Koyaanisqatsi
Gisteren besloot ik de film Koyaanisqatsi eindelijk eens op dvd te huren. De film was de eerste uit de zogenaamde Qatsi-triologie van regisseur Godfrey Reggio (waarbij Powaqqatsi is gemaakt tussen 1985 en 1987 en Naqoyqatsi momenteel wordt gemaakt), opgenomen tussen 1975 en 1982 en werd nog niet zo lang geleden weer vertoond in de bioscoop. Reggio is een buitenbeentje in de filmwereld, maar heeft met zijn sfeervole beeldmontage tot muzikale beeldensprookjes een groot publiek voor zich weten te winnen.
Koyaanisqatsi komt uit het Hopi-Indiaans en betekent Leven uit balans. In het eerste half uur wordt de schoonheid van het Amerikaanse landschap getoond met beelden van uit de imposante canyons (Canyonlands, vermoed ik). Zijn techniek is verwant aan die in Microkosmos, waarin het leven van insekten versneld wordt voorgescoteld alsof het uit één dag zou bestaan, alleen gaat het nu over het landschap, de zee en de lucht. Terwijl deze duizelingwekkende landschappen zich voor je ogen ontrollen, hoor je een soort van Tibetaanse mantra, de titel bezwerend murmelen.
Na dit half uur volgen de beelden uit de stedelijke gebieden, waarbij de mechanisatie in het menselijk handelen wordt uitvergroot, maar ook hoe de mens onbewust de natuur in het klein nabootst in de schijnbare complexiteit van het dagelijkse leven. Voor de natuurfilosofen onder ons vormt deze film het levende bewijs van de mens die is afgesneden van de natuur, oftewel van de basisprincipes van het leven die worden verloochent, maar voor de mens die eveneens de poëzie in de technologische ontwikkeling kan zien, is het één grote lust voor het oog. En in de ridiculisering van het menselijk handelen zit net zo goed een grote dosis humor. Enige minpunt vond ik de voortdurend terugkerende nachtelijke autosnelwegen in verschillende lichtsnelheden.