Galerij der Groten 4/8: Cleveland
In deze serie worden acht presidenten uit de Amerikaanse geschiedenis behandeld die volgens de auteur als voorbeeld zouden moeten dienen voor tegenwoordige en toekomstige ambtsdragers. Enkele van deze historische leiders zijn helaas relatief onbekend; de meesten zeer ondergewaardeerd.
De eerste Democratische president van na de Burgeroorlog was Grover Cleveland (1837-1908), een eerlijke en integere proponent van het klassiek liberalisme met een grote afkeer van corruptie en patronage. Als leider van de zogenaamde Bourbon Democraten belichaamde Cleveland het zakenleven. Gedurende zijn eerste ambtstermijn (1885-1889) streed hij voor lagere belastingen maar werd hierin tegengewerkt door de protectionistisch ingestelde Republikeinen in het Congres. Tegenover hen pleitte hij in 1887 dat iedere burger recht had op “het volledige genoegen van alle vruchten van zijn nijverheid en ondernemerschap” en dat de overheid niet meer geld diende op te eisen dan zij nodig had. Echter pas nadat hij voor de tweede keer tot president werd gerkozen (1893) slaagde Cleveland erin belastingverlaging door te drukken. De Senaat amendeerde vervolgens zijn wet echter dusdanig dat het effect ervan grotendeels ongedaan werd gemaakt. De Amerikaanse handel en industrie bleven opgescheept met hoge tariefmuren.
Cleveland verzette zich na zijn herverkiezing tegen de voorgestelde annexatie van Hawaï en pleitte voor “nationale eerlijkheid” en non-interventie tegenover een Congres dat de voorkeur gaf aan verdere inmenging in de politieke aangelegenheden van de eilandengroep en de uiteindelijke inlijving ervan bij de Verenigde Staten.
James K. Polk (1795-1849) was een fervent aanhanger van Andrew Jackson en wordt vaak de laatste sterke president van voor de Burgeroorlog genoemd. Omdat hij het grondgebied van de Verenigde Staten aanzienlijk uitbreidde en een aaneenschakeling van cruciale overwinningen boekte op buitenlands beleid wordt hij verder door historici gewoonlijk als één van de meest succesvolle presidenten bestempeld.
Iets minder federalistisch dan Madison maar desondanks pleitbezorger van persoonlijke vrijheid en de vrije markt was Andrew Jackson (1767-1845), de zevende president van de Verenigde Staten. Zijn historische beoordeling wordt nogal bevuild door zijn steun voor de slavernij en de deportatie van Indianen gedurende zijn ambtstermijn, echter door veel meer mensen kiesrecht te verschaffen en een duidelijke scheiding tussen de machten van de staten en de federale overheid aan te brengen gaf Jackson vorm aan de moderne Democratische Partij en naam aan de zogenaamde Jacksoniaanse Democratie waarvan James K. Polk (1795-1849) de laatste president was.
Eén van de vier founding fathers van de Verenigde Staten en de vierde president van de jonge republiek was James Madison (1751-1836), één van de auteurs van de nog altijd invloedrijke Federalist Papers en vader van de eerste tien amendementen op de Amerikaanse Grondwet, de Bill of Rights.