Orde in chaos
In 1961 opperde wiskundige en meteoroloog Edward Lorenz dat de vleugels van een vlinder in Brazilië een tornado in Texas kunnen veroorzaken. Deze metafoor hanteerde hij om aan te geven dat een minuscule verandering in zeldzame gevallen enorme gevolgen kan hebben. Wanneer en of dit gebeurt, weet je niet. De beste wetenschappers kunnen het niet voorspellen. Volgens Jaap van Ginneken, massapsycholoog, vallen zulke gebeurtenissen buiten het heersende credo in de wetenschap ‘meten is weten, weten is voorspellen en voorspellen is beheersen’. Wat daarbuiten valt, beschouwden wetenschappers tot voor kort als ‘grillige’ aspecten van hun onderzoeksgebied. Inmiddels kunnen we er meer over zeggen. Bij de eerste lezing van de reeks De zwerm legde Van Ginneken de orde bloot die onder een schijnbare chaos schuilt.
Niet chaotisch
Het weer is niet het enige fenomeen waarbij een kleine verandering het hele systeem kan doen kantelen. Overal waar massa’s zijn, kan dat voorkomen. Denk aan mensenmassa’s, dierenzwermen of virussen. Als er veel eenheden interacteren waardoor patronen ontstaan die zelf weer de groep beïnvloeden, zoals bij massa’s het geval is, kun je spreken van ‘complex adaptieve systemen’. Dr. Van Ginneken noemt er een aantal kerneigenschappen van.
Er is sprake van synergie, wat inhoudt dat processen gelijk gaan lopen en elkaar versterken. Denk aan een voetbalsupporter die begint te zingen, wat de drempel voor ander verlaagt om ook te gaan zingen, wat op zijn beurt anderen weer makkelijker aanzet, enzovoort. Je ziet dan een nieuw patroon ontstaan: alle supporters zingen. Deze opkomst van een nieuw patroon wordt ‘emergentie’ genoemd. Het systeem is zelforganiserend, wat met een duur woord autopoièsis heet. Iedereen zingt hetzelfde lied en iedereen zingt synchroon. Dat een systeem complex is, betekent dus niet dat het chaotisch is.