Een apocriefe heilige

Er zijn bijbelse personen in het Nieuwe Testament die er in de canonieke geschriften kwantitatief bekaaid vanaf komen - zoals Maria Magdalena - of waarbij de nodige hiaten vallen. Hiervoor hadden de schrijvers van de vroege kerk (eerste en tweede eeuw) een oplossing: men vulde de leemte naar eigen inzicht in in een geschrift, daarbij aansluitende aan een bestaande, algemeen geaccepteerde bron - meestal een geschrift dat later tot de canonieke geschriften zou gaan behoren - en een (vergeten) orale traditie. Kortom: beredeneerd uit hun duim gezogen, gewoon omdat daar in de jonge kerk behoefte aan was. Ze hadden daarbij de mogelijkheid om bijvoorbeeld de apostelen af te schilderen als de ideale gelovigen. In feite waren het de voorlopers van de latere hagiografieën zoals die bijvoorbeeld in de Legenda Aurea hun beslag hebben gekregen.

Door: Foto: © Sargasso logo Goed volk

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Steun ons!

De redactie van Sargasso bestaat uit een club vrijwilligers. Naast zelf artikelen schrijven struinen we het internet af om interessante artikelen en nieuwswaardige inhoud met lezers te delen. We onderhouden zelf de site en houden als moderator een oogje op de discussies. Je kunt op Sargasso terecht voor artikelen over privacy, klimaat, biodiversiteit, duurzaamheid, politiek, buitenland, religie, economie, wetenschap en het leven van alle dag.

Om Sargasso in stand te houden hebben we wel wat geld nodig. Zodat we de site in de lucht kunnen houden, we af en toe kunnen vergaderen (en borrelen) en om nieuwe dingen te kunnen proberen.