Ook Tsjechië helt over naar extreemrechts
In Tsjechië heeft ANO, de partij van multimiljonair Andrej Babiš, vorige maand de parlementsverkiezingen gewonnen met 35% van de stemmen. Babiš heeft nu aangekondigd een regering te willen vormen met twee kleinere partijen die hij nodig heeft voor een meerderheid in het Tsjechische parlement. Dat gaat dan om de SPD (‘Vrijheid en Directe Democratie’) onder leiding van Tomio Okamura en AUTO (‘Automobilisten voor Zichzelf’) onder leiding van Petr Macink. Beide partijen zijn extreemrechts en willen uit de EU en de NAVO. Dat zal niet snel gebeuren, want Babiš hecht nog wel aan deze bondgenootschappen. Hij is net wat minder kritisch op de EU dan zijn collega-premiers Orbán en Fico in buurlanden Hongarije en Slowakije, maar ook hij kan het Brusssel flink lastig maken, zeker inzake de Europese steun aan Oekraïne. Zijn partij maakt in de Europarlement sinds vorig jaar deel uit van de Patriotten voor Europa, een groep waar ook de PVV in zit naast de Oostenrijkse FPÖ, RN van Le Pen en het Vlaams Belang.
Babiš was eerder van 2017-2021 premier. Zijn optreden leidde tot de grootste demonstratie tegen de regering sinds de val van het communisme. Hij werd beschuldigd van fraude met EU-gelden. Maar de rechter sprak hem begin 2023 vrij vanwege onvoldoende bewijs. Verschillende onderzoeken die door de EU zijn gehouden laten zien dat hij eerst als minister van Financiën en later als premier belang bleef houden in Agrofert, een holding waar meer dan 230 bedrijven onder hangen. Daaronder ook grote mediabedrijven, wat Babiš, de rijkste man van het land, de bijnaam ‘Babisconi’ opleverde. Na zijn verlies bij de presidentsverkiezingen is hij nu weer helemaal terug. Met overmacht in het parlement, al zal hij ook concessies moeten doen aan de twee extreemrechtse partijtjes die nodig zijn voor een meerderheid.
