Hoe we een tweede ‘silent spring’ kunnen voorkomen

Bijna 60 jaar na het verschijnen van Silent Spring luiden experts nog steeds de noodklok over het afnemen van de biodiversiteit en uitsterven van soorten. Terwijl de oplossing er al lang ligt. Er heerste een verontrustende, doodse stilte. De vogels, waar waren ze gebleven? De voedertafels in de tuinen bleven onbezocht. De weinige vogels die nog gezien werden, waren stervende, trilden en konden niet vliegen. Het was een lente zonder lentestemmen. In haar befaamde boek Silent Spring schetst biologe Rachel Carson een stadje in de toekomst, waar alle vogels zijn verdwenen door het grootschalige gebruik van chemische middelen. Het boek komt uit in 1962 en slaat in als een bom. Als één van de eersten toont ze aan hoe een enkele chemische stof een heel ecosysteem kan verwoesten, met dodelijke gevolgen voor planten en dieren. Milieukundige dr. Jerry van Dijk (UU): “Ik kon het boek niet in één keer doorlezen. Als ecoloog houd ik me bezig met biodiversiteit en de invloed van dit soort stoffen daarop. En als je dit boek leest met de kennis van nu… ik kreeg er buikpijn van.” In zijn lezing 'Silent Spring' laat hij zien waarom Carsons boek iconisch was, en dat we desalniettemin weinig lijken te hebben geleerd. "De oplossingen zijn er wel, maar we gebruiken ze niet."

Poep, best belangrijk

Het bejagen van walvissen en zeehonden zou de druk op de vissen en de krill waarvan zij leven verlichten. Not so.

Aanwijzingen dat de grote zeezoogdieren door middel van hun poepgedrag nabij het wateroppervlak een belangrijke fertilisator zijn, waardoor via een hele voedselketen hun prooipopulaties profiteren, beginnen steeds talrijker te worden.

Maar het geldt niet alleen de oceanen en zeeën. Vorig jaar bleek uit een studie in Nature Geoscience dat mogelijk tot wel 98% van de nutrient-verspreiding in de Zuid-Amerikaanse oerwouden via de poep van megaherbivoren gaat, zoals de reuzenluiaard – totdat deze zo’n 10.000 jaar geleden uitstierven, ongeveer gelijktijdig met het opduiken van de mensen.

Lezen: Venus in het gras, door Christian Jongeneel

Op een vroege zomerochtend loopt de negentienjarige Simone naakt weg van haar vaders boerderij. Ze overtuigt een passerende automobiliste ervan om haar mee te nemen naar een afgelegen vakantiehuis in het zuiden van Frankrijk. Daar ontwikkelt zich een fragiele verstandhouding tussen de twee vrouwen.

Wat een fijne roman is Venus in het gras! Nog nooit kon ik zoveel scènes tijdens het lezen bijna ruiken: de Franse tuin vol kruiden, de schapen in de stal, het versgemaaide gras. – Ionica Smeets, voorzitter Libris Literatuurprijs 2020.

Lezen: Bedrieglijk echt, door Jona Lendering

Bedrieglijk echt gaat over papyrologie en dan vooral over de wedloop tussen wetenschappers en vervalsers. De aanleiding tot het schrijven van het boekje is het Evangelie van de Vrouw van Jezus, dat opdook in het najaar van 2012 en waarvan al na drie weken vaststond dat het een vervalsing was. Ik heb toen aangegeven dat het vreemd was dat de onderzoekster, toen eenmaal duidelijk was dat deze tekst met geen mogelijkheid antiek kon zijn, beweerde dat het lab uitsluitsel kon geven.

Lezen: De BVD in de politiek, door Jos van Dijk

Tot het eind van de Koude Oorlog heeft de BVD de CPN in de gaten gehouden. Maar de dienst deed veel meer dan spioneren. Op basis van nieuw archiefmateriaal van de AIVD laat dit boek zien hoe de geheime dienst in de jaren vijftig en zestig het communisme in Nederland probeerde te ondermijnen. De BVD zette tot tweemaal toe personeel en financiële middelen in voor een concurrerende communistische partij. BVD-agenten hielpen actief mee met geld inzamelen voor de verkiezingscampagne. De regering liet deze operaties oogluikend toe. Het parlement wist van niets.