Sebastiaan van der Lubben

111 Artikelen
1 Waanlinks
Achtergrond: Jay Huang (cc)
Sebastiaan van der Lubben : journalist; politiek verslaggever; liveblogger; politieke theorie; geschiedenis; docent (internet) journalistiek; pop-up journalistiek (Virtuele Reportages Trouw, Radio Amerika); tools, tricks en tips; drummer (Phat Elvis); vader (van drie zonen), onderzoeker; ichikyu jiu jitsu en zeer matige schaker.
Foto: Alper Çuğun (cc)

Schaarste aan talent en toegang: waarom een journalist zijn bronnen verzint

ACHTERGROND - We weten nog niks. Oké: Perdiep Ramesar is op staande voet ontslagen. Dat ontslag vecht hij aan. Er is een onderzoek ingesteld naar zijn artikelen waarover ernstige twijfels zijn gerezen. Er zijn bronnen onvindbaar of ‘zelfs verzonnen’. Het vertrouwen is ‘ernstig geschaad’. Funest, want vertrouwen is de kurk waarop redacties drijven.

De vraag rijst dan ook: hoe heeft dit kunnen gebeuren? Wat hebben Stephan Glass (The New Republic), Janet Cook (Washington Post) en de Hitlerdagboeken met dit laatste journalistieke schandaal gemeen? Schaarste. Schaarste aan talent en schaarste aan toegang.

Iedereen kan schrijven. Maar weinigen kunnen helder en duidelijk schrijven. Slechts een selecte groep is in staat mondiale kwesties (jihadisme, vrede en veiligheid, multiculturaliteit) kritisch, transparant, trefzeker, geloofwaardig en in tekst te vangen. Ramesar was een van die selecte groep. Hij heeft onmiskenbaar journalistieke talenten en een prachtige pen. Over zijn stijl is niemand gevallen en heeft hem waarschijnlijk gebracht waar hij zat: bij misschien wel de beste krant van Nederland. En: hij had toegang.

Toegang tot een wijk bewoners waar maar weinig kranten naar omkeken. NRC stationeerde er geruime tijd Carola Houtekamer en Freek Schravesande in de Schilderswijk. The Post Online stuurde Joost Bakker en Mark Koster.

Foto: Latvian Foreign Ministry (cc)

PX-10: Wederhoor of wetenschappelijk debat? Doe mij het laatste maar!

ACHTERGROND - Het verwijt geen wederhoor te hebben toegepast, werkt bij journalisten als een rode lap op een dolle stier. Dus klimt ook Jan Born (EenVandaag) in de pen als het ministerie van Defensie hem verwijt het RIVM geen kans te hebben gegeven te reageren op zijn aantijging: hun onderzoek naar de kankerverwekkende PX-10 (reinigingsmiddel voor wapens) deugt niet. Lang leve internet, want daar kunnen we de achterkant van de scoop keurig inzien.

EenVandaag vraagt op 9 oktober om een reactie van het RIVM, herhaalt dat verzoek op 14 oktober en krijgt (pas) op 16 oktober een uitgebreide mondelinge en een dag later schriftelijke reactie. Te laat voor verwerking in de reportage. EenVandaag besluit daarom in de uitzending te verwijzen naar de webpagina van het programma. Daarop plaatst de redactie de reactie van het RIVM integraal. Dus, concludeert redacteur Born:

Als Defensie dus beweert dat het RIVM niet in staat is gesteld om op de aantijgingen te reageren, dan is dat een onjuiste bewering. Een onjuiste bewering, ondertekend door de minister van Defensie en gestuurd aan de Tweede Kamer. U mag het misschien een detail vinden maar Dossier EenVandaag heeft hoor en wederhoor hoog in haar vaandel staan.

Foto: chiefmoamba (cc)

De BBC deed ‘ons’ werk en dat is balen

OPINIE - Panorama-journalist (BBC) John Sweeney heeft getuigen gehoord die beweren dat Russische troepen MH17 hebben neergehaald. Een serieuze bewering die een nieuw licht werpt op de verschrikkelijke ramp in Oost-Oekraine. Dus was Sweeney te gast bij Nieuwsuur. Maar wat zegt deze Panorama-productie over de Nederlandse journalistiek?

Niet veel, vrees ik. Ik bedoel: die journalistiek is dan niet zo veel. Sterker: Sweeney benadrukt dat Nederlandse journalisten Putin maar eens moeten ondervragen wie aan de knoppen van het luchtafweergeschut zat. Een aanmoediging die hij nodig acht. ‘Ik zeg niet dat de Russen het deden, maar wel dat getuigen dat beweerden. En die zijn geloofwaardig.’

Mijn vraag: waarom doet Sweeney dit en wij – Nederlandse journalistiek – niet? Wat zegt deze primeur over de staat van de Nederlandse onderzoeksjournalistiek? Maakt dat iets uit, zou je kunnen stellen. Zolang er maar journalisten zijn die het verhaal schrijven/maken/breken. De nationaliteit doet er toch niet toe?

Dat klopt: vanuit een kosmopolitisch standpunt kan iedereen dit verhaal schrijven/maken/breken. Alleen ervaar ik een soort morele verplichting van de Nederlandse journalistiek om hun verhaal te ontsluiten. Er zaten 193 Nederlanders in dat toestel, het land lag dagenlang plat en de vraag waar het vanaf dag 1 om draait, luidt: whodonnit? Waarom zitten er wel tientallen medewerkers van het OM, NFi, Buitenlandse Zaken en politie op deze zaak en interviewt Nieuwsuur de BBC-journalist die wel aan het werk toog?

Foto: Gerard Stolk (cc)

Don’t believe the hype: jihadisme

OPINIE - De voormalig chef van MI6 plaatst kanttekeningen bij de nervositeit van Westerse inlichtingendiensten aangaande jihadisten. Ze zijn vooral een probleem voor andere jihadisten. En ook over de aanpak zijn de meeste experts het wel eens. Eergisteren een interview met Peter Knoope, directeur van het ICCT die in het Radicalisation Awareness Network overlegt met geheim agenten, jongerenwerkers en familieleden en daar goede resultaten mee boekt.

Zowel de Britse geheim agent als zijn Nederlandse onderzoeker zijn het over een ding eens: de harde taal van politici werkt vaak averechts. Overtuigde ronselaars zijn er altijd, de twijfelaars hard aanpakken door bijvoorbeeld hun paspoorten in te nemen, drijft beide groepen wellicht in elkaars armen, stelt Knoope in het NRC.

En vaak is er geen ideologische keus – blijkt uit onderzoek van de Universiteit Leiden. Een jihadistisch netwerk heeft voor immigranten gewoon hele praktische oplossingen voor hele praktische problemen. En: zingeving. Waar ook generaal Uhm op doelde toen hij een parallel trok tussen Syriëgangers en zijn zoon.

Hoe moeten we, gegeven al deze berichten, de vijfentwintig miljoen extra voor de AIVD nu begrijpen? Anders gezegd: hoe kunnen wij – pers, publiek, politiek – controleren dat die vijfentwintig miljoen het ook echt waard zijn? De bureaucraten ontwaken – wie een verband kan leggen tussen zijn dossier en jihadisten, krijgt er waarschijnlijk geld bijgeklust. Heel veel fantasie is daar niet voor nodig.

Foto: Jan Krömer (cc)

Lokale onderzoeksjournalistiek: begin met een ‘eenvoudige’ reconstructie

ACHTERGROND - Er zijn nog genoeg mogelijkheden om (lokale) onderzoeksjournalistiek te bedrijven, althans zolang je een beroep kunt doen op onbetaalde krachten.

Je kan groots analyseren dat de lokale democratie geen waakhonden meer heeft. Dat de monitoring citizen wel wakker wordt als er iets onrechtvaardigs in zijn omgeving gebeurt. Dat de raadsleden de nieuwe waakhonden zijn. Kan allemaal. Dan sluit je je op in een vergaderruimte en klaag je tot er geen oplossing komt. Je kan ook praktischer aan de slag. Jat een format (in dit geval: Andere Tijden), bel wat rond met mensen in je kaartenbak (of van wie de nummers gewoon op de site staan) en ga aan de slag.

Reconstructie

De opdracht: reconstrueer de vorming van een nieuw college. Benader de hoofdrolspelers, bestudeer hun verkiezingsprogramma’s en leg dat eens naast het beleids- en bestuursakkoord en zoom tijdens de interviews in op de verschillen en overeenkomsten. Deze eenvoudige opdracht kostte zes studenten aan de master Journalistiek en Nieuwe Media twee volle weken en een paar hele drukke dagen montagetijd. Dat is heel duur.

Studenten

Dus werd de minidcumentaire niet gemaakt door het Leidsch Dagblad, maar… inderdaad: door journalisten-in-opleiding. En die kregen de lof toegezwaaid die ze verdienden (kijk zelf even). Tijdens de screening, met een aantal lokale politici vol in campagne (de docu was klaar vlak voor de gemeenteraadsverkiezingen van 2014), oogstte hun productie de nodige reacties in de zaal en naderhand aan de toog in de kroeg. Want daar kwamen nog een aantal saillante details boven tafel. Ook daar hadden de journalisten-in-spe een stuk over kunnen maken. Ze beloofden in februari met een follow-up te komen.

Foto: copyright ok. Gecheckt 03-03-2022

Wob-verzoek ingediend? Kan je wachten tot je een ons weegt!

ACHTERGROND - Elke journalistiek begint met toegang tot gegevens. Geen toegang, geen gegevens, geen verhaal. Dat kan met een belletje richting communicatieafdeling of, zwaarder, een Wob-verzoek. Dan moet de overheid dat verzoek wel honoreren. En dat gebeurt niet altijd even doortastend. Een dwangsom om binnen een termijn te reageren, is dan een prettige stok achter de deur. Maar die stok neemt Plasterk burgers nu af.

Eerlijk is eerlijk: verdienen aan de Wet openbaarheid van bestuur is van de zotte. Complexe verzoeken indienen in de hoop dat gemeenten een verplichte termijn overschrijden, is buitengewoon onwenselijk. Net zo onwenselijk als het dan maar rigoureus schrappen van deze financiële stok achter de deur door minister Plasterk. In een brief aan de Kamer belooft de minister eind van dit jaar met een nieuwe Wob te komen, waarin die dwangsom niet meer is opgenomen.

De maatregel-Plasterk – schrappen – heeft twee werkbare alternatieven. Zo kunnen de dwangsommen in een speciaal fonds worden gestort om zo persoonlijk gewin teniet te doen. Het kabinet is daarvan geen voorstander in verband met de hoge uitvoeringslasten. Die kosten worden overigens nergens onderbouwt, maar zijn waarschijnlijk lager dan de totale dwangsommen die gemeenten nu moeten betalen. De VNG kreeg eerder al ruim vijfhonderd klachten binnen op een Wob-misbruik-meldpunt. Vijfhonderd redenen om te pleiten de dwangsom uit de Wob te slopen. Als al die dwangsommen nu eens zouden terugvloeien naar gemeenten om daarmee te helpen dat verzoeken op tijd worden behandeld, dan hoeven de goede niet onder de slechten te lijden.

Foto: copyright ok. Gecheckt 23-11-2022

Lokale pers en de vloek van toegang

OPINIE - De hoofdredacteuren van de NOS, NRC, ANP en Omroep Brabant moeten natuurlijk niet zo zeiken. Dat ze in de grap van de homowijk zijn getrapt, onthult hun blinde vertrouwen in het openbaar bestuur. Dat het ANP de gemeente Tilburg op een lijst dubieuze bronnen heeft geplaatst, lijkt mij overigens terecht. Daar zouden alle gemeenten van Nederland op moeten staan. Het houdt de redactie scherp en dwingt hen elk persbericht tegen het licht te houden. En daarmee houdt het professionele communicatieafdelingen ook scherp – niet alles kan zomaar naar buiten.

Peter Burger (full disclosure: een directe collega van mij aan de Universiteit Leiden) heeft natuurlijk gelijk als hij zegt dat de boze brief naar Noordanus, de Tilburgse burgervader in het complot, een stijloefening in hypocrisie is en de reden waarom er waarschijnlijk niemand op zijn stuk heeft gereageerd. Maar achter de onterechte misbaar gaan twee structurelere problemen in het lokale openbaar bestuur en politieke communicatie schuil: dubbelchecken kan bij gebrek aan tijd en mankracht nauwelijks meer en als journalisten dat willen, gaan gemeentehuizen op slot.

Er bestaat geen organisatie die toegeeft ruim in het personeel te zitten. Er zijn altijd handjes te kort. Dat is in de (lokale) journalistiek bijzonder nijpend wanneer de andere kant – het gemeentehuis – voldoende handen heeft om de deuren angstvallig dicht te houden. Journalisten moeten kritischer zijn, zeggen burgemeesters, wethouders en raadsleden regelmatig. Maar als je aanbelt om je neus ergens in te steken, slaan zij vaak als eerste de deur dicht.

Foto: Ben Low (cc)

Ik lees ‘hap-slik-weg-journalistiek’, maar ik wil ‘je-moet-erbij-zijn-journalistiek’

OPINIE - Journalistieke producties worden steeds vaker vluchtig en oppervlakkig, waardoor ze relevantie en urgentie missen.

Long form journalism, etnografie, long reads – als aloude journalistieke genres (zoals de reportage, het profiel/portret of een analyse) een nieuwe naam krijgen, knijp ik altijd de billen samen. Wat een nieuwe naam heeft gekregen, lijdt ofwel aan imagoschade (interieurverzorgster, managementassistente) of is op weg om zichzelf bij gebrek aan gewicht op te blazen (chief information officer, risk management).

Deze ‘nieuwe’ genres hebben nu een ‘nieuw’ tijdschrift dat eerst een tijdschrift was, toen online only werd (ook zo’n mooie term) en nu weer terug is: voor bijna vijf pond koop je 68 pagina’s Newsweek in vier secties: Big Shots, Page One, New World en Downtime (foto’s, nieuws, technologie en wetenschap en ontspanning). Print is back! koppen commentaren. God zij dank, print is back!

De vreugde is even begrijpelijk als misplaatst: print is namelijk het probleem niet.

Mijn angst zit niet in het verdwijnen van bladen – mijn angst zit hem in het verdwijnen van de journalistiek die daarin is verankerd. Ik ben bang nooit meer te worden verrast door een reportage, een analyse, een portretterend interview, kortom: voor wat ik gekscherend ‘je-moet-erbij-zijn-journalistiek’ noem. Het soort journalistiek waarvoor je moeite moet doen, naar buiten moet, mensen moet verleiden om ze aan het praten te krijgen, omwegen moet bewandelen om je verhaal rond te krijgen, lang onderzoek moet doen, door gortdroge jaarverslagen moet ploegen om (als het af is) zonder verdere onderbouwing te horen te krijgen dat er werkelijk helemaal niets van klopt. Kortom: de moeizame genres.

Foto: Alper Çuğun (cc)

Nieuws missen doet pijn, al is het fatsoenlijk

COLUMN - Is de woonplaats van Benno L. nieuws? Volgens NRC van afgelopen zaterdag wel. Toen kopte de krant ‘Ontuchtpleger Benno L. vindt onderdak in Leidse seniorenflat’. Nee, zegt de Volkskrant vandaag in een ‘reconstructie’ die uitlegt waarom zij dat nieuws niet van twee freelancers hebben overgenomen. 

Hoofdredacteur Philippe Remarque:

‘Wij vinden het recht van ex-delinquenten op een normaal leven belangrijk en wilden geen heksenjacht ontketenen.’

Het eerste is bijzonder fatsoenlijk, het tweede natuurlijk wijsheid achteraf dat ook nog eens niet bleek te kloppen. Het duurde tot zondag voordat Leidenaren (hoewel onzeker is hoeveel er echt uit de buurt kwamen) verhaal kwamen halen, maar van een heksenjacht was absoluut geen sprake.

Bovendien kan je journalistieke vraagtekens zetten achter Remarques ‘fatsoen’. Een ontuchtpleger die nergens terecht kan en domicilie vindt in een gemeente van een burgemeester die zijn politieke lot aan de situatie verbindt, is natuurlijk gewoon nieuws. En zo’n bekende ontuchtpleger als Benno L. is landelijk nieuws.

De vraag is met welke invalshoek. Het adres? Nee. Een oproep aan alle andere burgemeesters om Lenferink te veroordelen? Nee. De vraag waarom Lenferink het wel aandurfde Benno L. te huisvesten terwijl veel van zijn collega’s die beslissing niet aandurfden? Jazeker.

Journalistieke afweging: de onthulling van de woonplaats van een ex-zedendelinquent tegen de manier waarop lokaal bestuurlijk Nederland met hen omgaat (hij mag overal wonen, maar niet hier). Mogelijke uitkomst: sterk verhaal over medemenselijkheid, laffe bestuurders en angstige wijkbewoners. Een complex verhaal, kortom: nieuws. Nieuws dat Remarque gewoon heeft gemist.

Foto: tgraham (cc)

Ik haat advertenties omdat ze niet begrijpen wie ik werkelijk ben

COLUMN - Ik ben zo voor advertenties. Mijn leven zou verschralen met een ‘nee-nee’-sticker op de deur. Ik ben verslaafd aan reclamefolders. Heerlijk dat gevoel van schaarste dat van de pagina’s spat, maar waar je niet aan toegeeft. Reclame die ik kan weerstaan, geeft mijn zelfvertrouwen een enorme boost. Dus mag dat ook best digitaal. Alleen verwacht ik daar wel wat intelligentere verleidingen. En dat moet, met alle metrieken die van mij worden bijgehouden, toch geen enkel probleem zijn.

Gek genoeg is het dat wel.

Hoe moeilijk is het nu om mij een boek voor te stellen over 1) journalistiek, 2) moderne geschiedenis, 3) internet of 4) opvoeden (Bol.com)? Hoe lastig kan het zijn om mij een broek aan te smeren (Zalando)? Apple-toebehoren? De nieuwste iPhone voor een stevige korting (ik heb een iPhone, surf met Safari)? Kaarten voor concerten (Spotify) of krantenabonnement (6000 feeds)?

Ik wacht.

Het zijn logische aanbiedingen op basis van informatie die elke site moeiteloos kan bijhouden. Je kan je kwaad maken over wat sites allemaal van je bijhouden, kwader word ik van het resultaat waar die enorme data-opslag toe leidt. De aangeboden waar passen zonder uitzondering bij de onderwerpen in mijn inbox, mijn tweets van de afgelopen 24 uur, mijn blogs bij WordPress of mijn vrienden op Facebook. Probleem: de aangeboden waar past niet bij mij.

Foto: Victoria Pickering (cc)

Capitol Nihil

ANALYSE - Misschien moeten we de Amerikaanse shutdown niet duiden in termen van een actuele machtsstrijd, maar voortvloeiend uit een lezing van de verkiezingsuitslag van 2012. John Sides, hoogleraar politicologie en redacteur van de Washington Post schrijft op het uitstekende blog The Monkey Cage de stalemate toe aan een tegengestelde uitleg van de Amerikaanse presidentsverkiezingen van vorig jaar. Daarmee verklaart hij de ernst van het conflict en de diepte van de loopgraven waar Republikeinen en Democraten zich in verschansen – beide partijen claimen te handelen vanuit een duidelijk electoraal mandaat. En dat geef je niet zomaar op.

Democraten denken, volgens Sides, dat met de herverkiezing van Obama zijn Obamacare is gepacificeerd. Republikeinen hebben gepleit tegen de invoering van het plan en hebben die strijd met vijf miljoen stemmen verloren. Dat Republikeinen nu achteraf proberen om Obamacare alsnog te ‘repareren’, met de shutdown als gevolg, is niet alleen ondemocratisch, het ontkent het electorale mandaat waarmee Obama handelt.

Republikeinen geven toe dat ze de presidentsverkiezing hebben verloren, maar ze hebben een duurzame meerderheid in het Huis van Afgevaardigden. Obama is weliswaar president, maar heeft geen enkel electoraal mandaat. De Democraten kunnen er nog fijntjes op wijzen dat die meerderheid in het Huis vooral te danken is aan het verleggen van grenzen in Republikeinse kiesdistricten (redistricting) en dat Democratische afgevaardigden nationaal meer stemmen kregen dan Republikeinen, feit is dat er meer Republikeinen in het Huis zitten dan Democraten.

Foto: Patrick Feller (cc)

Ted Cruz’ eenzame kruistocht tegen Obamacare

ANALYSE - Nee, het is geen filibuster en zelfs een meerderheid Republikeinen is het niet met de Texaan Cruz eens, toch blokkeerde hij gisteren de Senaatsvloer met een uren durende speech. Nou ja, speech. De senator reeg anekdotes aan kinderrijmpjes, ontboezemingen aan inspiratie en biechtte zijn voorkeur op voor hamburgers. Na ruim twaalf uur moest Cruz toch echt naar het toilet en verliet hij de Senaat. Zijn poging om de financiering van Obamacare tegen te houden, strandde.

En strandde eigenlijk al bij voorbaat. Cruz heeft geen steun voor zijn stunt – waarom stond hij dan toch uren achtereen te speechen als iedereen, hij incluis, wist dat zijn poging geen enkele effect zou sorteren? Aandacht, vermoedt ABC-verslaggever Arlette Saenz:

This is largely a made-for-cable-TV demonstration. The Texas Republican can’t talk more than 15 hours, according to the Senate’s rules. Cruz’s aides won’t say how long he’ll speak, but one Republican leadership source suggested he might go on only long enough to reach the prime time audience on Fox News Channel.

Cruz is in de race voor 2016 en moet zich profileren. Zijn haat jegens Obamacare is een ideale gelegenheid om zijn standvastigheid te tonen. Uren lang, uit principe, staan voor je zaak wordt in Amerika gewaardeerd. Des te pijnlijker als ook Cruz moet toegeven niet zo heel principieel te zijn.

Vorige Volgende