Volentekriebels | Ik moet poepen

Vandaag is er geen Volentekriebels. Haha, 1 april, er is wél een Volentekriebels. Op 1 april 1986 haalde ik een grap uit met mijn vader. Die grap bestond eruit dat ik zout in zijn thee deed. Mijn vader was toen ongeveer net zo oud als ik nu en als hij in die dagen ook maar een beetje op mij leek, dan zal hij gedacht hebben: Jezus, wat een supertrieste gast is mijn zoon. Vriendelijk als hij was veinsde hij echter dat hij het de grap van de eeuw vond en dat kwam mooi uit, want dat vond ik zelf ook. Nu, ouder (veel) en wijzer (iets), weet ik dat het een grap van niets was. Wettelijk geldt mijn leeftijd (ik was vijf) misschien als verzachtende omstandigheid, maar ik besef dat ik het daarmee niet goed praat. Mijn vader had gelijk, ik was een supertrieste gast.

Door: Foto: copyright ok. Gecheckt 09-02-2022

Lezen: Het wereldrijk van het Tweestromenland, door Daan Nijssen

In Het wereldrijk van het Tweestromenland beschrijft Daan Nijssen, die op Sargasso de reeks ‘Verloren Oudheid‘ verzorgde, de geschiedenis van Mesopotamië. Rond 670 v.Chr. hadden de Assyriërs een groot deel van wat we nu het Midden-Oosten noemen verenigd in een wereldrijk, met Mesopotamië als kernland. In 612 v.Chr. brachten de Babyloniërs en de Meden deze grootmacht ten val en kwam onder illustere koningen als Nebukadnessar en Nabonidus het Babylonische Rijk tot bloei.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.