Het tijdperk van de monsterbedrijven

In deze gastbijdrage reflecteert Karin van der Stoop op het huidige tijdsgewricht. Hoe kijken mensen in de toekomst terug op ons tijdperk? Wij noemen het meestal het informatietijdperk, maar ik kan me voorstellen dat zij er hele andere benamingen voor zullen bedenken. Bijvoorbeeld: Het tijdperk van de monsterbedrijven Grote multinationals staan al een tijdje in een slecht daglicht bij de meeste mensen. Tabaksproducenten waren misschien wel de eerste die hevige verontwaardiging opwekten, omdat ze welbewust zeer schadelijke producten verkopen en ook nog eens onder de pet hielden hoe schadelijk die eigenlijk zijn. Inmiddels weten we dat zo ongeveer elke industrie op een of andere manier schuldig is aan manipulatie van onderzoek, misleiding van het publiek en maar al te vaak schadelijk voor mens en planeet handelt. Olie, pharma, voedsel, tech; ze naaien je waar je bij staat. Ik leerde ooit dat bedrijven amoreel zijn. Ammehoela. Multinationals zijn entiteiten die voornamelijk immoreel handelen. Monsterbedrijven.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.