Robert M. – The Facebook Society

Dit is een gastbijdrage van JST. Het stuk verscheen eerder op op Kingkosherbeentuit. Mooier kon de langverwachte beursgang van Facebook niet. Het computersysteem van technologiebeurs Nasdaq raakte overbelast, waardoor de lancering een half uur vertraging opliep. In de wereld van Facebook is een half uur veel. Wie een half uur geen status-updates kan checken, moet een half uur goedmaken om weer op de hoogte te zijn van het wel en wee van al zijn vrienden. En al die vrienden zijn 115 dollar per persoon waard.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 24-10-2022

Doneer voor ¡eXisto!, een boek over trans mannen in Colombia

Fotograaf Jasper Groen heeft jouw hulp nodig bij het maken van ¡eXisto! (“Ik besta!”). Voor dit project fotografeerde hij gedurende meerdere jaren Colombiaanse trans mannen en non-binaire personen. Deze twee groepen zijn veel minder zichtbaar dan trans vrouwen. Met dit boek wil hij hun bestaan onderstrepen.

De ruim dertig jongeren in ¡eXisto! kijken afwisselend trots, onzeker of strak in de camera. Het zijn indringende portretten die ook ontroeren. Naast de foto’s komen bovendien persoonlijke en vaak emotionele verhalen te staan, die door de jongeren zelf geschreven zijn. Zo wordt dit geen boek óver, maar mét en voor een belangrijk deel dóór trans personen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 22-04-2022

De geschiedenis van mijn narcisme

 

ESSAY – Onlangs werd in het programma ‘Dus ik ben’, waarin Stine Jensen op zoek gaat naar de filosofische wortels van onze identiteit, de vraag gesteld of social media ons, de westerse mens, narcistischer heeft gemaakt. Allerlei bekende en minder bekende mensen, waaronder de Engelse filosoof Alain de Botton (die ik een paar uur daarvoor nog geïnterviewd zag worden door een van de grote exponenten van het 20ste eeuwse narcisme, Ivo Niehe), lieten hierover hun licht schijnen, waar ik echter niet of nauwelijks naar heb geluisterd, omdat ik, o ironie, te veel in beslag werd genomen door mijn eigen oorverdovende gedachtes over deze vraag.

Sinds ik op regelmatige basis mijn ideeën en gedachtes over van alles en nog wat op internet gooi, in de hoop en inmiddels wetenschap dat andere mensen het willen lezen, beoordeel ik alles waarover ik nadenk op de mogelijkheid er een stukje van te maken. Vaak zit ik in mijn hoofd al hele volzinnen te formuleren die zo fraai mogelijk verwoorden wat ik denk. Of ik denk na hoe ik iets zo scherp mogelijk in 140 tekens kan gieten.

De mogelijkheid die ik dankzij internet heb om mijn gedachtes te publiceren en aan mensen te laten lezen, beïnvloedt zodoende mijn denkwijze. Ik doe dit, laat ik voor de gelegenheid maar zo eerlijk mogelijk zijn, vooral ter meerdere eer en glorie van mezelf. Dat de mensen tegen me zeggen: Goh Max, wat heb je dat toch ontzettend fraai verwoord. En dat De Volkskrant en NRC vervolgens tegen elkaar op beginnen te bieden om mijn stuk te kopen. En dat De Wereld Draait Door mij belt om te vragen of ik mijn mening in de uitzending van die dag wil komen verkondigen. Wat ik weiger, want ik heb een hekel aan Matthijs van Nieuwkerk en voel me te goed voor de Wereld Draait Door. Dat wist de redactie daar toch wel, neem ik aan? Ja, natuurlijk wist de redactie dat, maar Matthijs vond mijn mening te belangrijk en had besloten over zijn eigen schaduw heen te stappen en de redactie bevolen mij uit te nodigen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 10-02-2022

Ook peuters hebben recht op privacy

Ouders die een Facebookpagina aanmaken voor hun pasgeboren kind, miskennen de rechten van het kind op privacy en zouden, in wezen, strafrechtelijk vervolgd kunnen worden. Dit betoogt Paul Kirschner, hoogleraar bij het Centre for Learning Sciences and Technologies van de Open Universiteit.

Onlangs las ik bij een proefschrift de volgende stelling: “Pasgeboren kinderen van ouders met Facebook verdienen onmiddellijk een eigen Facebookpagina om zo vrienden en familie op te hoogte te houden van hun ontwikkeling”. Ik kon mijn ogen eigenlijk niet geloven, en wel om twee redenen. Ten eerste moet een stelling verdedigbaar zijn en niet zomaar een leuke uitspraak zijn. Ten tweede om ik van mening ben dat zoiets doen verwerpelijk is.

Ten eerste: Is deze stelling verdedigbaar? Mijns inziens is deze stelling alleen verdedigbaar in een aantal landen ter wereld waar Nederland gelukkig niet bij hoort. Wat is nou het geval? Nederland heeft, namelijk de Universele Verklaring van de Rechten van het Kind ondertekend. Artikel 16 van deze Verklaring leest als volgt:

16.1 Geen enkel kind mag worden onderworpen aan willekeurige of onrechtmatige inmenging in zijn of haar privéleven, in zijn of haar gezinsleven, zijn of haar woning of zijn of haar correspondentie, noch aan enige onrechtmatige aantasting van zijn of haar eer en goede naam.
16.2 Het kind heeft het recht op bescherming door de wet tegen zodanige inmenging of aantasting.

Doe het veilig met NordVPN

Sargasso heeft privacy hoog in het vaandel staan. Nu we allemaal meer dingen online doen is een goede VPN-service belangrijk om je privacy te beschermen. Volgens techsite CNET is NordVPN de meest betrouwbare en veilige VPN-service. De app is makkelijk in gebruik en je kunt tot zes verbindingen tegelijk tot stand brengen. NordVPN kwam bij een speedtest als pijlsnel uit de bus en is dus ook geschikt als je wil gamen, Netflixen of downloaden.

Foto: copyright ok. Gecheckt 11-03-2022

Israel houdt van Iran

Natuurlijk, het is makkelijk om er cynisch over te doen, de ‘Israeli’s zijn dol op Iraniërs’ actie die de afgelopen dagen over internet spoelde en binnen de kortste keren 30.000 facebook likes (and counting) verzamelde. Het is een makkelijke vorm van actievoeren en een gebaar dat eenvoudig vermalen wordt in de wereldpolitiek.

Maar tegelijk: gelukkig zijn er nog mensen zoals Ronny Edry, die bereid zijn elke strohalm te pakken en er desnoods zelf een te maken. Ook al zou Martin van Creveld (vanochtend in de papieren Volkskrant) gelijk hebben en is een nucleair Iran helemaal geen bedreiging voor Israel, maar zijn het vooral de Israeli’s die met hun eigen paranoia moeten afrekenen, dan nog valt Ronny’s vlucht naar voren te prijzen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Onzin

Critici beweren vaak dat op sociale media hoofdzakelijk onzin wordt gepost. Publieke conversaties horen een meerwaarde boven het persoonlijke te hebben, vinden ze, en anders hoor je die niet in het openbaar te voeren. Wat een raar criterium. Sinds wanneer stellen we de eis dat onderlinge gesprekken tussen mensen maatschappelijk relevant moeten zijn, zuiver omdat anderen ze ook kunnen volgen? Met dat argument kun je ook zowat alle gesprekken in cafés, op feestjes, in parken en langs sportvelden belachelijk maken.

Sites als Facebook maken de alledaagse conversaties tussen vrienden en kennissen voor anderen zichtbaar. Inderdaad, die gesprekjes zijn niet altijd van hoog niveau. Zulke gesprekken voer je echter niet vanwege het niveau, maar om de onderlinge band te cultiveren: het zijn betrekkingsgesprekken.

Tien jaar geleden was het modieus om af te geven op mobieltjes; mensen zouden ze hoofdzakelijk gebruiken voor onnutte plaatsbepalingen en zinloze aankondigingen: ‘Ik ben nu in de supermarkt’, ‘Ik ben er over vijf minuten’. maar die boutades zijn misplaatst. Wat zulke ogenschijnlijk onbenullige gesprekjes namelijk zeggen is dit: ik denk aan je, ik kom eraan, weet dat ik je niet vergeten ben. Ik ben elders, maar ik ben bij je. Wat zulke telefoongesprekjes au fond doen, is de huiselijke conversatie tussen vrienden, familie of geliefden voortzetten in de buitenwereld. Ineens belandden zulke alledaagse opmerkingen op straat, in het café, in de lift, in de tram.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: copyright ok. Gecheckt 18-10-2022

Digitale schaduw: poppetje van nullen en enen?

Het idee dat onze gegevens worden opgeslagen en gedeeld is al jarenlang een hot topic in Nederland. Onder ICT’ers en digitale burgerrechtenactivisten is de term ‘digitale schaduw’ al langer bekend. Maar ‘gewone burgers’ zoals ik snappen er vaak de ballen van. Hoe bedoel je een digitale identiteit? Is dat een soort poppetje gemaakt van en nullen en enen? Wat betekent het voor mij? En wat kan ik er zelf aan doen, vraagt Mariette Hummel zich af.

In juni 2011 begon ik met het DigiMe-project. Met dit onderzoek – gecrowdfund via Nieuwspost.nl – wil ik meer inzicht krijgen in mijn digitale schaduw. De term ‘digitale schaduw’ zal ongetwijfeld bekend zijn onder de Sargassolezers, dankzij hoofdredacteur Dimitri Tokmetzis en zijn nieuwe boek. Toen ik mijn project op Nieuwspost zette was het debat omtrent het Elektronisch Patiënten Dossier nog in volle gang, ook was er net een wetsvoorstel voor een landelijke DNA-bank afgewezen. Mijn Facebook newsfeed stond op dat moment vol met discussies over onze privacy en hoe we deze langzaam aan het verliezen zijn. Maar zoals Dimitri al vaak schreef: dit debat over privacy is eigenlijk achterhaald. Onze gegevens zijn namelijk al overal opgeslagen. Ze worden doorverkocht aan bedrijven of gekoppeld door overheden.

Mijn zoektocht begon met het meest voor de hand liggende: ik googelde mijzelf. En ik schrok me kapot: op mijn scherm verscheen een kaartje, met een virtuele punaise op mijn huis gericht – op de meter nauwkeurig. Naast het kaartje stonden mijn mobiele telefoonnummer en mijn privéadres. Het klopte als een bus. Deze informatie was via de website van TomTom op internet gekomen. Maar ik had geen TomTom; sterker nog: ik had geen auto en zelfs geen rijbewijs. Ik mailde ex-rechercheur Wilfred van Roij van het digitaal opsporingsbedrijf Com-Connect en vroeg hem hoe die gegevens bij TomTom waren gekomen. “Kamer van Koophandel”, schreef hij. Verrek, dacht ik, als freelance journalist sta ik inderdaad ingeschreven bij de KvK. Deze verkoopt je adresgegevens en telefoonnummer dus door, tenzij je nadrukkelijk aangeeft dat je dat niet wilt. Toen ik mij in 2010 bij de KvK inschreef, is mij dat niet verteld. Het bleek vervolgens een hels karwei om mijn privégegevens weer privé te krijgen. TomTom heeft mijn adres uit het systeem gehaald maar in no time had een volgend bedrijf mijn adres en mobiele nummer weer gepubliceerd.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Vorige Volgende