En weer is afgelopen week het oudste leven ontdekt. Dat is wereldnieuws natuurlijk, voor de zoveelste keer. Want de armlastige wetenschapper moet zijn geld nu eenmaal binnenharken door opmerkelijke ontdekkingen te verkondigen, en wetenschapsjournalisten worden betaald om groot nieuws te brengen. Deze 'framing' van de vondst als microfossielen was dus onvermijdelijk. En vervolgens had iedereen het weer over bacteriën, eiwitten en uiteraard verre planeten waar op dit moment de oersoep nog volop te vinden zou zijn. Maar wat is er nu écht gevonden? En is dat leven?
De microfossielen waar de wereld eventjes wakker van lag zijn minuscule buisjes, dunner dan haren, opgesloten in stukjes gesteente die voornamelijk bestaan uit zirkonium (een element, een metaal) die op hun beurt weer ingesloten zitten in dikke lagen gestolde lava. Die lava laat zich redelijk goed dateren, en dan kom je op 3,7 miljard jaar. De opgesloten stukjes gesteente moeten dus wel ouder zijn, maar hoeveel ouder is onbekend. Volgens de ontdekkers moeten die buisjes in dat zirkonium een biologische oorsprong hebben. Ze lijken namelijk op buisjes die aangetroffen zijn in gesteenten in Noorwegen en Californië, en die (daarover wordt niet echt gediscussieerd) toegeschreven worden aan bacteriën die rondhingen in de buurt van onderzees hete bronnen. Verder vonden de wetenschappers ingesloten in datzelfde zirkonium sporen van mineralen die geassocieerd worden met biologische processen. Al met al genoeg reden (vinden de wetenschappers) om te spreken van het oudste bewijs voor leven op aarde.
Tot zover het wereldnieuws. Dan nu het koude water.