De buurvrouw is nog niet dood
De buurvrouw is nog niet dood.
Ze leeft nog. We horen haar soms
aan de andere kant van de muur.
De maden kruipen al wel rond in haar kliko, massaal.
De kraai zit op haar schoorsteen.
En haar kleren zitten vol met vlekken,
die langzaam kruipen naar haar handen,
oprukken naar haar gezicht.
Haar gang is wankel,
ze moet gesteund door vreemde arm
of zoon. Haar ogen zwemmen.
Bezoek krijgt ze niet,
Er komen vreemde dampen uit haar huis.
Haar gang is wankel,
alsof ze de weg naar het graf
niet vinden kan.
Reacties (1)
Doet me denken aan de roman De Onzichtbare van Murat Isik. In de Bijlmer flat woonde een oude buurman, waar een zeer goede beschrijving van het huishouden wordt gegeven.