Dat wrange mechanisme

O, de liefde, de liefde. Die maakt het ondraaglijk om te moeten gadeslaan hoe vreselijk de mensen van wie je houdt, door ziekte te grazen kunnen worden genomen: je hart valt wel vijf keer op een dag aan gruzelementen, in een oogwenk, of in een eeuwigdurende seconde. Niks laten merken, rustig blijven, en vooral: nooit opgeven, gewoon doorgaan. Je voelt je machteloos terwijl je alle zeilen bijzet, want niets kan écht helpen om ze overeind te houden, er is gewoonweg niets voorhanden dat de mensen waarvan je houdt onschendbaar kan maken – zelfs de liefde niet.

Door: Foto: x1klima (cc)
Foto: sean dreilinger (cc)

Muis

COLUMN - Vorige week beschreef ik in mijn column hoe moeizaam het opkrabbelen kan zijn na de dood van een geliefde. Ik kreeg daar veel persoonlijke reacties op. Sommige lezers betoonden zich geschrokken, anderen wilden troosten, maar de meeste mensen die iets terugschreven, zeiden vooral: ja, zo moeilijk is het inderdaad.

Daar had ik eigenlijk nog het meest aan: te weten dat dit normaal is, ook al voelt het uitzonderlijk hard. Ineens werd de kitsch waarmee we verlies gewoonlijk overladen, me duidelijk. We zien zo graag moedig gedragen verdriet, en hopen op een spoedig herstel.

De werkelijkheid is anders. Geen zacht verdriet, niks weemoedige herfstbeelden, geen beschaafd weggepinkte tranen, en weg ook met die harmonieuze grijstonen. Rouw is schriller dan dat, heftiger, en vooral: rauwer en langduriger.

Misschien is het goed zijn om minder beschaafd en besmuikt te zijn over ons verdriet. Want dat weet ik van de maanden dat Christiane nog leefde, terwijl ze haar eigen nabije dood onder ogen moest zien: het hielp haar ontzettend om daar geregeld over te kunnen praten, zonder soesah, zonder poespas. Het was goed om er een alledaags onderwerp van te maken, op vergelijkbaar plan als de boodschappen en wat ze die avond wilde eten. Met harde grappen, met natte ogen, met een angstaanval hier en een lachbui daar, maar vooral: met heel veel mensen om haar heen, waren de dood en het verdriet beter te verdragen.

Doneer!

Sargasso is een laagdrempelig platform waarop mensen kunnen publiceren, reageren en discussiëren, vanuit de overtuiging dat bloggers en lezers elkaar aanvullen en versterken. Sargasso heeft een progressieve signatuur, maar is niet dogmatisch. We zijn onbeschaamd intellectueel en kosmopolitisch, maar tegelijkertijd hopeloos genuanceerd. Dat betekent dat we de wereld vanuit een bepaald perspectief bezien, maar openstaan voor andere zienswijzen.

In de rijke historie van Sargasso – een van de oudste blogs van Nederland – vind je onder meer de introductie van het liveblog in Nederland, het munten van de term reaguurder, het op de kaart zetten van datajournalistiek, de strijd voor meer transparantie in het openbaar bestuur (getuige de vele Wob-procedures die Sargasso gevoerd heeft) en de jaarlijkse uitreiking van de Gouden Hockeystick voor de klimaatontkenner van het jaar.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: jamelah e. (cc)

Woede en schaamte

COLUMN - In rouw blijk ik vrij slecht te zijn. Althans: ik bak niks van de geëigende stadia van rouwverwerking, ik haal ze allemaal door de war. Van depressie – stadium vier volgens de boekjes; aanvaarding, het vijfde en laatste stadium, scheen daarna eindelijk binnen bereik te liggen – schoot ik hopeloos en redeloos stadium twee in: boosheid.

Zeg maar gerust woede.

Niet dat ik tegenwoordig tierend door de straten loop, maar zodra iets me niet zint, overvalt een onblusbare boosheid me en neemt die me in de greep. Mijn lontje is kort, momenteel.

Mijn woede richt zich op niemand in het bijzonder en dus op alles en iedereen in het algemeen. Een ongerichte boosheid die zich hunkerend een uitweg zoekt. Met als gevolg dat ik bijna blij ben wanneer ik denk dat mijn woede dit keer gerechtvaardigd is. Dan mag ik namelijk eindelijk met recht & reden flink zieden, kan ik te langen leste echt schaamteloos laaiend zijn.

Nee, ik ben oprecht niet boos op mijn hartsvriendin annex echtgenote omdat zij dood ging, zoals iemand laatst suggereerde: zó verblind ben ik nou ook weer niet. Ik ben alleen maar immens – en vreselijk onvruchtbaar – boos op het lot. Boos dat zo’n grandioos mens geen langer leven beschoren was. Boos dat mijn allerbeste vriendin er niet meer is. Boos omdat ik me sindsdien zo ongeneeslijk kut voel.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Caos Calmo

Caos Calmo De Italiaanse film Caos Calmo begint met een reddingsactie van twee vrouwen van de verdrinkingsdood door de broers Pietro en Carlo Paladini. Laatstgenoemde ergert zich op de terugweg over de lafheid van de echtgenoten die niet de zee in durfden vanwege de sterke stroming en het gebrek aan dankbaarheid bij de slachtoffers. Bij terugkomst bij het vakantiehuis blijkt de vrouw van Pietro te zijn overleden, waarschijnlijk door een beroerte. De held wordt meteen geconfronteerd met een situatie die hij onmachtig is; het verwerken van het verlies van zijn vrouw en het oppakken van zijn leven en dat van zijn tienjarige dochter Claudia.

Het verhaal van deze film is gebaseerd op de gelijknamige roman van Sandro Veronesi uit 2005, bekroond met de de prestigieuze Strega prijs voor Italiaanse literatuur. Evenals het boek is het thema weliswaar zwaar, maar de uitwerking allerminst. De bewerking door regisseur Antonio Luigi Grimaldi (de laatste jaren vooral bezig voor televisie) is evenals het boek niet loodzwaar, maar eigenlijk vrij luchtig van toon. Pietro wordt na het overlijden van zijn vrouw ijzig kalm en besluit een tijdje niet naar zijn werk bij een succesvol mediabedrijf te gaan maar post te vatten in het parkje voor de school van zijn dochter.