RECENSIE - De Israëlische schrijver Nir Baram reisde door Israël en de bezette gebieden.
Voor het verslag van een reis door Israël en de bezette gebieden is Land zonder grenzen een intrigerende titel. Nergens vinden we zulke zwaar bewaakte grenzen en absurde grenscontroles. Toch probeert Nir Baram één land te zien met twee bevolkingsgroepen die elkaar in zijn ogen uiteindelijk toch een keer zullen moeten zien te vinden. Hij bezocht als journalist van de Israëlische krant Haäretz in 2014 Joodse nederzettingen in bezet gebied, orthodox-religieuze scholen, Palestijnse vluchtelingenkampen, dorpen en stadswijken die ingesloten zijn door de muur, de Tempelberg en het verdeelde Jeruzalem. Baram kwam tot schokkende ontdekkingen die wij niet langer kunnen negeren.
In Israël heerst inzake het Israëlisch-Palestijnse conflict grote onverschilligheid. Veel mensen geloven niet meer in een oplossing. ‘Het lijkt alsof alles al gezegd is.’ De muur tussen Israël en de bezette gebieden symboliseert de situatie die in de afgelopen twintig jaar is gegroeid: de Palestijnen zitten gevangen in een versnipperd gebied zonder enige bewegingsvrijheid, er is geen enkel contact meer en het geweld lijkt nooit op te houden. Nir Baram legt zich daar niet bij neer en gaat bij Joden en Palestijnen op bezoek om van beide kanten te horen hoe zij de huidige situatie beoordelen en wat ze van de toekomst verwachten.
Nir Baram (1976) komt uit een politieke familie. Zijn vader en grootvader waren minister in de Israëlische regering voor de Arbeidspartij. Hij heeft eerder al vijf romans geschreven, waaronder Goede Mensen, over collaboratie in nazi-Duitsland en Sovjet-Rusland, en Wereldschaduw over globalisering en idealisme in de huidige tijd. Een land zonder grenzen is hoogstaande journalistiek. Baram beschrijft de pijnlijke realiteit van een -zoals het er nu voor staat- uitzichtloos conflict. Zijn observaties veranderen alle verhalen van politici in Europa over een ‘vredesproces’ waarin twee conflicterende partijen worden opgeroepen de wapens neer te leggen in illusoire prietpraat. Ze laten ook zien dat de afstandelijkheid van het westen ten opzichte van het conflict en de voortgaande steun aan Israël de huidige situatie alleen maar bestendigt en de uitzichtloosheid verlengt.
Hoe denkt men aan de basis over de toekomst?
Wat wij hier over het algemeen horen, dat zijn de stemmen van Israëlische en Palestijnse politici en westerse diplomaten. Nir Baram laat geen politici aan het woord, maar kolonisten, studenten van jeshiva’s, de orthodox-joodse religieuze scholen, Palestijnse boeren, studenten en handelaren. En hij beschrijft wat hij ziet op de West-Bank, in een Palestijnse ghetto bij Jeruzalem en een kibboets aan de grens met de Gazastrook. Je zou wensen dat elke politicus die zich uitspreekt over het conflict kennis neemt van zijn verhaal en wat de mensen die hij op zijn reis ontmoet hem hebben verteld.
Zoals het verhaal van de Joodse kolonist die in de jaren negentig een van de omstreden buitenposten heeft gesticht. ‘Hij zat samen met zijn vrouw in het huis van haar ouders, in een nederzetting vlak bij Karnee Sjomron en zei tegen haar dat hij zin had om een daad te stellen. Als hij dat echt meende, reageerde ze, dan wilde ze een nederzetting, precies daar – en ze wees naar het stuk dat door het raam te zien was. Hij besloot haar verzoek in te willigen. Er was daar alleen maar grond, verder helemaal niets, zelfs geen weg. Ze zetten er een tent op en woonden er bijna alleen (…) “Als we dat niet hadden gedaan, hadden de Arabieren dat land in bezit genomen. Ik heb er zelfs schapen geteelt om zo veel mogelijk grond in beheer te krijgen.”‘ (p. 45-46).
Nog nooit een Jood gezien
Palestijnen bestaan niet en de meeste Joden houden zich dus ook niet met hen bezig, althans zo lang ze het hen niet lastig maken. De studenten van de jeshiva zijn eigenlijk alleen bezig met de interpretatie van hun heilige boeken en de vele godsdienstige stromingen die daaruit voortkomen. Ze hebben nauwelijks meningen over het politieke conflict waar ze middenin zitten. Een jongen zegt dat hij geen geweld wil gebruiken. ‘Maar Arabieren moeten begrijpen dat ik de overheerser ben. Als er iemand bang moet zijn hier, dan kan dat maar beter de Arabier zijn.’ (p. 135). Palestijnen op hun beurt kunnen niet om de Joden heen. Ze weten meer van Joden en hun geloof dan andersom. Mannen die jarenlang gevangen hebben gezeten in Israël melden dat ze Hebreeuws hebben geleerd en boeken hebben gelezen van Joodse geleerden. Maar Nir Baram ontmoet ook jongeren die nog nooit een Jood hebben gezien, zoals er ook vele Joodse jongeren in Israël zijn die nog nooit een Palestijn hebben gezien. Het verschil is dat Israëli’s onverschillig zijn en Palestijnen wanhopig, zegt een van zijn gesprekspartners. Met alle gevolgen van dien.
Twee staten, één thuisland
Nir Baram beschrijft wat hij ziet en wat zijn gesprekspartners zeggen koel en zakelijk. Af en toe gaat hij ook met hen in discussie. Maar Baram gaat verder dan andere linkse Israëlische schrijvers zoals Grossman en Oz. Hij gaat daadwerkelijk over de grens als lid van een gemengde Israëlisch-Palestijnse werkgroep, ‘Twee staten, één thuisland’, die het plan heeft gelanceerd van een confederatie van twee naties waarvan de burgers volledige bewegingsvrijheid hebben in het gehele gebied. ‘We zien de ruimte tussen de Jordaan en de zee als een gemeenschappelijk thuisland van beide volken, die op alle vlakken met elkaar verbonden zijn in het historische geheugen en hun religie. Binnen dit thuisland verwerkelijken twee volken hun nationale ambities door middel van twee onafhankelijke soevereine staten met erkende grenzen, gebaseerd op de grenzen van 4 juni 1967.’ Die grenzen zijn open, er is vrije verkeer voor burgers van beide landen en zij mogen binnen die ruimte ook hun eigen woonplaats kiezen. Er wordt geen onderscheid meer gemaakt tussen Joden en Palestijnen. Niemand wordt zijn huis uit gezet.
Het is een poging een nieuwe politieke middenweg te vinden tussen het twee statenplan, dat volgens velen ten dode is opgeschreven, en de eenheidsstaat onder Joods bestuur waarin Palestijnen blijvend worden onderdrukt, een perspectief dat inmiddels aan realiteit begint te winnen. Maar elke oplossing zal volgens Baram ook een acceptabele verwerking van het verleden moeten inhouden. Het is ook in 2016 niet mogelijk tot enige overeenstemming te komen als de gebeurtenissen in 1948, waarbij de Palestijnen uit huis en haard werden verdreven, worden genegeerd. Het is niet alleen de holocaust die dit conflict tot het moeilijkste maakt van wat we de afgelopen decennia hebben meegemaakt.
Nir Baram, Een land zonder grenzen; een Israëlische schrijver reist door de bezette gebieden, De Bezige Bij Amsterdam/Antwerpen, 2016. 192 p. Prijs: € 19, 99 (e-book € 14,99)
Reacties (9)
Dank. Gezien de ronduit beroerde informatie over wat er tussen joden en Palestijnen/Arabieren/Bedoeïenen/Afrikanen gebeurt via mainstream media in Nederland blijft een boek als ‘Een land zonder grenzen’ van Nir Baram bitter noodzakelijk. NRC doet er wel wat aan (zie “We maken van Israel het grootste joodse getto ter wereld” 10/9, een interview met Nir Baram over maar liefst drie pagina’s), maar voor verslaggeving over de constante terreur van joodse kolonisten tegen Palestijnen moet men andere talen beheersen. Het pragmatisme van Nir Baram maakt deel uit van het gevecht tegen de regressie in het Westen in de 21e eeuw tot dusver. (economisch, qua Internationaal Recht, geopolitiek, energiestrategisch, religieus/etnisch, you name it)
Toegespitst op het I/P conflict, zeker na die 1 tegen 14 veto van de VS in de ‘Veilingheidsraad,’ waarbij een krankzinnige als Susan Rice zich legitimeerde door te stellen dat het verbieden van de bouw van Israelische nederzettingen op de Westbank het ‘vredesproces’ (inzake twee staten; realist Nir Baram: die half miljoen kolonisten krijg je daar echt niet weg) zou verstoren, moet ik het scherp stellen: zoals de joden een Europees probleem waren (niet alleen door de nazi’s) in de eerste helft van de 20e eeuw, met afschuwelijke gevolgen; zo zijn volken in het MO (Palestijnen, maar ook andere volken) een probleem van Washington (niet alleen Washington) in de eerste helft van de 21e eeuw, met dito afschuwelijke gevolgen. Bijvoorbeeld: Record US Military Aid to Israel Not About Security, But Prolonging the Occupation
@1: Ik zou Joden, Palestijnen, noch enig ander volk als ‘probleem’ willen zien. Problemen komen voort uit de vreemdelingenhaat en het racisme binnen bepaalde gemeenschappen die leiden tot uitsluiting, discriminatie en onderdrukking.
@2: Ja, zo bedoelde ik het dus niet, Jos. Er werd een probleem van gemaakt. Verdorie. Dus zoals Adolf Hitler van joden een probleem maakte, maakt Bibi Netanyahu van Arabieren een probleem. Laat ik dit maar weer opdiepen. Van Lia Tarachansky:
Kijk en lees verder Tallozen zijn Tarachansky voorgegaan.
Waarom moet ik toch goddomme elke keer weer op eieren lopen bij Sargasso als ik het over Israel heb? Een fascist is bij mij een fascist. Of ze nu Hitler, Netanyahu, Kim Jong-un etc. etc. heten. Nee, bij mij is er geen enkel volk of ras met welke religie dan ook dat intrinsiek een probleem heeft. De zin ‘joden waren een probleem’ is nota bene letterlijk overgenomen van een historicus die er op wees dat joden (overigens voor 90% geassimileerd) massaal door de Europeanen aan hun vreselijke lot werden overgelaten. Bekijk het maar, Jos.
@3 Wellicht zou je er goed aan doen gewoon zuiverder te formuleren in plaats van groteske vergelijkingen te maken.
Iets scherp stellen is toch echt wat anders dan je vergalopperen in een vergelijking die meer vragen oproept dan ‘ie verheldert.
Dit lijkt me een knap staaltje appels met eieren vergelijken, met als argument dat ze toch zeker beiden bolvormig zijn.
Antisemieten hielden er allerhande krankjoreme theorieën over het wezen van Joden op na, gevoed door een geschiedenis van tweeduizend jaar christelijk antisemitisme. Joden vormden helemaal geen werkelijk probleem, die waren in een rotvaart aan het assimileren, en dat riep allerlei paranoïde angsten op. Angsten die bezworen werden met allerhande voorstellen voor ‘oplossingen’ van het ‘Jodenvraagstuk’.
Het probleem van Washington (en in haar gevolg het Westen) is reëel en geopolitiek, gaat over invloedssferen en toegang tot grondstoffen. Waarom wipten de VS de sociaaldemocraat Mossadegh uit het zadel? Omdat hij de olieindustrie nationaliseerde, die tot dan toe in Britse handen was.
Dat gaat dus over de prijs van en toegang tot grondstoffen. Maar dat soort fratsen haalt de VS niet enkel in het Midden-Oosten uit, maar ook in haar eigen achtertuin: Latijns Amerika. Ik hoef je vermoedelijk de herkomst van het woord ‘bananenrepubliek’ niet uit te leggen.
Het Amerikaanse Midden-Oostenbeleid vloeit dus niet zozeer voort uit krankjoreme racistische theorieën over het wezen van ‘de Arabier’, maar uit materiële overwegingen. Dergelijke oriëntalistische voorstellingen spelen wel een rol, maar dan als legitimering van imperialistisch beleid (je moet die romantische en religieus-dweepzieke barbaren in het gareel houden met sterke leiders, anders steken ze hun eigen tent nog in de fik). Dat beleid vloeit echter voort uit geopolitieke en materiële overwegingen.
@3:
Dat dacht ik ook wel, Arjan. Daarom heb ik dat nog even expliciet gemaakt. Eieren zie ik hier niet hoor.
@4: Knap staaltje appels met eieren vergelijken? Moet ik toch even wijzen wat er in Israel zelf gezegd wordt: Deputy IDF chief: Israeli societal trends akin to pre-Holocaust Europe. Of wat Yeshayahu Leibowitz schrijft:
Gespräche über Gott und die Welt p.104. Wat we helaas niet kunnen zeggen is dat er binnen het Israelische discours voldoende krachten aanwezig zijn om het fascisme van Netanyahu c.s. in toom te houden (eigenlijk is dat al een eeuw zo. Fascist Jabotinsky pleitte al voor collectief straffen van Palestijnen, was een fan van Mussolini – die overigens aanvankelijk geen haat koesterde jegens joden, maar zwichtte voor Hitler; een zeer tragisch moment voor Italiaanse joden) wat uiteindelijk leidde tot drie fascistoide excertities in Gaza. Er is geen verschil tussen wat de nazi’s in Putten deden en het IDF gedurende Cast Lead. The world divides into facts. Any one can either be the case or not be the case, and everything else remain the same (Wittgenstein). Juridisch moet dat onafhankelijk beoordeeld worden. Als dat niet gebeurt, kan Israel geen democratie zijn. Yeshayahu Leibowitz spreekt in dit (democratische) verband over ‘verlichte staten’ waarin Israel (volgens heilige boeken waarvan ik veel te weinig kennis heb) een voorbeeldfunctie moet hebben. (Let op: ik vergelijk Israel niet met nazi-Duitsland. De daden van het IDF in Gaza acht ik conform de strafexpedities van de nazi’s zoals bijvoorbeeld in het getto van Warschau).
Waar jij schrijft
heb je zonder meer gelijk. In feite bevestig je gewoon wat Phyllis Bennis en Rhania Khalek stellen in de clip in #1. Althans qua materiële overwegingen in allerlei opzichten. Maar het heeft geen betrekking op wat ik stel. Hoewel racisme helaas nog zijn sporen trekt in de VS – zie ‘black lives matter’, ondanks slachtoffers of juist daarom licht het slechts een tipje op van de bizarre sociaal-economische discriminatie (dit argument gebruikte La Clinton vannacht op ongeveer dezelfde wijze) – zijn er voor zover ik weet geen stromingen die zich succesvol in de kijker spelen door te hameren op het intrinsiek slechte aan ras of religie. Maar in Washington sluit men de ogen voor wat ik hierboven schrijf. Ik zie niet in waarom ik dat niet kan vergelijken met wat er in Europa in de jaren ’30 gebeurde t.a.v. het wegkijken bij het lot van de joden in nazi-Duitsland. Colijn zei niet veel meer dan dat we moeten accepteren dat Duitsland in Europa nu eenmaal de lakens uitdeelde en een flink deel van de Engelsen, inclusief de broer van de koning, wilden een pact met Hitler tgen de Russen. Over de joden zie The Remains of the Day (1989) van Kazuo Ishiguro. Zie de opmerkingen over het wegkijken bij het lot van de Palestijnen door Washington in de clip in #1
@5: Tsja, er schoot me iets in het verkeerde keelgat. Misschien meer vanwege de passiviteit in Nederland en de gemakzucht waarmee recent de woorden van Netanyahu ontvangen werden.
@6 Je springt lekker van de ene voet op de andere zo.
Maar punt blijft dat als je geen kei bent in helder formuleren en helder afbakenen wat je wel en niet bedoelt, je de vergelijkingen met het ultieme kwaad beter over kunt laten aan anderen.
Een constructie als deze is veel te meerzinnig om wat dan ook te verhelderen (nog los van alle bijbepalingen die je in tussenzinnen frot, die het er nog minder helder op maken):
Ik weet natuurlijk niet wat je precies beoogt met je reacties (mogelijk wil je gewoon ergens je ei kwijt), maar als je toch hele mini-essays schrijft, lijkt het me een beetje zonde als die niet begrepen worden.
Protip: meer witregels om alinea’s te scheiden, minder bijbepalingen in tussenzinnen, en houd ook steeds voor ogen dat je steevast van alles uit moet spellen, aangezien de lezer je gedachtensprongen niet automatisch volgt.
@7: Papa, je bent gemeen. Ik doe zoo mijn best om alles duidelijk te maken in @6. Ik hou niet van je en ik ga naar mijn kamer!! (geluid van een dichtslaande deur)
@8 Jaja, ik ben een strenge leermeester; maar het is voor je eigen bestwil, jongen. Later zul je me dankbaar zijn!