Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.
Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.
Over scharrels en schaarste
Nog in de vorige eeuw was ik eens met flink wat aanhang, familie en schoonfamilie, in Frankrijk. Op een dag ging ik daar bij een boerderij eieren halen. De moeder van mijn schoonzus wou wel mee. Helaas sprak ze geen Frans, wat lastig bleek toen ze van de boerin wilde weten of de eieren wel scharreleieren waren.
Scharreleieren, dat was het helemaal, toen in 1984. De oude manier waarop we legkippen hielden, nee, dat kon echt niet meer. Scharrelen moesten die diertjes, net als in de natuur. Toen ik, daar op dat erf waar aan alle kanten kippen om ons heen kuierden, met handen en voeten aan de boerin duidelijk had gemaakt wat er met de aan haar gestelde vraag werd bedoeld, keek ze eerst verwezen en werd vervolgens boos. Of we soms wat aan onze ogen mankeerden. Ja, daar had ze natuurlijk gelijk in, ne tirez pas sur l’interprête. Het had niet veel gescheeld of we waren zonder eieren van het erf gegooid.
Goed, die kippen waren dus géén scharrelkippen. Ze scharrelden namelijk, en dat doen scharrelkippen niet. Scharrelkippen komen niet buiten. Ze hebben een aantal vierkante decimeters meer dan kooikippen, maar een benijdenswaardig leven is het niet. Met zijn negenen zitten ze per vierkante meter op elkaar gepakt en buiten komen is er niet bij. Bovendien stelt het keurmerk voor scharreleieren geen eisen aan wat de betreffende kippen te eten krijgen. In de praktijk is dat het goedkoopste voer dat verkoopbare eieren oplevert. Een scharrelkip is alvast geen smulkip.
Willem en Drees
Hoe dan ook: ik zou het leuk vinden als Willem en Drees die prijs wonnen. Omdat dat duidelijk zou maken dat méér Nederlanders de kwaliteit en variëteit van hun voedsel belangrijk vinden dan de super zichzelf en ons wijs wil maken. En omdat Willem en Drees hebben bewezen dat het kán, duurzaam telen en toch succesvol opereren in de mainstream. Zodat misschien straks weer méér telers iets anders durven te gaan produceren dan de eenheidsworst waar u en ik–ik praat maar weer even de super na, want mij is niks gevraagd en ik wed u ook niet–al die jaren zo vreselijk dol op waren.
Even helpen. Het kan nog de hele zomer. Dat is dus, voor de duidelijkheid, tot morgen woensdag 21 september.
Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.
Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.
Superwijzer app informeert over duurzaamheid levensmiddelen
Onbegrijpelijke wetgeving?
Soms komt er nieuwe wetgeving langs waarbij je je afvraagt hoe die in in godsnaam tot stand is gekomen. De Tweede Kamer wil het bezit van alcohol onder de zestien verbieden. Tot zover kan ik het volgen. Maar wat er dan volgt is – althans volgens nu.nl – een staaltje onbegrijpelijke wetgeving.
Jongeren onder de zestien zullen straks geen alcohol meer in bezit mogen hebben, behalve als zij dat kopen in supermarkten en slijterijen en zich binnen bevinden. Zodra ze dan naar buiten lopen met de gekochte waar zijn ze weer wél strafbaar.
Waarom… Hoe? Schiet mij maar lek…
De prijzenoorlog: acht jaar later
[speld]
Voor de meeste Nederlanders is het een schim uit het verleden, maar wie er direct bij betrokken was, draagt de herinnering een leven lang met zich mee: De prijzenoorlog van 2003, gestart door supermarktgigant Albert Heijn. Vandaag verschijnt het boek Frontlinie Koelvak, geschreven door ex-caissière Mildred Schuitevaart. Het boek bevat dagboekfragmenten, ooggetuigenverslagen en kleurenfoto’s uit deze bewogen episode uit de vaderlandse geschiedenis.
Ze lijkt de vrolijkheid zelve, een frisse en spontane studente Algemene Letteren. Maar Mildred, nu 24 en werkend aan haar masterscriptie, draagt een verhaal met zich mee. “Ik was scholiere en amper drie weken bezig met mijn nieuwe baantje toen de hel begon. Ik zat er middenin, van het ene op het andere moment. In één weekend ben ik volwassen geworden.”
Mildred zag met eigen ogen hoe haar klasgenoten veranderden in vakkenvullers, die in allerijl prijskaartjes moesten verwisselen en scanapparaten opnieuw instelden. “De verwarring, angst en het wantrouwen waren van de gezichten van klanten af te lezen. Was de lage prijs een truc? Werd hier een val uitgezet? Boodschappen doen werd iedere dag weer een stap in een mijnenveld.”
In het boek komen de begraven ervaringen van klanten aan bod. “De vrede mag getekend zijn, voor mij zal de oorlog altijd voortduren”, aldus huisvrouw Greta Luijckx. “De vanzelfsprekendheid waarmee ik vroeger een supermarkt binnenging, zal nooit meer terugkomen. Zodra ik de winkel binnenkom, voel ik mijn ademhaling en hartslag weer versnellen. Hoeveel kost het brood vandaag? Is het aardappelvak niet leeggehamsterd?”
In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.
Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.
Hirsch Ballin gaat vakkenvuller te lijf
Elke week maakt GeenCommentaar ruimte voor een artikel van de satirische website de Speld! Nieuws zonder de ‘feitish’ van de reguliere media.
Minister Ernst Hirsch Ballin van Justie heeft zich donderdagavond in een Super te Tilburg dusdanig misdragen dat het nodig was om twee beveiligers in te schakelen. De situatie escaleerde toen een vakkenvuller de bewindsman moest mededelen dat de reuzenmergpijpen uit het assortiment waren gehaald. Een fysieke aanvaring bleek onafwendbaar.
“De minister vroeg mij met een vriendelijke, bijna vaderlijke glimlach of er nog reuzenmergpijpen waren. Het is in huize Hirsch Ballin traditie om deze op donderdagavond bij de koffie te eten,” aldus vakkenvuller Achmed el Quchasa (15). Toen het antwoord van de medewerker negatief was sloegen de stoppen bij de bewindsman door. “Hij liep rood aan, brieste door zijn neusgaten en sloeg taal uit die ik in eerste instantie opvatte als wartaal. De manager vertelde mij later dat het hier om de Oudhollandse scheldwoorden ‘schobbejak’, ‘galgebroed’ en ‘heikneuter’ ging.”
De minister ging hierna volgens manager Mervin Keukeldraaf ‘zijn boekje volledig te buiten’. “Hij rolde zijn Rockszegelkaart op en sloeg daarmee op de schouder en de billen van Achmed. Onze beveiligers moesten tussenbeide komen en verzochten de minister zijn boodschappen onmiddellijk af te rekenen, waarna hem uiteraard een nieuwe Rockskaart is gegeven.”
Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.