De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.
In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.
Als het recht op zelfbeschikking niet bij de dood eindigt, wanneer dan wel?
Een met petitie ondersteunde smeekbede van de Nierstichting ten spijt, een zwaarwichtig Masterplan van de commissie-Terlouw negerend, heeft de Tweede Kamer zich in meerderheid uitgesproken tegen een ingrijpende wijziging van de wetgeving inzake orgaandonatie. Het systeem van donorregistratie blijft zoals het is: geheel facultatief. De wachtlijsten van duizenden patiënten, bij gebrek aan voldoende donororganen, blijven bestaan; iedere week sterven drie mensen als gevolg van deze situatie.
Dat een overgrote meerderheid van de Nederlandse bevolking vindt dat er moet worden ingegrepen in het systeem, is – opnieuw – geen reden voor de volksvertegenwoordiging om op een effectiever wetgeving in te zetten. Opnieuw is het geen-bezwaar-systeem (iedereen is potentieel donor, tenzij bezwaar is gemaakt) gesneuveld. En een verplichte donorregistratie (zoals door de PvdA bepleit) blijkt op onoverkomelijke juridische bezwaren te stuiten.
Het Belgische model van altijd-donor-tenzij (onze zuiderburen kennen dientengevolge geen tekort aan donororganen) wordt nu al vele jaren terzijde geschoven op grond van ethische bezwaren. Het VVD-Kamerlid Anouchka van Miltenburg verwoordde dit gisteren in het Kamerdebat als volgt: “Het recht op zelfbeschikking eindigt niet bij de dood”. Oh nee? Wanneer dan wel?
Als we het recht op zelfbeschikking definiëren als het recht van de persoon in kwestie om na overlijden over zijn of haar “toekomst” te beschikken, dan is zo’n recht in de huidige situatie ook niet aanwezig. Paar voorbeelden: ik ben geregistreerd als donor en ze mogen wat mij betreft alle organen voor donatie of wetenschap gebruiken. Als mijn directe familie evenwel bezwaar maakt, dan gaat het simpelweg niet door. Als ik per se begraven wens te worden: mijn nabestaanden kunnen mij alsnog cremeren, zonder dat iemand daar wat aan kan doen. Er bestaat dus niet zoiets als een post-mortaal recht op zelfbeschikking.
De Belgen doen het beter
Al jaren wordt in Nederland gedebatteerd over de wijze waarop we mensen orgaandonor laten worden. In Nederland moet je je actief aanmelden, in België sta je automatisch op de lijst tenzij je daar actief bezwaar tegen maakt. Ondank alle goed bedoelde acties ten spijt zijn er in België ongeveer twee keer zo veel organen beschikbaar als in Nederland. Dit hogere aanbod redt een hoog aantal mensenlevens, zowel Belgen als Nederlanders, door wachtlijsten die in weken en maanden worden gemeten in plaats van jaren.
Waarom hebben we in Nederland niet het Belgische ‘ja-tenzij’ systeem ingevoerd? Volgens Minister Klink is het van belang dat mensen zelf actief kiezen voor het donorschap en is het onwenselijk dat een overheid een dergelijke keuze maakt. Hij gaat daar wel erg soepeltjes voorbij aan het feit dat die overheid formeel eerst wel door alle Nederlanders gekozen is en op allerlei gebieden de taak heeft voor ons keuzes te maken. Brommerhelm, gordels op de achterbank, hoogte van een deur in het kinderdagverblijf, geen alcohol onder de 16. Wordt allemaal door de overheid opgelegd in het kader van de volksgezondheid. En de meesten Nederlanders vinden het prima.
De Belgen, Donorshow organisatoren en heel veel mensen die op een nieuw orgaan zitten te wachten vinden dat de ja-tenzij methode zo snel mogelijk ook in Nederland mag worden ingevoerd. De discussie zit echter muurvast ondanks het feit dat bijna iedereen in Nederland wel een orgaan wil ontvangen als het alternatief doodgaan is maar slechts een minderheid van 25% het initiatief neemt zich aan te melden als donor. Dit kan ook gemakkelijk want er is op individueel niveau geen enkel nadeel aan het niet-donor zijn. Er is geen relatie tussen iemands wil om anderen te helpen en het ontvangen van hulp als dat ooit nodig mocht blijken. Ik denk dat daar de systeemfout zit die je moet corrigeren.
De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.
Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.
Dat kan! Sargasso is een collectief van bloggers en we verwelkomen graag nieuw blogtalent. We plaatsen ook regelmatig gastbijdragen. Lees hier meer over bloggen voor Sargasso of over het inzenden van een gastbijdrage.
Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.
In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.
Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.