Waarom een verbod op onverdoofde slacht geen symboolpolitiek is

Godsdienstvrijheid zwaarder wegen dan dierenwelzijn duidt op een gebrek aan inlevingsvermogen, meent filosoof Floris Schleicher. Een verbod op onverdoofde slacht is symboolpolitiek. Dit betoogt Tweede Kamerlid Carla Dik-Faber (ChristenUnie) in een opiniestuk in Trouw, naar aanleiding van een nieuw voorstel van de Partij voor de Dieren om onverdoofde slacht geheel te verbieden. Momenteel is de onverdoofde slacht al verboden tenzij er religieuze gronden voor zijn. In de praktijk betekent dit dat de onverdoofde slacht is toegestaan voor joden en moslims. Het mag geen wonder heten dat Dik-Faber voor deze religieuze groepen opkomt. Als christendemocraat heeft ze godsdienstvrijheid hoog in het vaandel staan. Het dierenleed zou echter zwaarder moeten wegen dan haar appèl op godsdienstvrijheid. Wanneer we deze argumenten in overweging nemen, wordt duidelijk dat het bij het algehele verbod op onverdoofde slacht niet gaat om symboolpolitiek. Drie miljoen Dik-Faber stelt dat het voorgestelde verbod niet direct zal bijdragen aan dierenwelzijn. Ze wijst hierbij op het kleine percentage dat de onverdoofde slacht uitmaakt van de gehele vleesindustrie. Er worden jaarlijks zo'n 600 miljoen dieren geslacht in Nederland en de onverdoofde slacht is verantwoordelijk voor minder dan een half procent daarvan. Hoewel dat klopt, vergeet Dik-Faber dat het bij de onverdoofde slacht dus om miljoenen dieren gaat die extra leed wordt aangedaan. De cijfers over de gehele vleesindustrie leiden vooral af van waar het bij dit wetsvoorstel echt om gaat: bijna drie miljoenen dieren die te maken hebben met de onverdoofde slacht.

Foto: Adam Kuban (cc)

Rabbijn van de Kamp moet beter leren godwinnen

OPINIE - Er vallen ongetwijfeld goede argumenten te geven voor het behoud van het recht op rituele slacht.

Argumenten over een afweging van grondrechten en hoe wezenlijk religie is voor de identiteit van haar aanhangers; argumenten dat rituele slacht slechts een fractie vormt op de totale bio-industrie; technische uiteenzettingen over hoeveel lijden er nu werkelijk met rituele slacht gepaard gaat in verhouding tot slachtmethoden waarbij een dier vooraf verdoofd wordt met een stroomstoot of gedood met een pin door de schedel; dat zijn stuk voor stuk legitieme wegen om te betogen dat een verbod op halal of koosjer slachten wel een sympathiek idee lijkt, maar dat de voordelen niet opwegen tegen de nadelen.

Rabbijn Lody van de Kamp komt met een andere invalshoek, namelijk dat het voorstel om rituele slacht te verbieden functioneel antisemitisch is. Jammer genoeg vergaloppeert hij zich daarbij in reductiones ad hitlerum.

Rudolf Steiner

De Partij van de Dieren zou zich in haar kritiek op koosjere slacht volgens Van de Kamp bedienen van eenzijdig gebruik van de wetenschap, en alleen die studies citeren die haar uitkomen. De rabbijn maakt dat nergens hard, maar ik wil ‘m best op z’n woord geloven.

Vervolgens stapt Van de Kamp over op het argument dat antisemieten in de eerste helft van de 20e eeuw echter ook al gebruik maakten van eenzijdige wetenschap, en dan gaat het flink mis.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Foto: Sargasso achtergrond wereldbol

Ouwehand

Hier wederom een gastbijdrage van Marcel Otto. Past goed in de hier gevoerde discussies over onverdoofd (ritueel) slachten, waar de Tweede Kamer ook vandaag weer over vergadert.

Wat een verademing om gisteravond tijdens het uurtje zedenprediken van de heren Knevel en Van den Brink te kijken naar Esther Ouwehand, nummer 2 van de Partij voor de Dieren. Wars van politiek gekonkel leek ze, onverstoorbaar ging ze recht op haar doel af zonder daarbij overigens af te stappen van een algemene vorm van beschaving. En onvermoeibaar legde ze nog maar eens uit waarom er een einde moet komen aan de rituele slacht.

Achter haar woorden laaide het vuur van haar overtuiging, maar ze liet niet toe dat deze emotionele razernij haar betoog overheerste. Beschaafd en intelligent legde ze haar argumenten op tafel zonder zich te bedienen van de retorische trucjes van haar opponent, een dertien-in-een-dozijn-politicus van het CDA, van wie ik de naam al niet meer weet.

Overduidelijk was dat deze man zich puur liet drijven door pragmatische partijpolitiek. Wat kon hem het schelen hoe dieren aan hun eind worden gebracht. Ja, dat zei hij niet. Hij zei erg begaan te zijn met die wezens, wandelende apparaten die zo verdomd lekker smaken als ze eenmaal op je bord zijn beland.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.

Lezen: Mohammed, door Marcel Hulspas

Wie was Mohammed? Wat dreef hem? In deze vlot geschreven biografie beschrijft Marcel Hulspas de carrière van de de Profeet Mohammed. Hoe hij uitgroeide van een eenvoudige lokale ‘waarschuwer’ die de Mekkanen opriep om terug te keren tot het ware geloof, tot een man die zichzelf beschouwde als de nieuwste door God gezonden profeet, vergelijkbaar met Mozes, Jesaja en Jezus.

Mohammed moest Mekka verlaten maar slaagde erin een machtige stammencoalitie bijeen te brengen die, geïnspireerd door het geloof in de ene God (en zijn Profeet) westelijk Arabië veroverde. En na zijn dood stroomden de Arabische legers oost- en noordwaarts, en schiepen een nieuw wereldrijk.

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.