ANALYSE - Wie een hekel heeft aan overdadig consumentisme, moet eens in de afvalbak van RAPEX kijken.
Kijk uit met speelgoed uit China, chemische producten uit de VS en cosmetica uit Ivoorkust. Zweden, Frankrijk en Duitsland leveren niet altijd even goede auto’s af. En de Grieken klagen daar het meest over. De Hongaren en Bulgaren vinden vaak problemen met hun kleding, terwijl Duitsers, Portugezen en Nederlanders geregeld cosmetica kopen waar iets mis mee is.
De Europese landen waarschuwen elkaar voor slechte producten via het informatie-uitwisselingssysteem RAPEX. Het is niet meer dan een verzameling slordig opgestelde rapporten. Ik heb die database eens geplunderd.
Het resultaat moet de misantroop in u aanwakkeren, want de homo economicus koopt blijkbaar een hoop troep. In tien jaar tijd zijn er meer dan 11.000 waarschuwingen verschenen. In Nederland werd onlangs nog gewaarschuwd voor een plastic pop die teveel chemische bestanddelen bevatte: kindjes moeten dat niet in hun mond krijgen. De Chinese fabrikant is verplicht om die van de markt te halen. Een Poolse fabrikant leverde een ‘Glockenspiel’, waarvan de knopjes wel erg makkelijk loslieten en voor verstikking konden zorgen.
De meeste problematische producten zijn speelgoed, kleding en – verbazingwekkend – motorvoertuigen. Zeker van die laatste zou je denken dat die inmiddels zo veilig zijn, dat er zelden iets ernstigs mee aan de hand is. Zie hieronder een eerste overzicht.
Ook waarschuwen andere landen geregeld voor Nederlandse producten. Er is niet een product dat er echt uitspringt. De Belgen klagen over een Nederlandse schommel. De Duitsers eisen dat decoratieve stenen uit de handel worden genomen, omdat ze teveel op eten lijken.
De meest gerapporteerde gevaren zijn verstikking, chemische ongelukken en elektrische schokken.
En zo ziet het Nederlandse veld eruit.
Waarschijnlijk zit er nog veel meer in de data. Wilt u ermee aan de slag gaan, download dan de file (xls). Het copyright ligt echter bij RAPEX die nogal nerveus over openbaarmaking doet.
Reacties (6)
Dat veel speelgoed onveilig wordt bevonden is niet zo vreemd. De Toy Safety Directive is nu eenmaal veel strenger dan veel andere richtlijnen. Bij een keukenmachine wordt niet gekeken of er onderdelen aan zitten die vast kunnen blijven zitten in het keelgat van een kind van 2. Als een richtlijn strenger is, dan heb je natuurlijk ook kans dat producten sneller zullen falen. Speelgoed is daarnaast een belangrijk onderwerp op het vlak van productveiligheid en daar zal, naar mijn schatting, ook iets beter op gecontroleerd worden dan andere producten.
Ik heb die database ook als eens doorgespit. Het grote verschil in aantal meldingen per land viel me ook op. Ik heb eens rondgevraagd waardoor dat kon komen. Zijn ze in België nou zo lui en in Spanje zo ijverig?
Een echt antwoord heb ik er niet op gevonden. Er gebeuren sowieso vrij weinig controles (kost geld) maar de kwaliteit van de assessment kan per land ook nogal verschillen. De Europese markt is 1 markt, en voor de veiligheid van producten bestaan er allemaal Europese richtlijnen, maar de handhaving (de controles), is in handen van de lidstaten, en dat is momenteel nog een probleem. Lidstaten zijn sinds kort bezig om betere afspraken met elkaar te maken over markttoezicht.
Contacteer me gerust als je een volgende keer een ideetje hebt over productveiligheid en dat wil toetsen Dimitri.
Ik snap het eerste plaatje trouwens niet. Wat wordt daar precies weergegeven?
“De meeste problematische producten zijn speelgoed, kleding en – verbazingwekkend – motorvoertuigen. Zeker van die laatste zou je denken dat die inmiddels zo veilig zijn, dat er zelden iets ernstigs mee aan de hand is.”
Motorvoertuigen zorgen (bij mijn weten, ik geef toe dat ik het niet recent heb opgezocht) toch voor de meeste niet natuurlijke sterfte, zowel nationaal als internationaal. Nu ligt dat niet in alle gevallen uitsluitend aan de kwaliteit van het voertuig, maar toch, daar lijkt me nog steeds wel een inhaalslag te maken.
Juist omdat motorvoertuigen nogal wat slachtoffers (kunnen) maken, zijn de eisen daar vrij streng. Dus ook meer uitval. Lijkt me niet zo gek.
Ik merk steeds meer dat de retail, die geen verstand heeft van productiekosten, bepaalt hoeveel iets mag kosten, waardoor je terug calculatie krijgt. Het principe en effect zie je overal terug: verhakselde kippenveren in “donzen” dekbedden, paardenvlees in rundvlees-lasagne, 1% wol in een winterkleed met wol, arbeidsgehandicapte postbezorgers.
De wispelturigheid in de aanpak van “troep” heeft alles te maken met het feit dat elk land afzonderlijk verantwoordelijk is voor controle, zoals Rob in @1 hierboven al heeft opgemerkt. Een immanent EU-probleem: zo lang jij mij niet lastigvalt zal ik jou niet lastigvallen.
Opmerkelijk is wel dat computers en aanverwante producten in de lijstjes ontbreken. Dat komt omdat we volgens mij heel veel van IT-producten pikken en er bij consumenten weinig bewustzijn is ten aanzien van de veiligheid van computers.