Pling! Opgepakt. Pling! Afgevoerd.

Driekwart jaar geleden mocht ik een namenlijst bekijken. Een lange: hij omvatte volgens de opstellers ruim 4500 mensen en hun laatst bekende huisadres. Ik bladerde, las hier en daar een paar regels, bladerde dan verder. Ik herkende wat namen. Hij natuurlijk, en ja, hij ook, dat was te verwachten, en och, was dat zijn officiële voornaam? Viereneenhalfduizend namen: dat zijn er veel. De lijst was niet uitgeprint, hij was ouderwets getypt. Ergens in mijn hoofd klonk de vrolijke pling die typemachines maakten wanneer ze het einde van de regel naderden. Tijd om de hendel over te halen en aan de volgende regel te beginnen.

Foto: Pixabay

Overheidsinstanties. Wat een zootje.

COLUMN - Dat overheidsinstanties steeds slechter lijken te functioneren heb ik de afgelopen weken zelf tot 2 keer toe mogen ervaren. In beide gevallen nota bene bij mijn oude werkgever, de Gemeente Amsterdam. Waar ik als ambtenaar altijd met trots en liefde mijn best deed voor de burger. Maar het is er een zootje geworden.

Een paar weken geleden vond ik in mijn brievenbus maar liefst 5 brieven tegelijk van de gemeente. Vreemd, maar oké.

Wááát?

De eerste die ik openscheurde ging over de erfpacht. O ja, de mijne loopt af in 2027, dus daar moet ik wel wat mee. Gelukkig had ik er net een artikel over gelezen, want geen hond die begrijpt wat ze nou precies bedacht hebben. Het advies: doe sowieso een aanvraag voor een bod, je kunt later beslissen of je dat aanneemt. En aanvragen voor 1 januari 2020 profiteren van een voordeligere regeling. Dus ik naar het portaal.

Bummer. Mijn aanvraag liep vast, omdat ik behalve een woning ook een parkeerplaats in bezit heb. Dat is geen uitzonderlijke situatie, weet ik uit mijn tijd bij Parkeergebouwen. Dus welke nitwit dit portaal op deze manier heeft opgezet, ik weet ’t niet, maar hele hordes burgers kunnen hun aanvraag dus niet op deze manier doen. Advies; stuur een e-mail. Zo gezegd zo gedaan. Het automatische antwoord dat ik ontving luidde: vanwege de vele aanvragen kan het lang duren voor u antwoord ontvangt. Wááát? Dus je maakt een regeling, stelt een deadline, en dan ben je niet voorbereid op de stroom aanvragen die daarop volgt? En de gemeente blijkt ook niet bereid om de deadline op te schuiven. Lekker dan. Maar goed, ik heb mijn aanvraag gedaan en heb daar bewijs van, dus mij maken ze niks. Hoop ik. Zie de volgende casus.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Het gevaar van een dubbele nationaliteit

GeenCommentaar heeft ruimte voor gastloggers. Vandaag is dat Jan-Jaap van Peperstraten over de rol van de Nederlandse overheid bij de registratie van dubbele paspoorten.

De kasbah (Foto: Flickr/¡Carlitos)

Tot mijn verbazing vond ik dit artikel op de opiniepagina van de Volkskrant. Het artikel in kwestie is geschreven door een NOS-journalist, dhr. Bonebakker, die getrouwd is met een Marokkaans-Nederlandse vrouw. Zijn dochtertje werd tegen zijn zin (en, kennelijk, die van zijn vrouw) bij de Gemeentelijke Basisadministratie ingeschreven als bipatride: naast de Nederlandse werd ook de Marokkaanse nationaliteit geregistreerd. Bonebakker maakte hiertegen bezwaar, maar zonder enig effect. Dat was ook niet te verwachten, want de GBA dient ook de verscheidene nationaliteiten van de Nederlandse burgers te registreren. Daar zijn goede redenen voor – onduidelijkheid over de eventuele andere nationaliteiten van Nederlandse burgers kan een hoop problemen opleveren als een burger zich bijvoorbeeld in het buitenland bevindt, in de problemen komt en de Nederlandse overheid consulaire bijstand wil geven terwijl dit niet kan. Ik heb al eens eerder over een vergelijkbare situatie geschreven, mijn mening is inmiddels niet veranderd.

Wat ik echter niet begreep was de volstrekte verongelijktheid en de wat wilde toon waarmee Bonebakker uitvaart tegen de Gemeente Utrecht. Zo schrijft Bonebakker o.a.: