Vorige week presenteerden GroenLinks en PvdA een 'progressief oppositieakkoord'. De partijen komen daarin met een toekomstvisie aan de hand van vijftien plannen voor Nederland. Op zich is het natuurlijk prima dat links probeert samen te werken. Maar de taal zou wat mij betreft wel een slagje helderder mogen. Hieronder mijn commentaar op de vijftien thema's en doelstellingen uit het oppositieakkoord met in cursief enkele vragen en bedenkingen. En vervolgens in vet voorstellen voor de richting van een verfijning of uitwerking.
We laten een schone en leefbare planeet achter voor onze kinderen. Doelstelling 2030: We halen de doelstelling van Parijs en beperken de opwarming van de aarde tot maximaal 1.5 graad.
Daarmee is de wereld het vrijwel eens. Uiteraard maakt een halve graad verschil, maar de sturing van het resultaat is geen kwestie van fijnregeling. Dat overkomt ons. Als we een beetje in de buurt komen, mogen we blij zijn. Kortom: wat is er links, behalve dat je iets meer je best zult doen?
Onze partijen zouden zich meer moeten bekommeren over echte prestaties die te leveren zijn in ons land, ondanks de internationale onzekerheden.
Iedereen heeft recht op een fijne en betaalbare woning Doelstelling 2030: Mensen geven maximaal een kwart van hun inkomen uit aan wonen.
Is dat zo? Wat is de betekenis van de formulering? De woning moet fijn zijn en betaalbaar. Een plaggenhut is niet “fijn”, maar wel betaalbaar. Een moderne standaardwoning is niet beschikbaar en niet betaalbaar.
Meer betaalbare woonruimte op korte termijn moet beschikbaar komen. Dat zal niet voldoende lukken door bouwprogramma’s, alleen door een algehele verlaging van de sociale huur. Daarover wordt niets gezegd.
Alle werkenden verdienen waardering, een fatsoenlijk salaris en bescherming tegen ziekte of pech. Doelstelling 2030: Iedereen die werkt heeft een zekere arbeidsmarktpositie.
Wat betekent dat? Als je niet kunt werken ook? Miljoen arbeidsongeschikten. En statushouders en asielzoekers? Is waardering afhankelijk van de arbeidsmarkt? Je “verdient” een fatsoenlijk salaris en bescherming tegen ziekte of pech. Als dat voor iedereen geldt, spreken we ons dan uit voor een onvoorwaardelijk basisinkomen? De doelstelling van een “zekere arbeidsmarktpositie” wijst in die richting.
Het programma zou een serieus gesprek moeten agenderen over de arbeidsmarkt, de verhouding tussen arbeidsinkomen en inkomen uit kapitaal en de haalbaarheid van een basisinkomen of een verzilverbare heffingskorting, gekoppeld aan afschaffing van alle toeslagen.
De ongelijkheid neemt fors af. Doelstelling 2030: Werken loont meer dan beleggen en speculeren.
Hoe gaat de ongelijkheid afnemen? Waarom is die de laatste decennia zo gegroeid? Kunnen we werken lonender maken dan kapitalisme, zonder de oorlog die volgens Piketty samen hangt met een periode van grotere gelijkheid?
Hoe en waarom? Linkse partijen zullen idee-ontwikkeling over ongelijkheid en de globale strijd tegen belastingontwijking moeten agenderen en organiseren. Dat doen zij tot dusverre niet of te weinig.
Van mainport naar brainport. Doelstelling 2030: Nederland behoort tot de meest duurzame innovatieve economieën van de wereld.
Wat is nodig voor het zetten van stappen naar een innovatieve economie? De vermeerdering van investeringen in onderwijs ongetwijfeld, maar wat moet er nu precies gebeuren om een koplopersrol van een innovatief Nederland te realiseren?
Hoe en waarom? Het zou toegespitster moeten. De uitdagingen van diverse andere landen zijn groot, b.v. op het terrein van selectie van talent. Welke ethische problemen levert dat voor de politiek?
Alle kinderen kunnen hun dromen najagen ongeacht waar hun wieg staat. Doelstelling 2030: Iedereen in Nederland kan goed lezen, schrijven en rekenen.
Gaat dit bereikt worden met een plan? Welk inzicht over de ongelijkheid en de achteruitgang van leerprestaties ligt daar dan aan ten grondslag? Hoe wordt schooluitval tegengegaan? En, een ander verband: hoe strijden we tegen de lokroep van de snelle verdiensten door drugshandel?
De ambitie zal sterk worden bepaald door de effecten van de maatschappelijke tweedeling. Daarover zal iets meer verteld moeten worden dan de aankondiging van een plan. Hoe worden de gevolgen van klassetegenstellingen bestreden?
De overheid is er voor iedereen. Doelstelling 2030: Mensen hebben meer vertrouwen in de democratische rechtsstaat dan ooit.
Voor de omvang van de crisis, waarin de rechtstaat is beland na de toeslagen en het gedoe rond de gaswinning en aardbevingschade, staat hier zo goed als helemaal niets. Hoe herstellen we het vertrouwen in de rechtsstaat?
Het systeem van politieke aansturing en controle, onafhankelijke bestuursrechtspraak en belastingheffing zal intensieve aandacht vragen, wil het gestelde doel gehaald worden. Daarvoor moet toch een gedachte of initiatief worden ontvouwd.
Iedereen verdient het om fijn en gezond oud te kunnen worden. Doelstelling 2030: De sociaaleconomische gezondheidsverschillen zijn minstens gehalveerd.
De verschillen hebben te maken met arbeidsomstandigheden en arbeidsvoorwaarden en de manier waarop met de gevolgen daarvan wordt omgegaan. Dat is meer en ingewikkelder dan de strijd aanbinden met de marktwerking in de zorg.
Een kans op realisatie van de doelstelling is een samenhangende benadering van arbeid en wettelijke regeling van arbeidsvoorwaarden enerzijds en verbetering van de zorg anderzijds. Daarvoor moet dan een idee beschikbaar zijn.
Ieder kind verdient een onbezorgde jeugd. Doelstelling 2030: We bannen armoede onder kinderen uit.
Van harte eens: maar minder helder is hoe we dat doen. Bedreigingen: klassetegen-stellingen, ongunstige leefomstandigheden voor de onderkant van de samenleving, gebrekkige jeugdzorg.
De verdwijning van de armoede onder de jeugd hangt samen met arbeidsvoorwaarden, zorgarrangementen, arbeidsmarkt, evenwichtig beloningsbeleid. De samenhang daar mee moet worden gezocht.
In Nederland voelt iedereen zich thuis. Doelstelling 2030: Zo snel mogelijk uitbannen van discriminatie en institutioneel racisme.
Prima.
Meer bomen, planten en dieren. Doelstelling 2030: We keren de afname van de biodiversiteit, door meer natuurgebieden, schoner water en gezondere lucht.
Van betekenis is hoe stikstofproblemen, verontreiniging rond Hoogovens/Tata steel, Schiphol en stikstofdeposities zijn ontstaan. Die concreetheid is lastig genoeg.
Hoe gaan we deze vervuilende mechanismen bedwingen? Strakkere toepassing van bestaande regels zal een nieuwe afweging van kosten en baten vragen, waarvoor ruimte en procedures moeten worden ontwikkeld.
Vooruitgang is een belofte aan heel Nederland. Doelstelling 2030: De bereikbaarheid van voorzieningen neemt toe in heel Nederland.
Heel oud is de tegenstelling tussen de Randstad en de provincie. De bereikbaarheid als thema heeft te maken met de balans tussen beiden. Die raakt aan veel: de woningproductie en infrastructuur, verdeling van de welvaart, vestiging bedrijven, etc.
Waar het om gaat is een nieuwe visie op de ruimtelijke ontwikkeling. Met de opheffing van VROM is niet alleen het wonen, maar ook de ruimtelijke vormgeving verwaarloosd. Ook de bestuurlijke inrichting (verhouding provincies) moet aangepast.
Iedereen is gelijkwaardig. Doelstelling 2030: Vrouwen krijgen even goed betaald als mannen, de loonkloof wordt gedicht.
Was dat nog niet gebeurd, dan?
Prima.
Verantwoorde consumptie. Doelstelling 2030: Producten in de winkel zijn vrij van uitbuiting, ontbossing, kinderarbeid of andere vormen van mensenrechtenschendingen ergens op de wereld.
Hier wordt een fundamentele verandering in het economisch handelen gevraagd. Ik ben er niet op tegen, maar hoe gaan we dat vorm geven.
Zullen we het begrip BNP eens van een nieuwe definitie voorzien?
Waarden gedreven buitenlandpolitiek. Doelstelling 2030: De Europese Unie is koploper groene banen, eerlijke handel en faire belastingen.
Een benadering, die gerucht aansluit bij de andere thema’s lijkt te verkiezen boven een schot hagel.
Een internationale afspraak die het uitwijken van belastingen uitsluit, lijkt me een goede start voor deze opstelling.
[Tom van Doormaal is politicoloog. Hij is inmiddels met pensioen en heeft ruim 20 jaar bij het ministerie van VROM gewerkt en verder bij verschillende gemeenten op het gebied van welzijn en volkshuisvesting]