Studium Generale Universiteit Utrecht

211 Artikelen
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Ontmoet befaamde wetenschappers, debatteer met denkers en luister naar schrijvers die hun drijfveren blootleggen. Studium Generale is het podium van de Universiteit Utrecht, waar studenten, docenten en andere geïnteresseerden kennis kunnen maken met alle mogelijke vakgebieden.

Studium Generale biedt iedereen de mogelijkheid kennis te maken met een vakgebied zonder verdere verplichtingen. Een toegankelijk programma op academisch niveau, te volgen zonder voorkennis. Waarom vindt de universiteit dit belangrijk? Omdat academische vorming meer is dan vakinhoudelijke kennis. En omdat de wet bepaalt dat de universiteit aandacht moet schenken aan de samenhang van wetenschappen en aan de maatschappelijke aspecten van wetenschap.

Meer informatie over ons, onze lezingen en ons nieuwsblog vind je op www.sg.uu.nl.
Foto: AJC ajcann.wordpress.com (cc)

Dat kan geen toeval zijn!

‘Wist u dat de ceremonie van de Grammy Awards eigenlijk een mediaritueel is ter ere van een historisch geheim genootschap, de Illuminati? En dat de aanslagen in Parijs eigenlijk een geheime operatie van de Franse regering waren? U gelooft het niet? Dan bent u wel heel naïef, er zijn keiharde aanwijzingen voor.’

Zo praten complotdenkers. Gaat het om mensen met een paranoïde persoonlijkheidsstoornis of om types die hardnekkig bevestiging zoeken voor hun ‘theorieën’ in plaats van die te falsifiëren? Volgens cultuursocioloog prof. dr. Stef Aupers is het eerder een algemeen maatschappelijk verschijnsel dat samenhangt met het afnemende vertrouwen in de instituties (bedrijfsleven, politiek, wetenschap, media) van onze samenleving. Een kleine, machtige elite is bezig het gewone volk om de tuin te leiden, terwijl ze achter de schermen de geschiedenis naar hun hand zetten en op doortrapte wijze hun eigen belangen nastreven.

Tegenwoordig weet je echt niet meer wie of wat je kunt vertrouwen

Complottheorieën zijn er al eeuwen, maar ze zijn de afgelopen halve eeuw van karakter veranderd, aldus Aupers. Waren het vroeger vijandige machten van buiten (zoals joden of moslims) die geheime acties uitvoerden, in de huidige tijd spannen onze eigen autoriteiten tegen ons samen. Het wantrouwen is wijd verbreid: volgens het SCP is zestig procent van de Nederlanders het eens met de stelling ‘Tegenwoordig weet je echt niet meer wie of wat je kunt vertrouwen’. Die onzekerheid vormt een rijke voedingsbodem voor complottheorieën.

Foto: Maurice (cc)

Verder dan morgen

COLUMN - Auteur: Rick Berends.

Als we grote problemen willen oplossen zullen we verder dan vier jaar vooruit moeten kijken, aldus filosoof Marcus Düwell. Visie is helemaal geen ‘olifant, die het zicht beneemt’.

In de politiek is weinig plaats voor de lange termijn. Het ontbreekt aan debatten over toekomstbeelden die verder dan vier jaar reiken en onze eigen minister-president typeerde visie als ‘de olifant die het uitzicht beneemt’. Dat is pijnlijk.

We kijken niet ver genoeg vooruit. Dat verklaart waarom we verbaasd opkijken als vluchtelingen aan de poorten van Europa staan, aanslagen worden gepleegd in de stad van de liefde en het 16 graden in december is. Dat zijn de voorspelbare gevolgen van kortzichtig beleid. Het is tijd voor meer langetermijnvisie. Juist nu, volgens prof. Marcus Düwell (Ethiek Instituut, UU). We zijn het aan toekomstige generaties verplicht.

Duurzaam liberaal

Om die stelling kracht bij te zetten, schetst Düwell in het Filosofisch Café eerst een beeld van de heersende, publieke moraal. Vrijheid staat daarin centraal. Je mag doen en laten wat je wilt, zolang je respect hebt voor de rechten en waardigheid van een ander. Jouw vrijheid houdt op waar die van een ander begint. Veel aanhangers van deze liberale moraal vinden bovendien dat je mensen moet stimuleren om hun leven zelf vorm te geven. Geef mensen de mogelijkheid zich te ontplooien. Onderwijs bijvoorbeeld, is daarom een goed idee.

Foto: copyright ok. Gecheckt 23-09-2022

Ben jij nou zo dom…

VERSLAG - Door Nienke de Haan

De film Idiocracy schetst een samenleving die steeds dommer wordt. Terwijl hoogopgeleiden wikken en wegen over het juiste moment om een kind te nemen en dit uitstellen of afstellen, groeit het aantal kinderen van laagopgeleiden snel in de film. Kan dit scenario realiteit worden? Tijdens de Nacht van Descartes ‘Dom, dommer, domst?’ probeerden vier wetenschappers grip te krijgen op intelligentie. Ze schetsten een geruststellend beeld: we worden eerder slimmer dan dommer.

Intelligentie trainen

Dr. Jelte Wicherts (Sociale- en gedragswetenschappen, TiU) doet onderzoek naar het Flynn-effect, het effect dat het IQ van de mens elk decennium met 3 tot 5 punten toeneemt. We lijken dus niet dommer, maar eerder slimmer te worden. Hoe kan dat? Volgens Wicherts is het Flynn-effect deels een meetprobleem. “We zijn blijkbaar beter geworden in het maken van bepaalde onderdelen van de IQ test.” Als je kijkt naar hoe onze omgeving veranderd is, is dat eigenlijk logisch. We zijn gezonder, hebben beter onderwijs met kleinere klassen, groeien op in kleine gezinnen waarin we veel aandacht krijgen en leven in een complexere omgeving die veel van ons vraagt.

Onze omgeving is dus van grote invloed op onze intelligentie. Betekent dat dat je intelligentie kunt aanleren? Prof. dr. Susan te Pas (Cognitieve psychologie, UU) is positief: “Ons brein is vrij plastisch.” We zijn daardoor in staat een enorme hoeveelheid informatie te verwerken en op te slaan. Denk aan Londense taxichauffeurs die meer dan 25.000 (!) straten uit hun hoofd kennen. Maar ben je slim als je veel feiten kent? Intelligentie is volgens Te Pas grofweg te verdelen in twee soorten: fluïde intelligentie, het inzicht om abstracte problemen op te lossen, en gekristalliseerde intelligentie, kennis die je hebt opgedaan door ervaringen. Hoewel die laatste vorm van intelligentie in hoge mate trainbaar blijkt, zijn er geen eenduidige onderzoeksresultaten over het trainen van inzicht. Hoewel we weten dat zowel genen als omgeving een effect hebben op ons IQ weten we niet precies hoe die zich verhouden.

Foto: Maria Gilbert (cc)

Hoe verlichten we de toekomst?

ONDERZOEK - Je kent ze wel. Monotoon verlichte kantoorruimtes waar tl-buizen het felle licht gelijkwaardig over de ruimte verspreiden. Als het aan architect en lichtontwerper Rogier van der Heide ligt, is dat soort verlichting snel verleden tijd. Technologische ontwikkelingen geven ons steeds meer mogelijkheden om met licht te experimenteren. Het wordt gemakkelijker om precies te bepalen waar en wanneer we welk licht willen plaatsen.

Als ambassadeur van het International Year of Light spreekt Van der Heide bij Studium Generale over hoe we met licht de wereld aantrekkelijker en misschien zelfs gezonder kunnen maken. Prof. dr. Leon Kenemans (Biopsychologie en Psychofarmacologie, UU) gaat daar dieper op in en vraagt zich af: wat is het effect van licht op ons welzijn? De mogelijkheden van licht zijn eindeloos. Maar we benutten ze nog niet genoeg.

Een nieuw licht

De kans is groot dat je wel eens een werk van Van der Heide hebt gezien. Zo ontwierp hij onder andere het licht voor de openbare bibliotheek in Amsterdam, het BBC Broadcasting House in Londen, en het nieuwe Rijksmuseum. Indrukwekkende designs voor grote publieke ruimtes.

In navolging van de lichtkunstenaar James Turrell ziet Van der Heide licht als een materiaal dat we kunnen bewerken om onze ervaring van ruimtes te beïnvloeden. In het Science Museum in Londen zien we bijvoorbeeld hoe hij speelt met kleurcontrasten om diepte te creëren, en de nauwkeurig uitgelichte en telkens van kleur veranderende vlakken van de Sheikh Zayed Bridge de dynamiek van de architectuur.

Foto: CollegeDegrees360 (cc)

Té veel online contact zorgt voor vereenzaming

OPINIE - Wat is de wetenschap achter vriendschap? Student-assistent Iris Korvemaker gaat op zoek naar de veranderingen in vriendschap door de tijd heen. Veranderen onze vriendschappen door de opkomst van Facebook en andere digitale communicatiemiddelen? Iris laat het internet zo min mogelijk haar vriendschappen beïnvloeden.

Technologie komt van pas bij alle facetten in het leven. De NS-app helpt mij om de snelste verbinding te vinden tussen Utrecht en de woonplaats van mijn ouders, de Runkeeper-app houdt mij tijdens het rennen op de hoogte van mijn gemiddelde tempo, met NU.nl mis ik geen nieuws en Tinder koppelt mij aan de eventuele liefde van mijn leven. Waarom heb ik dan geen app die mij helpt met het kiezen van de juiste vrienden? Nou ja, nóg niet, want sinds dit jaar is er de app Pplkpr (peoplekeeper). Ik kan opgelucht ademhalen.

Voor wie klopt jouw hart sneller?
Pplkpr analyseert je vriendschappen door je hartslag te meten wanneer je met je vrienden aan het kletsen bent. Heb je een snelle hartslag, dan ben je misschien wel opgewonden of juist boos, terwijl een rustige hartslag aangeeft dat je heel relaxt bent met die vriendin of vriend. De app geeft advies over welke mensen je vaker zou moeten zien, en met wie je beter het contact kan verbreken. Ik ben nog sceptisch over deze nieuwe app. Voor mij is vriendschap iets wat vooral draait om gevoel. Door het ‘meten’ van vriendschap gaan we ons misschien minder focussen op het gevoel en gaat een stukje authenticiteit van vriendschap verloren. Toch rijst de vraag hoe technologie en internet onze vriendschappen veranderen.

Foto: César Astudillo (cc)

Waardigheid

Over waardigheid spreekt men vooral bij afwezigheid daarvan. Het is wat gedwongen prostituees, verwaarloosde dementerenden en de meest brutale paparazzi met elkaar gemeen hebben. Er is geen waardigheid. Het is de prostituees ontnomen, de dementerenden hebben het verloren en de paparazzi hebben er een gebrek aan.

Waardigheid vinden we belangrijk. Het speelt een belangrijke rol in het handvest van de Verenigde Naties en in dat van de Europese Unie. Toch is het moeilijk de vinger te leggen op de essentie van dit brede begrip. In zijn nieuwste boek, Een manier van leven. Over de vele vormen van menselijke waardigheid, doet filosoof Peter Bieri een poging: “It isn’t an abstract concept, it is a way of life.”

Een mix van stijlen

Bieri ziet waardigheid niet als een eigenschap die op zichzelf bestaat. Het is niet is waarover je wel of niet beschikt. Het is iets wat ontstaat in de interactie tussen mensen, in de manier waarop we met elkaar en onszelf omgaan. Waardigheid kent vele vormen volgens Bieri en het onttrekt zich aan een strikte definitie.

In zijn boek streeft hij dan ook niet naar een uitputtende, beargumenteerde theorie, maar maakt hij de verschillende facetten van het fenomeen voelbaar. Hierbij maakt hij dankbaar gebruik van zijn kwaliteiten als romanschrijver: naast analyses en beschrijvingen komen er fictieve dialogen en verhalen in voor. Hij mengt conceptuele en poëtische schrijfwijzen. Het is voor Bieri de beste manier om door te dringen tot het wezen van waardigheid en haar samenhang met andere begrippen te tonen: “The conceptual story has to be close to our experience, and literature represents what we experience in the most clear, and vivid ways,” aldus Bieri.

Foto: Global Panorama (cc)

Technologie zorgt voor ontmenselijking en tweedeling

Door Yanti Danoekoesoemo

Als je zoals ik bezig bent met cultuur en politiek, de onderwerpen over wat de mens van de wereld maakt, dan vergeet je wel eens hoe groot de invloed van technologie is op je wereldbeeld en mens-zijn.” Schrijver Bas Heijne vertelde in de laatste lezing van de reeks Huisje, Boompje, Beestje dat hij zich nu pas realiseert wat de impact van technologie op je eigen leven kan hebben. Heijne interviewde voor het VPRO-programma De Volmaakte Mens wetenschappers van internationale faam. Hij nam ons mee in de zoektocht naar de toekomst van onze soort.

Twee richtingen

Lost technologie problemen op of creëert het juist behoeften en de drang naar meer controle? De zoektocht van Heijne kende twee verschillende richtingen. De eerste geeft aan dat de technologische revolutie zo’n vaart niet zal lopen, de tweede dat het wel grote gevolgen voor ons mens-zijn en de samenleving zal hebben. De sprekers uit de afgelopen lunchlezingen waren het er veelal over eens dat we niet hoeven te vrezen dat de mens wordt overmeesterd door wat wijzelf hebben gecreëerd. Heijne sprak echter ook wetenschappers die, net als Stephen Hawking, het bekendere doemscenario uit de media schetsen.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Wild in de stad

ACHTERGROND - Door Nienke de Haan (student-assistent)

Het gaat erom hoe tolerant we zijn tegenover de wolf als die in onze achtertuin staat. Die tolerantie bepaalt waar de grens van de oprukkende wilde natuur komt te liggen.

Wilde wolven, lynxen en beren keren terug naar Europa. Voor het eerst in duizend jaar neemt de ruimte voor natuur weer toe op ons continent. “Elke vier jaar komt er een natuurgebied vrij zo groot als de oppervlakte van Nederland,” zegt Wouter Helmer (Rewilding director) enthousiast. Oorzaak van de oprukkende natuur in Europa is de leegloop van het platteland. Boerderijen worden verlaten en steeds meer mensen trekken naar de stad. Op het achtergelaten braakliggende akkerland krijgen natuur en dier steeds meer de ruimte. Maar hoe wild kan het worden? Willen we wel samenleven met wolven en beren? Volgens Helmer moet de vraag anders geformuleerd worden: hoe wild mag het worden?

Paarden als grasmaaiers
Woekerende natuur klinkt mooi, maar er is een grens. De helft van de dieren in ons ecosysteem leeft juist in open natuurgebieden. Reptielen bijvoorbeeld, hebben beschutting maar ook zonlicht nodig. De woekerende natuur zorgt dan juist voor een bedreiging. De oplossing om te zorgen dat Europa niet helemaal dichtgroeit kan volgens Helmer komen vanuit de natuur zelf. Als we wilde paarden en runderen laten grazen in de gebieden zullen zij het gebied deels open houden. Door het grazen van de dieren ontstaan bovendien natuurlijke brandgangen, die ervoor zorgen dat bosbranden niet in één keer een heel gebied kunnen wegvagen, zoals nu soms gebeurt in landen als Portugal en Griekenland.

Foto: screenpunk (cc)

Duidelijkheid over de deeleconomie

ACHTERGROND - Van de protesterende taxichauffeurs op het Malieveld die een gevaar in Uber zien, tot de woedende bewoners in Barcelona die vinden dat Airbnb de sociale cohesie in de wijk aantast: niet iedereen is blij met de deeleconomie. Is autoritten of huizen delen toch niet zo sociaal?

Volgens prof. dr. Koen Frenken (Innovatiestudies, UU) bestaat er veel onduidelijkheid over wat de deeleconomie precies is. Tijdens het Culturele Zondagen College bracht hij duidelijkheid in het debat en sprak hij over de voordelen en keerzijden ervan: van duurzame winst, tot sociale risico’s. Hoe moet de overheid inspelen op de nieuwe initiatieven?

Van politiek links tot politiek rechts, alle partijen omarmen de deeleconomie. GroenLinks benadrukt de milieuwinst, terwijl de VVD vooral kansen ziet voor ondernemers en nieuwe bedrijven.

Amsterdam heeft zichzelf uitgeroepen tot eerste ‘Sharing City’ van Europa, om te benadrukken dat de stad achter de deeleconomie staat. In Utrecht gaat de deeleconomie waarschijnlijk zijn toptijd beleven tijdens de start van de Tour de France, voorspelt Frenken: “Via AirBnb kan worden voorzien in de enorme behoefte aan slaapplekken, die hotels nooit allemaal alleen zouden kunnen opvangen.”

Wel/geen deeleconomie

Er is dus lof, maar ook kritiek op de deeleconomie. Volgen Frenken is een duidelijke definitie nodig: “Er is sprake van deeleconomie als consumenten elkaar tijdelijk toegang geven tot hun onderbenutte goederen.”

Foto: cadillacdeville2000 (cc)

Wetenschap voor sociale verandering

ACHTERGROND - “I’ve created a monster,” riep Einstein uit toen hij tegen het einde van de Tweede Wereldoorlog besefte dat hij de atoombom medemogelijk had gemaakt met zijn beroemde e = mc2-formule. Zo zijn er wel meer voorbeelden die erop wijzen dat wetenschap niet geïsoleerd is van politieke ontwikkelingen en dat je je als wetenschapper steeds moet afvragen waar jij staat en waarom.

Laat je politiek thuis

Toch wordt er vaak gedacht dat wetenschappers neutraal, apolitiek en objectief zijn. Binnen de universiteit is er weinig aandacht voor de politieke rol van de wetenschapper. “Welkom op de universiteit maar laat je politiek thuis,” is hoe veel studenten het ervaren. Antropologe Ying Que vindt de geveinsde neutrale houding van sociale wetenschappers maar niets. Zij besloot haar masteronderzoek anders aan te pakken. In een klein koffiezaakje in Utrecht praat ik met haar over het “activistische onderzoek” dat ze heeft gedaan.

Wat kunnen we als wetenschappers doen?

Ze vertelt dat ze een tijdje terug aanwezig was bij een bijeenkomst van de Antropologen Beroepsvereniging. Een van de sprekers vertelde over onderzoek dat hij had gedaan naar de taxi-scene in Caïro waar ongelijkheid en geweld aan de orde van de dag zijn.

Foto: Marius B (cc)

De theorieloze wetenschap

ACHTERGROND - Zijn hypothesen passé? Volgens schrijver en voormalig hoofdredacteur van het magazine WIRED, Chris Anderson, zal Big Data de wetenschap revolutionair veranderen.

Dankzij Big Data hoeven we geen hypothesen meer te stellen en theorieën te onderzoeken, maar laten we computers de correlaties bepalen. Bijvoorbeeld door je boodschappenbonnetjes te koppelen aan de medische gegevens van alle Nederlanders. Hierdoor kunnen we kijken welke aankopen met bepaalde ziekten correleren. Bovendien kunnen supermarkten met deze informatie hun marketing toespitsen op individuele groepen.

Wat betekent dit voor disciplines? Kunnen we al onze theorieën overboord gooien en gaan we een nieuw tijdperk tegemoet?

De waaromvraag

Tegenwoordig kunnen we oneindig veel informatie opslaan in zogenaamde clouds. We zijn aangekomen in het petabyte-tijdperk. Een petabyte aan informatie komt ongeveer overeen met een 1,8 km hoge toren van gestapelde cd-romschijven zonder doosje.

Wat kunnen we met zoveel informatie? Google maakt goed gebruik van Big Data. Hun filosofie is dan ook: “We don’t know why this page is better than that one: If the statistics of incoming links say it is, that’s good enough.”

We hoeven niet overal een oorzaak-gevolg analyse uit te voeren, want deze informatie heb je niet nodig om juist te kunnen handelen, aldus een goedlopend bedrijf als Google. De data spreekt de waarheid, terwijl theorieën altijd afwijken van de werkelijkheid.

Foto: copyright ok. Gecheckt 11-03-2022

Het laboratorium in je hoofd

COLUMN - Als ik mijn fiets op slot had gezet, was hij dan niet gestolen? Als ik nu ga rennen, haal ik dan mijn trein over vijf minuten nog? Dit zijn voorbeelden van gedachte-experimenten in het dagelijks leven. Ze zijn een onmisbaar onderdeel van de filosofie, maar kunnen ook worden toegepast in andere disciplines, zoals in de geschiedenis of natuurkunde. Schrödingers kat die tegelijkertijd dood en levend was en hersenen die in een vat zitten in plaats van in ons hoofd, zijn beroemde voorbeelden.

In een afgeladen Filosofisch Café, sprak dr. Tim de Mey (Theoretische Filosofie, EUR) over gedachte-experimenten. Zijn ze zinvol? Of is het alleen maar losgeslagen speculatie? Volgens De Mey is het een middel om je gedachten op te helderen en duidelijk te maken wat we bedoelen in discussies.

Denkbeeldige situaties

De Mey vertelt dat er verschillende soorten gedachte-experimenten zijn. Zo zijn er conceptuele experimenten waarbij een begrip wordt toegepast op een extreme situatie om het begrip te helpen definiëren. Als een dictator democratisch verkozen wordt, is het regime dat daaruit volgt dan democratisch? En stel je hebt een houten schip genaamd Neptunus. Plank na plank verrot het schip, de planken worden één voor één vervangen. Als je een plank vervangt, is het natuurlijk nog altijd hetzelfde schip. Maar als plank na plank wordt vervangen, tot er geen enkele plank meer is van het originele schip. Is het schip dan nog steeds Neptunus? Dit experiment dwingt ons te denken over wat we verstaan onder identiteit.

Vorige Volgende