Welkom in de 0%-rentewereld: een case study.
Weet je wat het voor jou betekent, een rentetarief van 0,75% van de Europese Centrale Bank? Het betekent nul komma nog minder rente op je spaargeld en dat in aller eeuwigheid.
Minstens zo lang totdat alle staatsleningen op dit lage niveau zijn geherstructureerd. Ik spreek vanuit mijn ervaring in Japan. Daar liet de Bank of Japan zijn rentetarief in 1994 al onder de 1% zakken. De Japanners sloegen de 0,75 over en gingen meteen op 0,5% zitten. Tot de dag van vandaag is de rente er nooit meer bovenop gekomen, alleen maar lager. Er staan immers nog 30-jarige staatsobligaties met 9% rente uit, en die matureren rond 2020. Pas dan verwacht ik een substantiële renteverhoging. Hopelijk kan Japan dan teren op het goedkoop geleende geld en zijn immense overheidstekort terugvoeren. Wat dat concreet voor de Japanse spaarders betekent illustreer ik aan een case, die van mijn vriend Jiro.
Jiro opende in 1999 een bankrekening. De bank wilde van hem een borg hebben. 500.000 yen (toentertijd het equivalent van 3846 euro, cq. pakweg 8000 gulden) gingen op een spaarrekening. Die rekening heeft hij gelaten voor wat hij is. Na 13 jaar lui liggen heeft hij nu 504.485 yen te boek staan. Een fenomenale vermogensgroei: 0,89% winst in 13 jaar tijd. Beter dan Icesave, geef het toe. Maar sparen voor je oudedag? Jiro en zijn landgenoten zetten liever in op doorwerken. Hoe de rente op zijn spaargeld bij Japans grootste commerciële bank verliep laat het grafiekje hieronder zien. Tussen 2004 en 2012 schommelde hij tussen de 0,02 en 0,25 procent, en staat momenteel op 0,025. (De afschriften van vóór 2004 heeft hij niet in reikwijdte, sorry, maar geloof me, het was nooit meer dan 0,3%.) Japan kende in deze jaren nauwelijks inflatie, eerder tendens deflatie. Jiroʼs reële winst was dus 0,89%.