COLUMN - Afkicken is hondsmoeilijk, ik weet het, maar als het jullie lukt, met zachte hand en door een helder ultimatum geholpen…? Wat zal dat een opluchting voor de rest zijn. Voor de wandelaars, voor de kinderen die buiten willen spelen, voor de fietsers, voor de mensen die graag op een bankje zitten, voor de liefhebbers van de oude stad en de grachten, voor iedereen die langzaam of slecht ter been is of in gedachten wel eens afdwaalt en dan niet altijd voldoende oplet om het alomtegenwoordige langssnellende blik te mijden. Voor de katten en honden op straat, voor de vogels, voor de bloemperkjes, en voor de bomen. Voor het openbaar vervoer. En vooral: voor de stad zelf.
Op veel plaatsen in de binnenstad wordt het blik al een pietsie weggedrukt. Fietspaden zijn verbreed en verbeterd, er zijn tegenwoordig straten waar dertig km/u max de norm is en auto’s slechts ‘te gast’ zijn, niet langer heer en meester. Er ligt vaker gras op trambanen en taxi’s kunnen daar niet meer rijden: dat heeft de aanblik van een deel van de Sarphatistraat en de Plantage Middenlaan op slag enorm verfraaid. Ik verheug me op het moois dat er straks van overtollige parkeerplaatsen gemaakt kan worden: parkjes, bankjes, hang- en staplekken, voetbal- en hinkelveldjes, plukbosjes en doorkijkjes.