Arabische Lente slaat Palestijnen niet over
Het leek haast alsof de Arabische Lente aan de Palestijnen voorbij was gegaan. Er waren tot nu toe geen massale protestbewegingen en evenmin aanwijzingen dat Palestijnen naar het voorbeeld van Tunesië, Egypte en andere Arabische landen aanstalten maakten om en masse te gaan ‘stemmen met hun voeten’. Afgezien van wat kleinere demonstraties was er slechts één opmerkelijke uitzondering: de marsen die Palestijnse vluchtelingen in Libanon en Syrië organiseerden naar de Israelische grenzen op en rond 15 mei, de dag van de Nakba. De tienduizenden die eraan deelnamen zorgden voor grote nervositeit aan de Israelische kant, die zich vertaalde in een bloedige reactie, waarbij een veertigtal demonstranten door de Israeli’s werd doodgeschoten en een onbekend aantal te gewond raakte.
Maar indirect is er intussen wel degelijk sprake van een invloed die uitgaat van de veranderingen in de Arabische wereld. Zo is het feit dat Fatah en Hamas in november het tussen hen bereikte verzoeningsakkoord van 4 mei 2011, dat een dode letter was gebleven, weer oppakten onder meer te danken aan verschuivingen in de Arabische regio. Vooral het verdwijnen van president Mubarak, die altijd trouw het Amerikaanse beleid uitvoerde, was daarbij een factor doordat het zorgde voor een andere klimaat in Egypte. De Egyptische geheime dienst pakte de verzoeningspogingen tussen Hamas en Fatah weer op, waar zij zich al eerder mee bezig had gehouden. En ook was er meer toenadering tussen Cairo en Hamas via een (in letterlijke zin) wat opener beleid ten aanzien van de grensovergang bij Rafah.