Geachte mevrouw Umar
Wij wonen in een land waar een Marokkaan niet kan flauwvallen zonder dat mensen meteen aan een aanslag denken. Zelfs als de politie rustig uitlegt dat het ging om een diabetespatiënt met een hypo, worden er maanden later nog WOB-verzoeken ingediend door mensen die – zoals de Duitsers zo mooi zeggen – das nicht wahrhaben wollen. Die diabetespatiënt met een hypo was namelijk wel een Marokkáán, en dat zegt alles.
Wij wonen in een land waar moslims een veel kleinere kans hebben op het vinden van een stageplek, een baan en een huis. Zelfs als ze géén strafblad hebben, worden ze nog gepasseerd door “etnische Nederlanders” mét een strafblad. Het zijn namelijk moslims, en dat zegt alles.
Wij wonen in een land waar politici worden gekozen die mensen aanduiden met termen als hyena’s en testosteronbommen. Daar worden ze zelfs niet voor vervolgd, want ja, het zijn moslims en dat zegt toch alles?
Wij wonen in een land waar een voormalige verzetskrant de vrijheid heeft om een medewerker van de sociale dienst met een armoedeverleden, een migratieachtergrond, een enorme ervaring in de hulpverlening, een ex-man, een zoon, een fors schrijftalent, een hoeveelheid empathie above and beyond the call of duty, een schare fans en een hoofddoek in te huren als columnist. En in datzelfde land krijgt die krant daarop het verwijt te zijn “gecapituleerd voor de islam”, want die hoofddoek, die zegt natuurlijk alles. Die hoofddoek zegt zóveel dat zelfs haar met haar naam – of nom de plume – aanduiden ineens vermeden wordt, als ging het om corona, of kanker.