Burgerschapsonderwijs: symboolpolitiek of staatsmoralisme?

Burgerschapsonderwijs verdient beter. Sinds de jaren negentig van de vorige eeuw zien we een terugtredende overheid. Den Haag decentraliseert en laat steeds meer taken over aan zelfstandige organisaties in onderwijs, zorg en alle andere terreinen die voorheen door het Rijk werden bestierd. Het leidend principe is ontleend aan de markteconomie. Publieke voorzieningen moeten zich gedragen als bedrijven die de wetten van vraag en aanbod en onderlinge concurrentie volgen. Over de effectiviteit van die marktwerking in de publieke sector bestaan intussen grote twijfels, zelfs bij de regering, maar daar wil ik het hier niet over hebben. Er zijn namelijk ook initiatieven van de overheid waarbij ik me afvraag of enige terughoudendheid niet beter zou zijn geweest.  Een voorbeeld is de oproep van staatssecretaris Paul Blokhuis (ChristenUnie) aan boekhandelaar Bol.com om de etalage anders in te richten. 'Het kabinet wil dat internetwinkel Bol.com stopt met de prominente verkoop van niet-wetenschappelijke boeken die pleiten tégen vaccinatie van kinderen', schrijft het AD. 'En zelfs volledige verbanning uit het assortiment dient bespreekbaar te zijn.' De staatssecretaris beseft dat hij de internetwinkel niet kan opdragen bepaalde boeken niet te promoten of te verkopen, maar als Bol.com geen gehoor aan de oproep geeft, wil hij met het bedrijf gaan praten. Dat Blokhuis zich zorgen maakt over de invloed van vooringenomen publicaties die er toe kunnen leiden dat de vaccinatiegraad tot een gevaarlijk niveau daalt kan ik me voorstellen. Maar de suggestie dat de staat zich zou kunnen gaan bemoeien met de inrichting van een boekhandel vind ik wel verontrustend. Hoe ver kan dat gaan? Er zijn wel meer risicovolle onderwerpen waarover leugens en onzin welig tieren op het net. Gaat minister Wiebes nu ook in gesprek met Google over de invloed van ontkenners van klimaatverandering? Het geloof in de onzin van de anti-vaccinatiebeweging lijkt me een voorbeeld van een tekort aan kritisch denken en kennis van methoden van wetenschappelijk onderzoek. Daar zou je het onderwijs op kunnen aanspreken. De regering heeft op dat terrein echter andere prioriteiten, zo blijkt uit een wetsontwerp van de minister voor Basis- en Voortgezet Onderwijs Arie Slob (ook ChristenUnie).

Door: Foto: Stefan (cc)
Foto: Nancy Verkooijen (cc)

Burgerschap? Dat doe je thuis maar!

OPINIE - Na de gemeenteraadsverkiezingen, mogen we vandaag weer naar de stembussen voor de Europese verkiezingen. Maar burgerschap is meer dan eens in de vier jaar stemmen. De universiteit zou veel meer kunnen bijdragen aan burgerschapsvorming.

Een paar weken geleden werd ik geïnterviewd door een student van een Belgische universiteit die een vergelijkende landenstudie deed naar burgerschapsvorming en de rol van de universiteit. Hij was begonnen bij de faculteiten, maar werd door veel mensen doorverwezen naar Studium Generale. Die doen aan burgerschap, wij geven onderwijs in ons vak, stelden de geïnterviewden.

Verzuiling

Erkenning voor het belang van Studium Generale dus, maar is burgerschap niet iets wat in het hele onderwijs thuishoort? De student viel het op als typisch Nederlands. En dat is ook mijn ervaring. In Nederland blijkt het moeilijk om aandacht te vragen voor dingen die extra zijn, naast werk of studie.

Volgens mij een restant van de verzuiling: toen ik studeerde volgde ik het vak toekomstverkenning en beleid, van de toenmalig voorzitter van de WRR, Theo Quené. Hij vertelde dat Nederlanders veel minder dan anderen buiten het werk omgingen met collega’s en dat je het niet echt had over waarden, over wat jou bewoog. Dat deed je met mensen uit je eigen zuil. Na het werk fietste je naar huis en oefende je hobby’s uit in een clubje, niet per se van de kerk, maar wel van een bepaalde signatuur. Zo was het ook toen ik opgroeide. Zelfs met godsdienstles op de middelbare school werden we opgesplitst naar godsdienst. Nederland werd bij elkaar gehouden door het er samen op school of op het werk ‘niet over te hebben’.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: De wereld vóór God, door Kees Alders

De wereld vóór God – Filosofie van de oudheid, geschreven door Kees Alders, op Sargasso beter bekend als Klokwerk, biedt een levendig en compleet overzicht van de filosofie van de oudheid, de filosofen van vóór het christendom. Geschikt voor de reeds gevorderde filosoof, maar ook zeker voor de ‘absolute beginner’.

In deze levendige en buitengewoon toegankelijke introductie in de filosofie ligt de nadruk op Griekse en Romeinse denkers. Bekende filosofen als Plato en Cicero passeren de revue, maar ook meer onbekende namen als Aristippos en Carneades komen uitgebreid aan bod.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.