Zijn partijleiders groentjes?

Politici kennen het echte leven niet, hebben nooit hun handjes laten wapperen en gaan veelal direct van de collegezaal naar de Tweede Kamer. Onlangs (rond 27:30) uitte de mislukte pensionado-populist Henk Krol dit (breedgedragen?) sentiment over politici. Vroeger…vroeger, toen werden we bestuurd door grijze, oude mannen met ervaring en binding. Tegenwoordig lijkt de premier het jongste lid van de alumniclub van z’n studentenvereniging. Maar is dit zo? Hebben de leiders van vandaag meer of minder ervaring dan vroeger? En is die ervaring puur in de politieke achterkamertjes of hebben de partijleiders ook ‘echte’ banen gehad? Op parlement.com zijn de cv’s van Nederlandse politici te vinden. Voor elke partijleider van de VVD en de PvdA heb ik gekeken hoeveel jaar zij gewerkt hebben in een niet-politieke functie en hoeveel jaar in een politieke functie (gemeenteraad, Tweede Kamerlid, etc.) totdat zij politiek leider van hun partij werden. Figuur 1 laat de VVD-leiders zien. Gemiddeld hebben VVD-leiders voordat zij leider werden 9.5 jaar een niet-politieke functie bekleed en bijna veertien jaar een politieke functie. In dat opzicht is Mark Rutte inderdaad een groentje met tien jaar een niet-politieke functie en vier jaar een politieke functie. Maar Hans Wiegel, Joris Voorhoeve en Ed Nijpels waren nog groener. Wiegel ging bijna letterlijk vanuit de collegezaal de kamer in. Zalm en Bolkestein hebben een carrière gehad buiten de politiek, terwijl Dijkstal langzaam opklauterde van gemeenteraad tot minister.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.