Sargasso’s Geoplaat – Berkiens ode aan de aso’s
Hoewel de meeste liedjes gaan over de liefde, wordt ook vaak gezongen over dorpen, steden, landen, rivieren en bergen. Michiel Maas gaat op zoek naar de plaats achter deze muzikale beschrijvingen. Benieuwd naar de achtergronden van uw favoriete plaat? Stuur uw tips voor een geoplaat naar [email protected]
Als ik boven op de Dom sta
Kijk ik even naar benee
Dan zie ik het Oude Grachie
Het Vreeburg en Wijk C
Ja dan springt mn hartsjie open
Ik ben trots wat dach-ie wat
D’r is geen mooier plekkie
As Uterech me stad
Herman Berkien – Als ik boven op de Dom sta
Wat doet u als u boven op de Dom staat? Naar beneden kijken natuurlijk, wat is er anders te doen? Maar Herman Berkien kwam kennelijk voor iets anders. Je ziet hem staan, hij bestudeert het prachtige metselwerk van de kantelen, en kijkt terloops ook even naar beneden. En daar ziet hij de Oude Gracht, het Vreeburg en Wijk C. Vanaf de Dom in één blik te vangen. Je hoeft maar een keer heel even naar beneden te kijken. Daar is geen weids uitzicht voor nodig. Zou de Utrechtse volkszanger een beetje benauwd zijn geweest voor de Dom?
Inderdaad. De in 2005 overleden Berkien had hoogtevrees. Maar gek genoeg schreef hij de tekst van dit lied, dat sinds de jaren zeventig onlosmakelijk met hem verbonden is, helemaal niet zelf.
Bovenstaande tekst werd geschreven door Berkiens stadsgenoot Rijk de Gooijer. Berkien zong het, maar gebruikte het meestal in combinatie met een andere kraker, Uterech me Stadsjie, in de Uterech-medly. Een vreemdere combinatie is eigenlijk niet mogelijk. Het lied van De Gooijer is feitelijk een VVV-goedgekeurde, dertien-in-een-dozijn, stadsode. Berkiens lied is een lofzang op de sociale onderlaag in de Domstad.
Oef! Is dat even huilie-huilie voor de dode-boom-haatsers! Zijn ze de afgelopen tijd
Thank God voor 5 december. Als onze jaarlijkse traditie van rijmelende spitsvondigheid niet zou bestaan, ging onze collectieve taalkennis waarschijnlijk nog harder down the drain. Pakjesavond zorgt er in ieder geval voor dat ook de average Joe nog eens probeert om een paar zinnen foutloos op papier te zetten. Een blessing in disguise, zou ik zo zeggen.
Als je als toekomstige bestuurspartij een beetje indruk wilt maken, moet je vooral stoere taal gebruiken. Het woord afschaffen is zo’n voorbeeld van stoere taal. Op partijcongressen willen politici vooral veel afschaffen: de files, het gedoogbeleid, ontwikkelingshulp, Europa, de Eerste Kamer. Een beetje partij schaft af.
“Kunnen we niet een stukje krijgen over 24 hours from Tulsa”, vroeg een Sargasso-lezer me bij de vorige Geoplaat. Een goed idee. Ik had me al eens eerder verbaasd over de vreemde geografische verwijzingen in de liedjes van Burt Bacharach.
Altijd al eens een politieagent ongestraft een klap met een koekepan willen verkopen? Dan moet je in Gouda wonen en je achterdeur niet op slot doen. Daar gaat het lokale korps binnenkort de burgers de stuipen op het lijf jagen
We gingen er eens goed voor zitten: de documentaire van Marcel van Dam die zou bewijzen dat de Vara nog steeds de omroep van de sociale linksmens is.