Jazz
OPINIE - Volgens sommige mensen kun je in de keuken de mooiste multiculturele verrassingen creëren. Nou ben ik helemaal geen fijnproever, tot woede overigens van diegenen die dat wel zijn en niet in Italië wonen, en dus is al dat geëxperimenteer in de keuken niet aan mij besteed. Doe mij maar jazz.
Neem nou Buckshot Lefonque, een project van jazzsaxofonist Branford Marsalis. Hij gooide jazz, hiphop, funk, rock en R&B in de blender en dat leidde tot verrassende resultaten – luister bijvoorbeeld eens naar Some Cow Fonque (1994). Nou is dat nog niet zo heel erg multicultureel natuurlijk; het is allemaal zwarte Amerikaanse muziektraditie. Maar het mooie van muziek, net als lekker eten, is dat het niet gebonden is aan de grenzen van taal en cultuur. En zo kun je ergens in een Japans park ineens Japanners tegenkomen die… Some Cow Fonque spelen.
Het wordt voor mij pas echt interessant als je radicaal verschillende smaken samenbrengt. Jazz en klassieke muziek bijvoorbeeld. Kan dat? Nina Simone wilde klassiek pianiste worden; helaas was dat voor een zwart meisje in het Amerika van de jaren vijftig onmogelijk. Luister even naar die pianosolo op Love Me Or Leave Me (1958): dat is honderd procent Johann Sebastian Bach. Ook Miles Davis liet zich inspireren door Europese klassieke muziek. Zijn album Sketches of Spain bevat niet alleen zijn interpretatie van het Concierto de Aranjuez (1939) van de Spaanse componist Joaquín Rodrigo maar ook Will o’ the Wisp (1960), gebaseerd op het Andalusische muziekstuk El amor brujo (1915) van Manuel de Falla.