Grassroots of kunstgras: energievoorziening in de media
ANALYSE - Al dan niet geënsceneerde protesten in de media hebben veel invloed op de besluitvorming rond onze energievoorziening, constateert Jurgen Ganzevles.
Groepen mensen die zich druk maken over maatschappelijke kwesties worden ook wel grassrootsbewegingen genoemd. Kunstgrasgroeperingen zijn minder bekend. De Amerikaanse senator Lloyd Bentsen gebruikte het woord astroturfing voor het eerst, in 1985. Dit nieuw uitgevonden werkwoord verwijst naar een merk kunstgras. Het ging hem om het ensceneren van publiek protest, als tegenhanger van spontane betrokkenheid. Historische voorbeelden van kunstgrasbewegingen zijn aangewakkerde demonstraties uit de tijd van de Joegoslavische dictator Milošević en Amerikaanse pro-rokencampagnes, waarvan de banden met de tabaksindustrie zijn aangetoond.
Publieke meningsvorming begrijpen is een vak apart. In de energiewereld speelt het een rol in de discussies over windmolenparken, biomassa, kernenergie, CO2-opslag en schaliegaswinning. Het zijn ingewikkelde dossiers. Vragen over economie, technologie, duurzaamheid, veiligheid en de ruimtelijke inpassing lopen dwars door elkaar heen. Feit versmelt met fictie. Waarden en emoties zijn niet los te zien van belangen.
Op de rem
Het woud aan onzekerheden als het gaat om duurzame energievoorziening leidt tot een snelle opkomst van maatschappelijk protest. Partijen die niet overtuigd zijn, nemen het zekere voor het onzekere en trappen hard op de rem. Neem schaliegaswinning als voorbeeld. In 2010 wakkerde de documentaire Gasland de discussie over grootschalige schaliegaswinning in Amerika stevig aan. In 2011 bracht vooral de geplande proefboring in het Brabantse Boxtel het debat naar Nederland. Anno 2012 hebben niet minder dan 37 gemeentes te kennen gegeven dat zij substantiële bezwaren zien tegen winning van schaliegas in hun grondgebied.