Het failliet van de IJslandse economie is inmiddels bijna spreekwoordelijk, maar de Britse economie lijkt bijna evenveel problemen te hebben. Niet alleen is het land inmiddels officieel een recessie ingegaan, maar insiders spreken inmiddels over de Londense City, het financiële centrum van de wereld, als het "Reykjavik aan de Theems". De financiële sector in Groot-Brittannie is goed voor zo'n 10% van het BNP, en dat getal wordt nog veel groter als je alle bedrijven meerekent die er direct van afhankelijk zijn voor klandizie (advocatenkantoren, consultancy's). De neergang van de financiele wereld betekent daarmee onherroepelijk de neergang van de Britse economie.
Nu geldt dat natuurlijk voor wel meer sectoren. Als een land afhankelijk is van autoproductie, en die sector doet het slecht, dat heeft dat natuurlijk economische consequenties. Maar in bijna geen enkele sector kan het verval zo snel en zo compleet zijn als in de financiële wereld. Het afsterven van agrarische, industriele of dienstensectoren is doorgaans een langzaam proces, zodat een land zich tijdig kan aanpassen door over te stappen op iets anders. Maar een bank of hedge fund kan, zoals we zoveel hebben gezien de afgelopen maanden, in één klap failliet gaan, zonder enige waarde achter te laten.