Schade

In de voorstellen voor TTIP, het nieuwe Trans-Atlantische Handelsverdrag, heeft de Europese Commissie een clausule opgenomen hoe disputen tussen overheden en buitenlandse investeerders moeten worden opgelost. Die zogeheten State Investor Dispute Settlement (ISDS) komt erop neer dat buitenlandse investeerders het recht krijgen om nationaal beleid dat nadelig voor hen uitpakt, aan te vechten en schadevergoeding te eisen indien hun investeringen in de toekomst kunnen worden geschaad. De uitkomst van zulke disputen wordt niet door de rechter bepaald, maar door een arbitragecommissie die in principe onder toezegging van vertrouwelijkheid werkt. Duitsland heeft aangekondigd deze clausule te willen blokkeren. Geen wonder: Duitsland kreeg met dergelijke claims te maken toen het in 2011 besloot hun kerncentrales te willen afbouwen. ‘Daar komt niks van in,’ verklaarde de Zweedse multinational Vattenfall, ‘en als jullie het tóch doen, eisen wij schadevergoeding.’ Vattenfall had zich namelijk stevig ingekocht in de Duitse kerncentrales, en het besluit zou dus voor inkomstenderving zorgen. Die toekomstige winst moet de Duitse overheid dan zelf maar ophoesten, meende Vattenfall. Hun claim van 3,5 miljard euro ligt al bijna drie jaar bij de Internationale ISDS arbitragecommissie in Washington.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.