Ruim 550 jaar geleden werd in Florence in opdracht van Cosimo de’ Medici de Accademia Neoplatonica opgericht door Marsilio Ficino, de belangrijkste humanistische filosoof aan het ‘hof’ van de Medici. Deze Neoplatoonse Academie, waarvan de oprichting in feite de heropening van de oude Academie van Athene symboliseerde, groeide binnen korte tijd uit tot een plek waar alle toonaangevende wetenschappers, kunstenaars en intellectuelen van het vijftiende-eeuwse Florence samenkwamen.
Gedreven door dezelfde idealen bouwde ook Joost Ritman (1941), een zakenman die zijn fortuin vergaarde met de handel in plastic vliegtuigservies, een bibliotheek op die op haar hoogtepunt ruim 22.000, veelal zeer zeldzame filosofische boeken en handschriften telde. De bibliotheek, aangeduid als Bibliotheca Philosophica Hermetica, gold als de belangrijkste collectie op het gebied van de christelijk-hermetische en esoterische filosofie, maar scheerde tot drie keer vlak langs de afrond als gevolg van de onconventionele manier waarop Ritman de expansie van de bibliotheek financierde. De laatste keer leek Ritman zijn krediet letterlijk en figuurlijk verspeeld te hebben na een dubbele verpanding van zijn kostbare boeken, maar verbazingwekkend genoeg blijkt de collectie ook nu weer als een feniks uit de as te verrijzen.