RECENSIE -
De Nederlander staat niet erg kritisch tegenover zichzelf en tegenover het nationale verleden, vindt historicus Gary Schwartz. (Zo lees ik in De Volkskrant van 9 augustus.) En bij wijze van bewijs voegt hij daaraan toe: ‘Momenteel is op Netflix een tiendelige serie te zien over de oorlog in Vietnam, met alle tragische fouten en misdaden van dien. Wanneer komt de eerste tiendelige serie over Indonesië?’
Persoonlijk háát ik het wanneer maatschappelijke kwesties gereduceerd worden tot wat er op de tillefiesie gebeurt. Ik zie ook geen enkele reden waarom we de al decennia heersende Amerikaanse obsessie met de ondergang hun imperium zouden moeten vergelijken met de Nederlandse discussie over wat Nederland in Indonesië heeft uitgevreten. Appels met peren. Komt daarbij dat ‘de Amerikaan’ zich op volstrekt onkritische wijze tot zijn verleden verhoudt – laat staan dat zelfkritiek daar in de VS een verfijnd ontwikkeld zintuig is. Die serie bestaat inderdaad niet. Maar ach, er bestaat zoveel niet, volgens de televisie. Met de tv-gids in de hand kun je met gemak een inktzwart beeld schetsen van de cultuur en het geestelijk peil van dit land.
Maar goed, ter zake. Die serie. Moet die er komen? Wat zou er in moeten? Uiteraard hoe ‘wij Nederlanders’ onze eigen ‘tragische foute en misdaden’ pleegden. Wie dat alles op een rijtje wil hebben, doet er goed aan om Piet Hagens ‘Koloniale oorlogen in Indonesië’ te lezen,. Daar staat het allemaal zwart op wit. Van onze komst zo rond 1600 tot ons smedelijke vertrek rond 1949. Van Jan Pietszoon Coen tot Soekarno.