Naar eeuwen van duisternis

Ze hadden het er liever helemaal niet over. En als het dat toch moest, spraken ze verhullend over ‘de huidige omstandigheden’. En over de dreiging van ‘de tiran’. De laatste Atheense filosofen voelden bij het woord ‘christendom’ alleen maar een diepe weerzin. Het christendom, de tiran, had eeuwenoude tempels verwoest. De christelijke ‘gieren’ en ‘cyclopen’ hadden de beelden van de goden omvergehaald, ze hadden priesters vermoord, bibliotheken op straat gesmeten. En natuurlijk, dat tuig had in 415 de grote filosofe Hypatia vermoord. Na dat gruwelijke voorval waren tientallen Alexandrijnse filosofen hun toevlucht gezocht in het nog ‘heidense’ Athene. Maar ruim een eeuw later deelde de tiran ook dáár de genadeklap uit. Keizer Justinianus besloot dat de Academie, de laatste filosofische school, gesloten moest worden. Korte tijd later vertrokken Damascius, het laatste ‘hoofd’ van die school, samen met zes collega’s, naar het oosten, naar Perzië. Ze hadden gehoord dat de Perzische koning Khosru een tolerant en belezen man was.

Door: Foto: Keizer Theodosius en zijn zoons Honorius en Arcadius (© Livius.org)

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.