerde hart het daarna langer dan een paar minuten uithield, was even groot. Maar chirurgen wisten dat het technisch mogelijk moest zijn. En hun handen jeukten. Over de hele wereld stonden tientallen artsenteams te springen om de eerste te zijn. Om als eerste een hart te transplanteren. Potentiële ontvangers waren er genoeg. Ze hadden hele lijsten met namen. Maar wie o wie zou het eerste gezonde, kloppende hart in handen weten te krijgen?

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022
Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Harttransplantatieproef ‘succes’?

Een baby (Foto: Flickr/BadrNaseem)

Een hart transplanteren van een baby die slechts 75 seconden geen hartslag meer had is volgens het ANP een ‘onethisch succes’. Volgens het bericht (onder andere op NU.nl) overleefde 100% van de testgroep het, vergeleken met slechts 84% van een controlegroep.

Over de mogelijk onethische aspecten van de transplantatie kunnen we het eens zijn. Het is namelijk omstreden wanneer je een mens dood verklaart. Doe je dat op basis van hersenactiviteit, of bijvoorbeeld op basis van een gestopt hart? Daar valt over te discussiëren. Maar op het succes, zoals deze door het ANP wordt gedefinieerd, is wel het een en ander af te dingen. Zoals bijvoorbeeld het feit dat de testgroep 3 baby’s omvatte, en de controlegroep 17. Van de eerste groep overleefden alle baby’s het, en van de tweede groep 14. Buiten het feit dat dat laatste, ook afgerond, nooit 84% kan worden is het nogal dubieus om op basis hiervan de proef een succes te noemen.

De baby’s van de controlegroep hadden namelijk een voorafkans van 82,4% (14 uit 17) om het te overleven. Had de controlegroep ook uit drie baby’s bestaan, dan was de kans 56% geweest dat deze drie het ook allemaal zouden overleven. De vraag blijft dus bestaan of de nieuwe techniek wel beter is, en niet gewoon een toevalstreffer. Immers, bij één dood kind zou de succesfactor direct duikelen naar 66%. En dat laatste zou dan ook helemaal niets zeggen.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.