Boekbespreking: “Vrijheid voor Gevorderden”, Paul Teule

Foto: copyright ok. Gecheckt 06-11-2022
Serie:

RECENSIE - Paul Teule’s boek ‘vrijheid voor gevorderden’ leest vlot en is een mooi pleidooi om het concept ‘vrijheid’ in de politiek op een meer sociale manier te gebruiken. Ondanks dat gaat het boek uw recensent Klokwerk nog niet ver genoeg…

Op mijn middelbare school beweerde mijn docent maatschappijleer ooit dat er twee belangrijke waarden in de politiek zijn: Vrijheid en Gelijkheid. Zijn stelling was dat deze waarden als vanzelf met elkaar in botsing zijn. Linkse mensen zouden gelijkheid belangrijker vinden, rechtse mensen hechten meer aan vrijheid. Ik vond dat toen al een onzinnige stelling. Is het niet zo dat vrijheid en gelijkheid elkaar juist kunnen versterken?  Paul Teule, docent politieke economie aan de Universiteit van Amsterdam, maar ons natuurlijk vooral bekend als schrijver voor Sargasso,  laat ons in zijn nieuwe boek ‘Vrijheid voor Gevorderden’ zien dat dit kan.

Daarvoor moet Teule eerst wel het begrip vrijheid herdefiniëren, want in onze samenleving wordt dit begreep volgens hem veel te nauw opgevat. Vrijheid is volgens Teule niet alleen ‘negatieve vrijheid’, vrij zijn van geboden, maar ook ‘positieve vrijheid’: vrij zijn in de zin van het hebben van mogelijkheden. Het heeft volgens Teule geen zin om vrij te zijn van geboden als er geen mogelijkheden zijn. En daar heeft hij natuurlijk een ijzersterk punt.

De te nauwe opvatting van vrijheid is volgens Teule de reden voor een politieke en morele crisis. De misvatting dat vrijheid alleen maar het vrij-laten zou zijn, zorgt voor een zoek-het-zelf-maar-uit-samenleving, waarin mensen tegelijkertijd onbeschoft en lichtgeraakt zijn, en de overheid vooral ervaren wordt als een last. Volgens Teule is het echter nog niet te laat: als wij leren de verworvenheden die wij als Nederlandse samenleving gerealiseerd hebben opnieuw in dat licht te waarderen, als regels die ons juist vrijheid opleveren in plaats van vrijheid kosten, hebben wij weer een politiek kompas waarop we kunnen varen.

In dit licht bespreekt hij in ‘Vrijheid voor Gevorderden” vervolgens een heel aantal politieke domeinen en issues: de vrijemarkteconomie, het vrije woord, vrijheid van onderwijs, alcohol en drugsbeleid, beleid ten aanzien van prostitutie, emancipatie, staatssoevereiniteit en integratie, en telkens laat hij zien dat om werkelijke vrijheid voor burgers te bevechten, de overheid niet kan weglopen van haar taak, en dat een laissez-fairpolitiek eerder minder dan meer vrijheid oplevert. Om een werkelijk vrije samenleving te  krijgen moet de overheid volgens Teule optreden als marktmeester, als een partij die actief investeert in het onderwijs, die controle oplegt en uitvoert op verdovende middelen, die prostituees bescherming garandeert, mensen de helpende hand biedt bij emancipatie, en door internationale samenwerking zijn invloedsterrein vergroot.

Het sterke van deze verdediging van een sterke regulerende overheid is dat ze niet contrair is met het vrije-marktdenken en de angst voor het verlies van vrijheid, maar in lijn ligt daarmee, en dus ook niet kwetsbaar is voor liberale bezwaren. Een goed voorbeeld is hoe Teule de stand van zaken aangaande prostitutie beschouwd. Teule bepleit dat er in deze gelegaliseerde sector veel te weinig controle en naleving is, en dat daarom de criminaliteit welig tiert. Weinig vrijheid voor seksslavinnen. In plaats van zich dan tegen legalisatie te keren pleit hij voor veel meer geld naar controle en voorzieningen voor mensen die in deze sector werken. Hij onderbouwt dit niet alleen door een moreel appél te doen inzake de vrijheid van prostituees, maar door tevens te stellen dat deze sector indirect een enorme bijdrage levert aan de economie. Welke toerist in Amsterdam gaat immers niet even een kijkje nemen op de wallen? Om deze economie zichzelf niet te laten ondermijnen is het volgens Teule niet meer dan logisch als de sekswerkers zelf veel meer van deze verdiensten terug zouden zien. In een werkelijk vrije samenleving worden kosten en baten doorberekend in het product, en waar de markt dit niet zelf regelt, is het volgens Teule logisch dat de overheid dit afdwingt.

De rechtgeaarde VVD’er die vrijheid slechts ziet als het opheffen van regels zal voor dit soort pleidooien voor overheidsbemoeienis en staatssubsidies uiteraard terugdeinzen, maar voor hem biedt dit boek dan ook een belangrijke uitdaging. Teule weet namelijk heel aannemelijk te maken dat juist dit terugdeinzen zorgt voor beperkingen in de inviduele vrijheden van burgers. Teule onderbouwt zijn betoog met allerlei politicologen, filosofen, psychologen, neurologen, sociologen en economen van nationaal en internationaal belang, zonder dat “Vrijheid voor Gevorderden” saai of taai om te lezen wordt. Hij laat daarbij ook de tegenstanders van zijn eigen standpunt aan het woord, en schroomt er niet voor telkens zijn eigen uitgangspunten te bevragen en ook te toetsen aan resultaten in de praktijk. Daarmee zet hij een zeer grondig en gedegen (soms zelfs in mijn ogen wat over-voorzichtig) betoog neer, waarin en passant een feest aan mooie citaten verwerkt is. “Vrijheid voor Gevorderden” is daarbij ook voor de leek makkelijk leesbaar en onderhoudend.

Helaas stelde Teule mij in één aspect teleur, namelijk waar hij in zijn bespreking het sociale stelsel van uitkeringen en volksverzekeringen met rust laat. Slechts in het laatste hoofdstuk noemt hij het sociale stelsel, zonder daarbij echt voorbeelden te noemen laat staan uit te werken, wat hij bij de andere politieke domeinen wel doet. Dat is jammer, want zijn betoog is mijns inziens naadloos te extrapoleren naar die terreinen, en hij had hier ook weer ondersteuning kunnen vinden bij verschillende denkers. Zo wordt het idee van een basisinkomen in bepaalde liberale kringen van oudsher omarmd omdat het niet alleen regelarm is, maar vooral omdat het mensen de mogelijkheid biedt om zich vrij van overheidsbetutteling te ontwikkelen. Ook Ronald van Raak van de SP bepleitte in een lezing aan de Teldersstichting dat mensen die wérkelijk voor vrijheid zijn, de mensen juist mogelijkheden biedt in de vorm van sociale zekerheid. Teule stelt in zijn boek dat eigenlijk iedere partij in Nederland een liberale partij is, en hij neemt alle partijen van PVV en VVD tot GroenLinks en SP in zijn betoog mee, maar door deze omissie komt het boek bij deze lezer uiteindelijk toch vooral over als een D66-betoog: sociaal, maar over het vangnet helaas maar weinig woorden.

Ondanks dat is het boek ‘vrijheid voor gevorderden’ van Teule een aardige uitdaging voor de vastgeroeste rechts-liberaal om zich af te vragen of hij wel zo consequent is in zijn vrijheidsliefde, en voor mensen met een grotere hang naar de socialere aspecten van de samenleving een wapen om dit niet alleen met het concept ‘gelijkheid’ maar ook juist met ‘vrijheid’ als argument sterker te verdedigen. Een aanrader dus.

‘Vrijheid voor Gevorderden’ is vanaf vandaag (11 maart 2016) te bestellen bij Boom uitgevers te Amsterdam, voor een verkoopprijs van €19,90. Paperback, 204 pagina’s . ISBN 9789089536235.

Reacties (2)

#1 Jos van Dijk

Het lastige van het begrip vrijheid is dat veel mensen daarbij uitsluitend redeneren vanuit hun persoonlijke belang: de vrijheid van mijzelf als spreker, reiziger, ondernemer, consument, handelaar, automobilist, huizenbezitter, hoerenloper, enz. enz. Het wordt pas interessant als we vrijheid als een maatschappelijk goed gaan beschouwen. Hoe realiseren we vrijheid voor allen gelijkelijk in allerlei omstandigheden waar heel veel belangen in het geding zijn? Alles en iedereen is zo met elkaar verknoopt in moderne samenlevingen. Het wordt steeds moeilijker om die maatschappelijke opvatting van vrijheid in te vullen. Je komt dan inderdaad uit bij een voorwaarden scheppende overheid. In tegenstelling tot wat de conservatieve liberalen zo graag willen zou die dan eerder groter dan kleiner moeten worden.

  • Volgende discussie
#2 Ernest

Edward Snowdon zegt wat anders, maar die heeft een andere invalshoek denk ik.

  • Vorige discussie