Desinformatie: geen fake news

OPINIE - Communicatiewetenschapper aan de Universiteit van Amsterdam Michael Hameleers, publiceerde in april een wetenschappelijk artikel over populisten en desinformatie. Een inleidend stuk is te lezen op de website, het volledige artikel is beschikbaar als pdf.

Hij maakte een analyse over de Verenigde Staten en Nederland, over Donald Trump en Wilders. Opvallend was ook het verschil tussen linkse en rechtse populisten: de rechtse populisten zijn er doorlopend op uit de pers en ‘politieke elite’ te beschuldigen van leugens en misleiding. Hameleers zegt daarover:

Het probleem van desinformatie of nepnieuws is wellicht niet zozeer de verspreiding van onjuiste informatie, maar de aanval op de betrouwbaarheid van bewezen feiten en empirische kennis. Het gevolg kan zijn dat feitelijke kennis en waarheden steeds relatiever worden, aangezien burgers zelf een versie van “de” waarheid kunnen kiezen die aansluit bij hun bestaande overtuigingen. De belangrijkste implicatie is dus wellicht dat het vertrouwen van mensen in de politiek en media kan worden geschaad.

Trump en Wilders onder de loep

Nou is het al lang duidelijk dat “bepaalde politici” in Nederland veel ophitsende nep-berichten op sociale media rondstrooien, echter, sinds de opkomst van Trump mag duidelijk zijn dat daar iets nieuws bijgekomen is: het stug ontkennen van feitelijke informatie en doorlopende aanvallen op journalisten en wetenschappers.

Hameleers maakt in zijn onderzoek verschil tussen “misinformatie”, gedefinieerd als berichten die niet kloppen, maar die niet verspreid worden met de intentie te misleiden, en “desinformatie”, berichten die opzettelijk zijn gemaakt, bewerkt, of van elke context ontdaan, met een specifiek doel in het achterhoofd. Bij het onderzoek richt hij zich op Twitter voor de uitlatingen van de politici en Facebook voor de burgers.

Volgens Trump en Wilders is de pers er op uit hen te beschadigen door leugens te verspreiden. Trump gaat daar nog een paar tandjes overheen en spreekt altijd over “fake news media” en zelfs “the enemy of the American people”. Hij maakt echter wel onderscheid tussen de verschillende media-bedrijven. Wilders heeft het verder vooral over zelf-censuur: alle media zouden bepaalde dingen niet durven zeggen, uit angst voor de gevolgen (meestal “uit angst voor de islam”) en noemt ze ook voortdurend “links”. Beiden roemen “het volk” als daar tegenover staand en als de groep die wel op de hoogte is.

Uit het onderzoek blijkt dat beide politici experts, statistiek en verifieerbare feiten vermijden en zich beroepen op het volkse verstand, wat volgens hen voldoende bewijs is voor hun standpunten. Sociale media zijn het uitgelezen middel om hun desinformatie te verspreiden. Er is weinig tot geen ruimte voor balans of tegenspraak, wat ze zelf zeggen is de waarheid. Punt.

Ook onder aanhang bleek bij rechtsen de vijandigheid naar de pers veel duidelijker aanwezig dan onder links. Het constante gehamer heeft dus effect, dat zal ook niemand verbazen.

Taalgebruik

Peter Burger, docent “wetenschapsjournalistiek en brongebruik” aan de Universiteit van Leiden, die zich op sociale media bezig houdt met desinformatie, heeft het al eerder gezegd:

Het meeste nepnieuws dat Nederlanders online tegenkomen komt uit ons eigen land en wordt vooral verspreid door extreemrechtse activisten

Zijn archief aan ophitsende-nepberichten is eerder gebruikt door Rudy Bouma in een reportage van Nieuwsuur: “Nepnieuws en sociale media als wapen in politieke campagnes”.

Maar hier zien we iets gebeuren, Hameleers, Burger en Bouma gebruiken allemaal de term “nepnieuws” om desinformatie aan te duiden. Ikzelf heb het ook gebruikt. Echter, na wat ik las van Hameleers denk ik dat we daar mee moeten ophouden.

Desinformatie is geen nepnieuws

Trump en andere populisten zijn de term “fake news”, nepnieuws, veelvuldig gaan gebruiken om media kanalen zonder enige onderbouwing van leugens te beschuldigen, om berichten die negatief zijn voor hen, weg te kunnen wuiven. Dat gebeurt inmiddels in de Verenigde Staten, in Nederland, Brazilië, België, Polen, Hongarije en diverse andere landen. We kunnen wel stellen dat de vrije pers aardig onder vuur ligt.

Als we voor desinformatie ook het woord nepnieuws gebruiken, gebruiken we dus eigenlijk een term die juist het tegenovergestelde betekent: echt nieuws als onjuist, als onzin, als nep wegzetten. Door dezelfde term te gebruiken voor berichten die opzettelijk verkeerd zijn, verspreid door populisten, geven we hun aanklacht richting de pers extra gewicht. Als we aantoonbare leugens nepnieuws noemen, en kloppende artikelen ook, geven we de populisten min-of-meer gelijk en werken we mee aan het wantrouwen tegen de vrije pers. En dat is nou net wat we met het bestrijden van desinformatie willen voorkomen.

Daarom is desinformatie geen nepnieuws. We moeten onze woorden voorzichtig kiezen.

Reacties (12)

#1 Bismarck

“Als we aantoonbare leugens nepnieuws noemen, en kloppende artikelen ook, geven we de populisten min-of-meer gelijk en werken we mee aan het wantrouwen tegen de vrije pers.”
En als we het desinformatie noemen, dan is het enige voordeel dat één populist de term niet kan overnemen, omdat die uit teveel lettergrepen bestaat om hem goed uit te kunnen spreken. De rest zal dat wel doen en dan ben je precies terug bij af.

  • Volgende discussie
#2 Jos van Dijk

Het is goed om een verschil te maken tussen pogingen tot ondermijning van de rol van de pers in de democratie door de populisten enerzijds en anderzijds moedwillige pogingen om met verzonnen berichten de opinievorming te beïnvloeden. Dat laatste is overigens veel ouder dan de term ‘desinformatie’. Psychologische oorlogsvoering is al tijdens de Koude Oorlog intensief bedreven, ook door ‘onze’ BVD. Een onpartijdige beoordeling en bestrijding van desinformatie is ook bij alle hedendaagse politieke spanningen nog niet zo eenvoudig.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#3 Martijn Tonies

@1: Ik begrijp wel wat je bedoelt, toch meen ik dat we best mogen oppassen in hoe we dingen benoemen. Het al-te-makkelijk overnemen van termen waarvan we weten dat die fout zijn, normaliseert en steunt.

Ik ga er voor mezelf iig aan denken. ;)

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#4 Co Stuifbergen

@3: Het wordt moeilijk als we voor ieder woord dat racisten misbruiken, een ander woord zoeken moeten.

En het is moeilijk, want racisten misbruiken veel woorden (“bezorgde burgers” voor intimiderende demonstranten) dus soms is een nieuwe term beter.

Maar we kunnen rustig blijven spreken over de “hardwerkende Nederlander burger” die de belasting opbrengt voor de steun aan KLM, bijvoorbeeld.

“nepnieuws” lijkt mij een duidelijke term.
Maar misschien werkt “verzinsels” of “duimzuigerij” beter.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#5 Hans Custers

Het juiste woord lijkt mij in veel gevallen: propaganda.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#6 Martijn Tonies

@5: Daar dacht ik eerst ook aan, maar propaganda hoeft niet per direct verzonnen te zijn, het kan ook een heel éénzijdige serie v continue publicaties zijn. Toch?

@4: “nepnieuws” gaat – naar mijn mening – over publicaties van media bedrijven.

Ophitsende nep-berichten, verzinsels, dat gaat over desinformatie.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#7 Hans Custers

@6

propaganda hoeft niet per direct verzonnen te zijn

Dat klopt, maar volgens mij is dat juist een belangrijk punt. Of iets wel of niet klopt doet er voor de propagansist helemaal niet toe. Hele waarheden, halve waarheden, totale verzinsels, keiharde leugens, het wordt allemaal door elkaar gehusseld en gebruikt als het zo uitkomt.

Ik heb het er wel vaker over, maar toch nog maar een keer: wat mij betreft is dit heel goed verwoord door Harry Frankfurt in “On bullshit”. Die zegt – ik zeg het even in mijn woorden – dat een leugenaar nog een zeker besef van de waarde van feiten heeft. Daarom neemt die nog de moeite om die bewust te verdraaien. Een bullshitter maalt helemaal niet meer om feiten; die roept gewoon wat hem het beste uitkomt. Propagandisten zijn bullshitters.

Bullshit bestrijden is veel lastiger dan leugens bestrijden. Als je een leugen ontmaskert, voelt de leugenaar zich betrapt. Omdat hij de waarde van feiten nog inziet. De bullshitter doet dat niet, dus die gooit gewoon onbeschaamd een nieuwe laag bullshit over elke ontmaskering van een leugen.

Je ziet dat fenomeen in het groot bij types als Trump of Baudet en in het klein bijvoorbeeld bij de diverse bullshitters die op Sargasso reageren. Hoe stompzinnig het ook is wat ze roepen, en hoe hard ze daarmee ook geconfronteerd worden, het maakt ze allemaal niks uit. Ze blijven gewoon geloven in hun eigen superieure grote gelijk.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#8 Jos van Dijk

@7: Dat zijn de narcisten. Zij zenden die bullshit alleen uit ter meerdere eer en glorie van zichzelf. Is toch iets anders naar mijn idee dan die bewuste misleiding met politieke doeleinden die hierboven is aangeduid met de term desinformatie.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#9 Hans Custers

@8

Nee, het is niet iets heel anders. Het is hetzelfde soort gedrag. Er wordt tegenwoordig dan ook wel gesproken van collectief narcisme. Typisch narcistisch gedrag, maar dan in groepsverband.

Een voorbeeld, om aan te geven dat het niet alleen om feiten gaat. Een als landelijk dagblad vermomd propagandakanaal schijnt vandaag iets te hebben geschreven over de communicatie tussen Halsema en Grapperhaus tijdens de demonstratie van afgelopen maandag. Maar in hun bericht lieten ze het begin van die communicatie, waarin Grapperhaus zegt het eens te zijn met de beslissing van Halsema, weg. De informatie die ze wel gaven was dan nog wel feitelijk juist, maar door wat ze weglieten was het bericht wel degelijk misleidend.

Het doel is een haatcampagne tegen Halsema, en er wordt simpelweg gebruikt wat er voorhanden is. Waarbij verschillende kanalen nog wel verschillende criteria hanteren. Zo zal dit specifieke propagandakanaal nog de schijn op willen houden (niet in het minst voor zichzelf, want vermoedelijk geloven ze het ook nog) dat ze aan journalistiek doen.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#10 Bookie

Ik vind als mooi recent voorbeeld van desinformatie de 3,7% van de culturele sector. Deze sector zou 3,7% van de economie uitmaken, maar als je naar de cijfers kijkt gaat het om de sector cultuur en media waar de reclamewereld, radio/televisie en architectuur het grootste gedeelte beslaat. De podiumkunsten en musea omvatten maar een klein deel van die sector.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#11 Martijn Tonies

@9: Het kan de ‘bullshitter’ idd niets schelen. Dat kan een persoonlijke of politieke reden hebben.

Trump komt er ook mee weg omdat er om hem heen een stel mensen zit die het blijven accepteren.

  • Volgende discussie
  • Vorige discussie
#12 Jos van Dijk

@10: Waar zie je in dit geval de intentie om te misleiden? Is dit misinformatie of desinformatie?

verschil tussen “misinformatie”, gedefinieerd als berichten die niet kloppen, maar die niet verspreid worden met de intentie te misleiden, en “desinformatie”, berichten die opzettelijk zijn gemaakt, bewerkt, of van elke context ontdaan, met een specifiek doel in het achterhoofd.

  • Vorige discussie